DEN BOSCH - De veelbesproken variant van de IJzeren Rijn, de goederenlijn tussen Turnhout en Duitsland via de snelweg A67 dwars door Brabant naar Limburg, lijkt voorlopig van de baan.
Uit een haalbaarheidsonderzoek in opdracht van de provincies Noord-Brabant en Limburg dat vandaag bekend wordt gemaakt, blijkt dat het opnieuw leven inblazen van dit historische 120 jaar oude spoortracé dat de haven van Antwerpen met het Duitse Ruhrgebied moet verbinden, veel te duur wordt.
Deskundigen hebben berekend dat deze variant ruim acht miljard gulden zal moeten gaan kosten, waarvan de helft door de Nederlandse overheid zou moeten worden betaald en de andere helft gezamenlijk door België en Duitsland.
"Zo'n traject land blijkt de eerstkomende 15 à 20 jaar geen haalbare kaart", weet de Brabantse CDA-Gedeputeerde Pieter van Geel, die spreekt van het wedden op een dood paard. "We willen voorkomen dat we dezelfde misser maken als bij de Betuwelijn. Je moet dingen tenslotte zeker weten."
"Het plan heeft geen enkel draagvlak", stelt Van Geel. "De kosten voor alle maatregelen vallen vies tegen. We moeten niet alleen door natuurgebieden, maar ook door stedelijk gebied. Bovendien is de financiële steun van België en Duitsland niet zoals verwacht. Het hele plan geeft geen enkele meerwaarde voor Brabant. Op langere termijn zien we wellicht kansen."
Wat nu nog rest zijn enkele omleidingen via Zuid-Limburg en Roermond. Minister Netelenbos (Verkeer) wil volgende maand een beslissing over de IJzeren Rijn nemen. Een van de varianten die overblijft is een traject tussen Budel, Weert via Helmond naar Venlo. De andere variant gaat dwars door het natuurgebied de Mijnweg bij Roermond. Maar in Limburg ontstond hiertegen al eerder verzet.