BRUSSEL - Het europarlement heeft zich gisteren gevoelig getoond voor de argumenten van de handelsbanken en de Europese centrale bank dat het omlaag brengen van de kosten van het grensoverschrijdend betalingsverkeer niet per 1 januari 2001 al kan als de euro wordt ingevoerd. Het EP mikt nu op 1 juli 2002.
Eurocommissaris Bolkestein (Interne Markt) wil de banken per decreet per 1 januari dwingen de kosten voor overboekingen in binnen- en buitenland gelijk te maken, maar dat plan lijkt ten dode opgeschreven. De ministers van Financiën van de Unie voelen er niet voor en hebben hun mening doorgegeven aan de ministers van Economische Zaken die er volgende maand over moeten beslissen.
De ministers van Financiën willen geen prijsingreep en denken dat de kosten van grensoverschrijdende betalingen alleen omlaag kunnen als de handelsbanken hun betalingssystemen beter op elkaar aansluiten. Dat kost echter tijd en vandaar dat het EP, dat medebeslissingsrecht heeft in deze affaire, gisteren heeft besloten die tijd te gunnen.
CDA-europarlementariër Carla Peijs: "Het is niet aan de burgers uit te leggen dat straks een betaling naar het buitenland of pinnen in het buitenland nog steeds een stuk duurder moet zijn dan in Nederland." De banken zijn tegen de dreigende prijsmaatregel en voeren aan dat betalingen over de grens wel degelijk duurder in uitvoering blijven, ook als straks de euro er is. De Financiën-ministers en de ECB geven hen daarin gelijk.