Van den Hoogenband. (Foto: ANP)

FUKUOKA - Turnen is geen zwemmen. Dat klinkt logisch (en is het ook), maar was in de optiek van Jacco Verhaeren tevens het plausibele antwoord op de vraag waarom Pieter van den Hoogenband in navolging van de Spelen in Sydney ook tijdens de WK zwemmen in Fukuoka naast het goud op de 50 meter vrije slag greep. Ging hij met een reactietijd van 0,74 seconden eindelijk eens als vierde van het startblok, sneller dan hij ooit eerder had gedaan, verprutste hij zijn winstkansen met een ander onderdeel van zijn starttechniek. De spreiding van zijn benen op het moment dat hij te water ging kostte hem naar Verhaerens schatting drie kostbare tienden van seconden, ruimschoots meer dan de marge van achthonderdste die hij aan de andere kant van het bad tekort kwam om revanche te nemen op olympisch kampioen Anthony Ervin, die hem dit maal als enige voor bleef. "Starten heeft absoluut níets met zwemmen te maken. Het is eerder turnen. Of acrobatiek, van mijn part. Pieter heeft vandaag ten overvloede bewezen dat hij in het water de snelste zwemmer ter wereld is. Het is voor hem alleen jammer dat er bij een wedstrijd ook een start hoort."

Tevredenheid en teleurstelling streden na afloop bij Van den Hoogenband om voorrang. Natúúrlijk baalde hij aan de ene kant van zijn start. "Het is een oerinstinct. Je denkt niet na en dan verval je in oude fouten. En dat is fataal op de 50 vrij, waarin alles staat of valt met de kleinste details. Het is jammer dat de snelste zwemtijd daardoor geen goud oplevert." Maar ach, wat zou hij treuren? "Ik ben ontzettend tevreden met zilver. Dit is weer een stap verder dan in Sydney, moet je maar denken. Als ik nog even zo door ga, schuif ik vanzelf op naar de hoogste trede van het podium." Ook Verhaeren weigerde te somberen. "Voor hetzelfde geld zwem je drie- honderdste langzamer, dan grijp je overal naast."

Kosten noch moeite werden in de aanloop naar de wereldkampioenschappen gespaard om 'VdH' het starten onder de knie te laten krijgen. Eind maart werd zelfs de Amerikaanse starttrainer Dean Hutchinson ingevlogen om hem de fijne kneepjes bij te brengen, een sessie die volgend jaar een vervolg krijgt. Het oordeel van de man uit Delran was klip en klaar: Van den Hoogenbands grootste manco is dat hij geen controle over zijn lichaam heeft tijdens de zweeffase na de afzet en op het moment dat hij in het water komt.

Het was een uitgangspunt waar Verhaeren vervolgens mee aan de slag ging. Tijd was daarbij echter zijn grootste vijand, zo oordeelde hij gisteren. "In drieënhalve maand kun je jezelf geen perfecte start aanleren. Ik hoop hem volgend jaar, tijdens de EK in Berlijn, zo ver te hebben dat hij het naar zijn mogelijkheden onder de knie heeft. Als hij het dan niet kan, leert hij het nooit. De snelste start van de wereld zal hij nooit krijgen, maar wanneer hij zijn achterstand kan beperken tot een-tiende van de seconde in plaats van de gebruikelijke twee- tot drie-tienden, wint hij overal. Ach, de een zwemt harder, de ander start sneller. Het is maar waar je voor kiest."

"Maar met alleen een goede start ben je er nog niet helemaal, wil je de perfecte race nastreven", waarschuwde hij. De matige start vertaalt zich bij Van den Hoogenband namelijk in een te hoge slagfrequentie. Teneinde de schade zo snel mogelijk in te halen, scheert de Brabander op het sprintnummer met 65 slagen per minuut door het water. Berekeningen leerden Verhaeren echter dat hij op de 100 meter tien slagen minder per minuut maakt. Ondanks het keerpunt halverwege gaat hij bij die frequentie slechts een fractie van seconde langzamer dan de opgetelde tijd van twee aparte sprints. "Dat geeft aan dat hij nog sneller kan zwemmen als hij met minder slagen door het water gaat. Zoiets moet je niet alleen kunnen, maar ook durven. De enige die die kunst echt verstaat, is Alexander Popov. Ik ben er van overtuigd dat Pieter het ook kan, als hij maar niet naar zijn tegenstanders kijkt. Hij is de enige zwemmer ter wereld die op de 50 meter sneller in zijn eentje sneller gaat dan tijdens een wedstrijd met zeven concurrenten."

Overigens deed Verhaeren nog een andere suggestie aan de hand om Van den Hoogenband nu al als winnaar uit de bus te kunnen laten komen op de 50 vrij. "Misschien moeten we binnenkort een WK organiseren waarbij vanuit het water wordt gestart."

zoek naar gerelateerde artikelen

di 24 juli 2001