MOSKOU - Het World Trade Center van Moskou is van binnen behangen met posters, waarop zijn afbeelding prijkt en waarop hij in verschillende talen wordt bedankt voor bewezen diensten. De hoogste sportbaas ter wereld doet maandag, op de slotdag van het 112e IOC-congres, na een regeerperiode van liefst 21 jaar afstand van zijn troon. En de wereld zal het, mede dank zij de ruim 1500 aanwezige vertegenwoordigers van de internationale media, weten. Juan Antonio Samaranch, voor de één de redder van de olympische beweging, voor de ander een despoot van het zuiverste water.
Tot zijn loyaalste volgelingen binnen het Internationaal Olympisch Comité wordt Anton Geesink gerekend. "Het IOC zal Samaranch gaan missen", is de stellige overtuiging van de Utrechter.
|
Samaranch stopt ermee. (Foto: AP)
|
Vast staat dat de 80-jarige Spanjaard veel voor de olympische beweging heeft betekend. Toen hij in 1980, ook in Moskou, de voorzittershamer overnam van de Ierse Lord Killanin, was het IOC weinig meer dan een failliet clubje grijsaards zonder al te veel politieke en economische macht. De Spelen van dat jaar in de Russische hoofdstad waren zowel sportief (politieke boycot van de Verenigde Staten) als financieel weinig succesvol verlopen. Onder Samaranch kwam echter de grote ommekeer. Inmiddels staan de steden weer te dringen om de uiterst lucratieve Spelen binnen te halen geen enkele maal onder zijn leiding eindigde een olympische stad in de zwarte cijfers en wordt het IOC weer gezien als de machtigste sportorganisatie ter wereld. "Samaranch is de Pierre de Coubertin van de moderne tijd", meent Geesink. "Alleen beschikte Samaranch over nog meer mogelijkheden om zijn visie te realiseren. Hij heeft altijd getracht de Spelen voor iedereen toegankelijk te maken."
Onder zijn heerschappij kwam er een einde aan de politieke boycots, aan de zo hypocriete veroordeling van professionele sporters en aan de ondergeschoven positie van vrouwen binnen de olympische wereld. "Hij heeft oog voor details en ongelooflijk veel kennis van sportzaken. Het is altijd een genoegen met hem te praten", roemt Geesink zijn huidige voorzitter, door hem vaak aangeduid als 'mijn baas'. "Ik ben altijd loyaal naar hem toe geweest en omgekeerd."
Toch raakte ook Geesink in de loop der jaren af en toe teleurgesteld in de Catalaan. "Zijn zwakste eigenschap is dat hij altijd en overal tegen iedereen vriendelijk wil zijn. Het is hem soms te veel waard geweest de rust binnen de olympische beweging te bewaren. Hij had mij persoonlijk bijvoorbeeld best wat nadrukkelijker mogen steunen toen ik als IOC-lid bezig was om in Nederland voor elkaar te krijgen wat hij zo graag wil, namelijk een NOC-bestuur dat bestaat uit vertegenwoordigers van de olympische bonden zelf. Ik had van Samaranch verwacht dat hij tegen het toenmalige NOC-bestuur zou zeggen: 'Ga met Anton samenwerken, want ik zie hem later graag in het hoofdbestuur van het IOC komen.' Dat heeft hij nooit gedaan. En vervolgens is door de negatieve grondhouding van het NOC mijn internationale sportbestuurlijke carrière kapot gemaakt. Want het is duidelijk, internationaal kom je nergens aan de bak als je in eigen land niet gesteund wordt. Nu kom ik niet meer voor het hoofdbestuur in aanmerking. Daar ben ik inmiddels te oud voor."
Het is slechts voorzichtige kritiek van Geesink op de hoogste sportbaas. Buiten de beschermde omgeving van het IOC was de kritiek op Samaranch vaak en zeker de laatste jaren, vele malen scherper. Bijvoorbeeld op zijn dubieuze verleden. In zijn jonge jaren verklaarde Samaranch zich in eigen land solidair met het fascistische regime van generaal Franco. De Catalaan bekleedde in die periode onder meer een hoge functie op het ministerie van sport. Een overtuigd fascist schijnt Samaranch nooit geweest te zijn. Hij was volgens velen meer iemand die het Franco-regime aangreep om er zelf beter van te worden, zoals hij later ook het IOC gebruikte om persoonlijke macht te verkrijgen.
Binnen het IOC had Samaranch het vooral de afgelopen jaren zwaar te verduren als gevolg van het omkoopschandaal rond de toewijzing van de Winterspelen van 2002 aan Salt Lake City. Tien IOC-leden werden geroyeerd, tien anderen (onder wie Geesink) ontvingen een waarschuwing. "De hele affaire heeft hem veel zeer gedaan. Toch vind ik het sterk dat hij nooit van plan is geweest het zinkende schip, dat het IOC in de ogen van velen was, te verlaten. Ik herinner me nog de vergadering waarin hij de leden om hun oordeel vroeg. Hij zei: 'Ik wil doorgaan, maar jullie besluiten.' Direct kreeg hij van iedereen het vertrouwen, maar toen deed hij iets opmerkelijks, wat diepe indruk op me heeft gemaakt. Hij verliet de zaal en verzocht ons om in zijn afwezigheid nogmaals te stemmen", aldus Geesink. Bij die stemming was de steun andermaal overweldigend: slechts een onthouding plus twee tegen-stemmen.
Nu neemt Samaranch afscheid op de manier en in de stad (waar hij ooit diende als Spaans ambassadeur) zoals hij het zelf graag ziet. "Ik denk dat het goed is dat hij weggaat. Samaranch heeft weleens tegen mij gezegd dat hij wellicht eerder op had moeten stappen. Dat ben ik niet met hem eens. Nu is het een mooie tijd, hij heeft zijn werk gedaan."
Toch is het IOC nog niet van de familie Samaranch af. Het IOC-congres zal hem maandag officieel benoemen tot erevoorzitter voor het leven. Bovendien is de kans groot dat op die dag zijn zoon, Juan Antonio jr, zal toetreden tot het selecte gezelschap van IOC-leden. Hij is hoogstpersoonlijk voorgedragen door zijn vader. Volgens critici het schoolvoorbeeld van nepotisme, Geesink denkt daar anders over. "Het zou pas vriendjespolitiek zijn als hij hem zou installeren zonder inspraak van het congres, maar zo is het niet. Je kan het een vader niet kwalijk nemen als hij zegt: 'Mijn zoon zou een goeie zijn.' Oud-president van de Verenigde Staten George Bush zal dat vroeger wellicht ook weleens over zijn zoon gezegd hebben. In het geval van Samaranch heeft eerst het hoofdbestuur de voordracht positief beoordeeld, vervolgens is het aan de ethische commissie voorgelegd en komende maandag besluit het congres. Allemaal hooggekwalificeerde mensen, dunkt me. Dit geeft juist aan dat het IOC een democratische organisatie is."