De Telegraaf-iDe KrantNieuwsLinkSportLinkDFT.nlDigiNieuwsCrazyLife
wo 11 juli 2001  
---
De krant 
Voorpagina Telegraaf 
Binnenland 
Buitenland 
Telesport 
Financiële Telegraaf 
Archief 
ABONNEER MIJ 
De prins en Maxima 
Over Geld 
Fiscus 2001 
Scorebord 
Auto op vrijdag 
Jaaroverzicht 
---
Telegraaf-i
---
Ga naar 
AutoTelegraaf 
Reiskrant 
Woonkrant 
VacatureTelegraaf 
DFT 
CrazyLife 
Tour de France 2001 
Weerkamer 
Al onze specials 
Headlines 
---
Kopen 
 Speurders 
Veilinghal 
ElCheapo 
Siteshopper 
---
Met Elkaar 
Chatweb 
Vertel 
Cybercard 
Netmail 
---
Mijn leven 
AstroLink 
De Psycholoog 
---
Contact 
Adverteren 
Mail ons 
Over deze site 
Bij ons werken 
[terug]
 D E   T E L E G R A A F   T E L E S P O R T 
 
  Pact tussen Marjolein
de Jong en Wil Westphal
werpt vruchten af

Van onze speciale verslaggever

   
 

AMSTERDAM - Het Olympisch Stadion van Amsterdam is deze doordeweekse middag nagenoeg verlaten. Marjolein de Jong heeft er zojuist een training opzitten en haar trainer Wil Westphal is de horden nog aan het opruimen, wanneer een groepje op leeftijd zijnde trimmers even halt houdt bij het jeugdige hordentalent. Het zijn haar trouwste fans. "Het is hier vaak erg stil. Wanneer ik hier train, zijn zij verder de enigen op de baan. Ze informeren altijd even hoe het met me gaat. Die belangstelling stel ik wel op prijs."

Klik op de foto voor een afbeelding op volle grootte (426x284, 12kb)
Marjolein de Jong met haar trainer Wil Westphal. (Foto: MATTY VAN WIJNBERGEN)
Marjolein de Jong, vanaf morgen een van de Nederlandse deelnemers aan de EK voor neosenioren (tot 23 jaar) met uitzicht op een medaille, is een relatieve nieuwkomer in de vaderlandse atletiek. Daarentegen is Wil Westphal een oude bekende. Hij was ooit de man achter de succesvolle vrouwenestafetteploeg van 1968 (wereldrecord tijdens de Spelen van Mexico) en jarenlang de persoonlijke trainer van Tineke Hidding en Gretha Tromp. Na een langdurige stilte is hij terug in de schijnwerpers, met de 20- jarige De Jong als zijn nieuwste protégé. Sinds ruim twee jaar vormen ze een hechte twee-eenheid. De twee hebben hun eigen route naar de top uitgestippeld, waarin geen plaats is voor een omvangrijke trainingsgroep. "We zijn op elkaar aangewezen, maar voor zo'n gecompliceerd en individualistisch nummer als de 400 meter horden is dat juist een voordeel", zegt De Jong. "Het is bijvoorbeeld al moeilijk de juiste paslengte te bepalen, dan is het handig als je een trainer hebt die alleen oog voor jou heeft. Bovendien klikt het goed."

De resultaten zijn opvallend. Na ballet, tennis en schaatsen begon De Jong pas in '96 met atletiek in Alkmaar. Eerst nog puur recreatief en deel uitmakend van een hordengroepje dat getraind werd door oud-meerkampster Tineke Hidding, later met Wil Westphal aanzienlijk serieuzer. Afgelopen seizoen beleefde ze haar doorbraak. Ze begon dat seizoen met een persoonlijk record van 62,19 seconden op de 400 meter horden en eindigde met 56,26 achter haar naam. Die laatste tijd, gelopen bij de WK junioren in Chili, leverde haar zilver op. Daarnaast werd De Jong in Amsterdam, mede door afwezigheid van de geblesseerde Ester Goossens, ook nog nationaal kampioene.

Die titel prolongeerde ze afgelopen weekeinde in Tilburg. Het is mooi meegenomen, maar meer niet, benadrukt De Jong. Dit seizoen draait voor haar alles om de EK voor neosenioren. Ze liep dit seizoen enkele grote internationale wedstrijden, zoals de FBK-Games in Hengelo, maar die races greep ze aan om te experimenteren met haar paslengte. De Jong maakt, eigenzinnig als ze is, duidelijke keuzes. "Soms heb je dan wel wat uit te leggen aan mensen, zoals aan Jos Hermens. Die doet moeite je bij een wedstrijd binnen te krijgen en dan loop je een zeer tegenvallende tijd. Maar op voorhand weet je natuurlijk niet of een experiment mislukt. Wil en ik hebben voor de weg der geleidelijkheid gekozen. In vergelijking met veel anderen train ik vrij weinig, in de zomer zo'n vier keer per week. Dat kunnen we wel gaan opschroeven naar tien keer per week en dan loop ik dit seizoen misschien nog in de 54 seconden, maar op die manier ben ik volgend jaar opgebrand of geblesseerd. Ik wil langer mee dan een paar jaar."

Ze noemt de 400 meter horden aan afwisselend nummer, waarbij uithoudingsvermogen, snelheid, hordentechniek en tactiek voorname facetten zijn, maar minstens zo belangrijk is het vermogen te 'sterven'. Het gevecht tegen de verzuring levert ze soms in trainingen, maar altijd in wedstrijden. "Ik kan goed pijn lijden, ook in trainingen, omdat ik met Athene 2004 een helder doel voor ogen heb", aldus De Jong, die door haar gracieuze stijl van lopen een beetje doet denken aan Marie-José Pérec, de olympisch kampioene van '92 en '96. "Ik train alleen, dus ik weet niet of het normaal is wat ik doe, maar het werkt wel. Ik vertrouw blindelings op Wil. Hij is geen clubtrainer die de 400 meter horden erbij doet, maar een specialist."

De Europese titelstrijd voor neosenioren is dit seizoen voor de studente psychologie het enige hoofddoel. Volgens de Omega-Wave van Henk Kraaijenhof is ze in topvorm ("maar dat voel ik zelf ook wel") en dient ze voor een medaille te gaan. "De tijd interesseert me niet", zegt De Jong, die nog wel de richttijd voor de WK in Edmonton (55,20) in haar achterhoofd heeft. "Eigenlijk is die onhaalbaar, maar ik vind het wel leuk onhaalbare doelen na te streven. Want waarom zou ik mezelf al op voorhand beperkingen opleggen?"




 

zoek naar gerelateerde artikelen


wo 11 juli 2001

[terug]
     
© 1996-2001 Dagblad De Telegraaf, Amsterdam. Alle rechten voorbehouden.