AMSTERDAM/BRUSSEL - De Nederlandse ziekenfondsen zijn te streng bij het toestaan van behandelingen in het buitenland. In een langverwachte uitspraak heeft het Europese Hof in Luxemburg de verzekeraars gisteren teruggefloten.
De uitspraak komt erop neer dat ziekenfondsen wel voorwaarden mogen stellen als een patiënt zich in een ander land in de Europese Unie wil laten behandelen, maar dat ze soepeler moeten worden dan nu het geval is.
Het ziekenfonds moet de behandeling volgens het Europese Hof namelijk toestaan als net zo'n doeltreffende behandeling in eigen land niet 'tijdig' kan worden aangeboden.
Gezien de lange wachtlijsten in Nederland kan de laatstgenoemde voorwaarde zeker door patiënten worden aangegrepen om naar de rechter te stappen als ze vinden dat hun zorgverzekeraar hen hier te lang aan het lijntje houdt. De rechter moet dan per geval uitmaken of de zorg in Nederland al dan niet tijdig is.
Buitenlandse behandeling mag volgens het Europese Hof daarnaast alleen worden geweigerd als het gaat om een behandeling die niet door de internationale medische wereld als 'beproefd en deugdelijk' is geaccepteerd. Experimentele behandelingen vallen daar dus niet onder. Maar het betekent ook dat een Nederlandse verzekeraar geen behandelingen kan weigeren alleen maar omdat die in ons land ongebruikelijk zijn, terwijl ze elders wel tot het normale medische aanbod behoren.
In het algemeen stelt het Hof dat de deur niet zomaar voor 'medisch toerisme' mag worden opengezet. De financiële houdbaarheid van het sociale zekerheidsstelsel en het behoud van een voor iedereen toegankelijke gezondheidszorg rechtvaardigen het stellen van voorwaarden. De patiënt moet dus ook van tevoren toestemming blijven vragen, zoals nu het geval is.
In de zaak, aangespannen door de twee Nederlandse ziekenfondspatiënten Peerbooms en Geraets-Smits die zich in Oostenrijk en Duitsland hadden laten behandelen, moest het Hof onderzoeken of hun zorgverzekeraars terecht hadden geweigerd de kosten te vergoeden.
CDA-europarlementariër Ria Oomen-Ruijten is tevreden met de uitspraak. "Dit legt een bom onder het beleid van minister Borst", meent zij. "Gezien de lange wachtlijsten in Nederland zullen veel patiënten met dit vonnis in de hand naar het buitenland uitwijken."
Ook de Amsterdamse advocaat mr. Inne Cath, specialist in Europees gezondheidsrecht, is niet ontevreden. Cath begeleidt vijftien patiënten van de bekende actiegroep Ruggespraak. Zij begonnen een juridische procedure tegen hun verzekeraars om hun operaties vanwege een rug- en nekhernia in München vergoed te krijgen. Cath: "We kunnen doorgaan met onze zaak. De uitspraak van het Hof laat zeker wel wat openingen."
De cliënten van mr. Cath staken zich diep in de schulden om snel van hun pijn te worden verlost. Zij lieten zich behandelen door de Nederlandse orthopedisch chirurg W. Zeegers, die een voor ons land unieke, maar niet onomstreden herniabehandeling uitvoert.
Dat deed hij in beperkte mate in het Maaslandziekenhuis in Sittard en daarnaast in een privé-kliniek in München. De ellenlange wachtlijsten voor de ingreep in Nederland leidden er uiteindelijk toe dat Zeegers zijn ontslag in Sittard indiende en permanent naar München vertrok, waar inmiddels steeds meer Nederlanders bij hem aankloppen. Zijn actie trok vorig jaar veel publiciteit.
Voor Zeegers' (ex-)patiënten breekt opnieuw een spannende tijd aan. Volgens Norbert Dikkeboom, een van de leden van Ruggespraak, biedt juist de voorwaarde in de uitspraak over 'tijdig' behandelen perspectief. "Maar ook het standpunt dat verzekeraars een behandeling niet mogen weigeren omdat deze in ons land ongebruikelijk zou zijn, valt voor ons aan te grijpen. In Duitsland is de behandeling van Zeegers namelijk volledig geaccepteerd."