TEL AVIV - Een ontplofte autobom in een woonwijk in Jeruzalem heeft de fragiele afspraken voor een staakt-het-vuren tussen Israël en de Palestijnen verder onder druk gezet.
Er vielen geen gewonden bij de door de Islamitische Jihad opgeëiste aanslag, maar het versterkt wel het gevoel onder veel Israëli's dat men geen stap opschiet met de besprekingen met de Palestijnen.
Aan Palestijnse zijde wordt Israël van het 'spreken met dubbele tong' beschuldigd, omdat men weer diverse Palestijnse gebieden heeft afgesloten. Dat is in tegenspraak met de afspraken die eerder zijn gemaakt. Vanavond loopt de periode van 48 uur af, die Israël de Palestijnse leider Jasser Arafat heeft gegeven om orde op zaken te stellen.
De met veel spanning tegemoet geziene demonstraties van Arabische Israëli's zijn gisteren relatief rustig verlopen. In Nazareth en Umn-al-Fahm kwam het tot rellen met de politie, maar die konden mede dank zij sussende woorden van Arabisch-Israëlische leiders en een terughoudend optreden van de Israëlische politie in de kiem worden gesmoord.
Herdacht werd dat vorig jaar bij demonstraties, als steun voor hun Palestijnse broeders, de Israëlische politie dertien Israëlische Arabieren doodschoot, wat tot een nog voortdurend onderzoek heeft geleid.
In Israël wonen naar schatting één miljoen Arabieren, feitelijk Palestijnen die in 1948 niet zijn gevlucht. Ze voelen zich al jarenlang als tweederangs burger behandeld en worden in de huidige spanningen als een potentiële vijand in eigen land gezien.