FUKUOKA - Tenminste twee souvenirs wilde Inge de Bruijn meebrengen uit Japan, zo had ze zich aan het begin van de wereldkampioenschappen zwemmen in Fukuoka voorgenomen. Op het verlanglijstje prijkten een gouden medaille voor zichzelf en voor haar neefje een Pachapo, de mascotte van het toernooi. Na afloop van de 100 meter vrije slag waren beide wensen vervuld, maar uit vreugde over het completeren van haar erelijst, waarop tot gisteren een wereldtitel ontbrak, smeet de Eindhovense het groene knuffelbeest in de tribunes.

Inge de Bruijn (Foto: ANP)

Niet dat de jongste telg van de familie De Bruijn bij terugkeer van haar tante zal worden teleurgesteld. "Ik koop er nog wel eentje", klonk het geruststellend. "Of beter: ik haal er later deze week nog wel eentje op het podium op."

Er zijn er maar weinigen - de zwemster zelf incluis - die er aan twijfelen dat De Bruijn op alle drie de individuele nummers waarop zij start in de prijzen gaat vallen. Niet alleen benadert ze de vorm van de Spelen in Sydney, waar drie maal goud en een keer zilver werd geoogst, de concurrentie is momenteel ook behoorlijk afgekalfd, zo werd gisteren duidelijk. Hoewel het haar moeite kostte in het laatste deel van de race te versnellen, was haar 54,18 seconden de negende tijd ooit gezwommen, voldoende om een bres van 0,82 seconden te slaan met de nummer twee, de voormalige Oost-Duitse Katrin Meissner.

Het gebrek aan serieuze tegenstand tijdens De Bruijns eerste finale in Fukuoka was voor haar trainer Jacco Verhaeren zelfs reden vraagtekens te zetten bij het nut van een WK in een post-olympisch jaar. "Ik mis hier zwemsters als Thompson en Dara Torres, die het na Sydney een jaartje rustig aan doen. En de concurrenten die overblijven, zoals Martina Moravcova, vallen me ook niet mee. Je kunt je afvragen wat wereldkampioenschappen als deze toevoegen aan een kalender en of het niet verstandiger is iedere vier jaar een WK te organiseren, in plaats van om de twee jaar." Nut heeft de mondiale titelstrijd in ieder geval wel voor Pieter van den Hoogenband. Tijdens zijn eerste directe confrontatie met Ian Thorpe sinds de Olympische Spelen kreeg het Brabantse zondagskind zwemles van de 18-jarige Australiër. Omdat goud deze WK voor Thorpe synoniem staat voor wereldrecord, verbeterde hij na de 400 en 800 vrij ook op de 200 vrij zijn eigen snelste tijd ter wereld. In een onwaarschijnlijk sterke race liet hij 1.44,06 klokken, 0,63 seconden sneller dan hij in maart van dit jaar bij de Australische kampioenschappen in Hobart was geweest. De 1.45,81 die Van den Hoogenband daar tegenover stelde en goed was voor zijn tweede zilveren medaille deze WK, liet voor Verhaeren slechts ruimte voor één conclusie. "Pieter is hier weggezwommen."

De nederlaag liet zich volgens hem overigens niet alleen verklaren door het feit dat Thorpe onmiddellijk na de voor hem teleurstellende Olympische Spelen de training hervatte, waar Van den Hoogenband vijf maanden lang de teugels liet vieren en pas begin februari compleet met zwembandjes terugkeerde in het water. "Het zit 'm ook in die schoenmaat 52. Het is eigenlijk niet eerlijk om tegen iemand met zwemvliezen te racen. Op de laatste 50 meter liet hij 25,8 noteren. Dat is ongelooflijk hard."

Het zat niet helemaal goed, blikte 'VdH' (maatje 47) terug. Het ontbrak hem aan de vorm van een dag eerder, toen hij in de halve finales met achteloos gemak éénhonderste seconde sneller zwom. En misschien nog wel belangrijker: waar hij in Sydney een gat in de dag sliep, staarde hij gistermiddag in zijn hotelkamer urenlang naar het plafond. Zelfs de beproefde methode om in te dutten, het draaien van keiharde muziek op zijn walkman, bracht geen soelaas, waarna hij zich maar verdiepte in het boek De Geruchten van Hugo Claus. "Een aanrader", meende hij, al was hij diep in zijn hart liefst na drie bladzijden onder zeil geweest.

Maar zelfs als hij goed had geslapen en zich zo sterk als daags tevoren had gevoeld, was hij bij lange na nog niet aan Thorpe's tijd gekomen, wist hij. "Een tijd van onder de 1.44 bewaren we maar voor volgend jaar", klonk het strijdlustig. "Een beter motivatie om er na de vakantie voluit tegenaan te gaan had ik niet kunnen krijgen. Ik kan niet wachten om me straks weer vreselijk af te beulen. Want laten we eerlijk zijn: als ik met zo'n korte voorbereiding had gewonnen, was ik tegen alle wetten van het zwemmen in gegaan. Thorpe heeft me vandaag nieuwe prikkels en doelen op een presenteerblaadje aangereikt."

Een dag na de forse nederlaag tegen Kroatië (12-3) hebben de Nederlandse waterpoloërs gisteren opnieuw ruim verloren. Oranje was niet opgewassen tegen Spanje: 10-5 (2-1 1-1 4-0 3-3). Ondanks de twee ruime nederlagen kan Nederland zich vandaag door een zege op Australië kwalificeren voor de strijd om de plaatsen 1 tot en met 5.

Fukuoka. WK.Vrouwen. 100 meter vrije slag: 1. De Bruijn (Ned) 54,18, 2. Meissner (Dui) 55,07, 3. Völker (Dui) 55,11. 200 meter schoolslag: 1. Kovacs (Hon) 2.24,90, 2. Hui (Chn) 2.25,09, 3. Xuejuan (Chn) 2.25,29. 4 x 200 meter vrije slag (voorlopig): 1. Groot-Brittannië 7.58,69, 2. Duitsland 8.01,35, 3. Japan 8.02,97. Gediskwalificeerd: Australië en Verenigde Staten. Bijzonderheid: uitslag nog niet officieel wegens protesten. 50 meter vlinderslag: gekwalificeerd voor finale: 1. De Bruijn (Ned) 26,10.

Mannen.50 meter rugslag: 1. Ball (VSt) 25,34, 2. Rupprath (Dui) 25,44, 3. Welsh (Aus) 25,94. 200 meter vrije slag: 1. Thorpe (Aus) 1.44,06 (WR), 2. Van den Hoogenband (Ned) 1.45,81, 3. Keller (VSt) 1.47,10. 100 meter vlinderslag: Niet gekwalificeerd: Keizer (Ned) 53,72.

Schoonspringen vrouwen, tien meter. Finale: 1. Xu (Chn) 532,65, 2. Duan (Chn) 522,54, 3. Tourky (Aus) 511,50.

zoek naar gerelateerde artikelen

do 26 juli 2001