ANTWERPEN - De een sluit zich tot één minuut voor de start op in de camper, de ander beantwoordt vragen met dreigementen. Het spel van verstoppertje én de vermoorde onschuld spelen beheerst weer de Tour de France. Na de publicatie in de Sunday Times over de nauwe samenwerking van Lance Armstrong én zijn vroegere luitenant Kevin Livingston met de meest omstreden wielerarts, Michele Ferrari, zijn er vele vragen. Maar in het schimmenspel van de wielersport, dat het daglicht al decennia lang niet kan verdragen, is er ook anno 2001 maar één antwoord: geen commentaar.
Op weg naar het startpodium in Calais wordt Livingston in galop gevolgd door een cameraploeg. Zijn ploegmaat Udo Bölts, zichtbaar geïrriteerd, houdt de cameraman aan en kijkt nadrukkelijk welke medianaam er op de badge staat. De controle is weer op z'n scherpst en journalisten worden argwanend, alsof het aasgieren zijn, op afstand gehouden. Rond de campers van US Postal en Telekom staan inmiddels al weer barricades. "Als het drie weken zo moet, dan praten we de hele Tour met niemand meer", zegt Armstrongs ploegleider Johan Bruyneel enigszins dreigend.
De Belg is zichtbaar aangeslagen door de commotie die de Londense kwaliteitskrant heeft veroorzaakt. Zondagavond laat werd er onder de toenemende druk nog een perscommuniqué verstuurd, waarin Armstrong officieel bevestigt dat hij sinds 1995 Ferrari persoonlijk kent. "Ferrari deed in Europa lichamelijke tests met me en gaf informatie door aan mijn coach Chris Carmichael", verklaart de tweevoudig Tour-winnaar. "Ferrari gaf me ook raad betreffende diëten, hoogtestages, het trainen in zuurstofcabines en het gebruik van hogedruktenten. Ik heb er nooit voor gekozen om mijn samenwerking met hem bekend te maken, omdat hij nogal ongenuanceerde uitspraken over epo deed in 1994. Ik heb echter nooit met hem over epo gesproken of epo gebruikt."
Bij de start hield Armstrong zich schichtig weg. Al zei hij wel aan een bekende journalist: "Als Ferrari in Italië door de rechter schuldig wordt bevonden, zal ik onze samenwerking beëindigen."
Ploegleider Bruyneel: "Die journalist van de Sunday Times is er alleen op uit om Armstrong neer te sabelen. Het is niet makkelijk om ons nu nog op het fietsen te concentreren. Wij moeten met twee vijanden afrekenen. Ten eerste de directe concurrenten in de wedstrijd, daarnaast ook nog sommige media die ons willen laten struikelen. Maar we zijn er mentaal op voorbereid."
Honderd meter verderop bij het kamp van Jan Ullrich worden de messen ook geslepen. Alle aandacht richt zich op Livingston. Jarenlang was hij Armstrongs beste vriend en kamergenoot. Totdat hij vorig jaar om mysterieuze redenen overstapte naar diens grootste concurrent. In het gerechtelijk onderzoek naar Ferrari bleek dat zijn hematocrietwaarde in december 1997 41,2 bedroeg, terwijl die vlak voor de Tour de France 1998 aanmerkelijk naar 49,9 was gestegen. "Ik werk niet meer met Ferrari, meer wil ik niet zeggen", zei Livingston vluchtig.
Ploegmanager Walter Godefroot van Telekom werd afgelopen vrijdag door Livingston voor het eerst op de hoogte gebracht over zijn voormalige samenwerking met Ferrari. "Kevin vertelde me dat er een klopjacht op Armstrong is en dat er van alles gepubliceerd zal worden. Hij heeft me verklaard dat het alleen om trainingsschema's ging. Hij heeft nooit bloedtesten bij Ferrari gedaan of medicijnen van hem aangenomen. Ik heb dat voor kennis aangenomen."
Godefroot geeft aan dat Livingston, net zoals alle andere renners bij Telekom, tegenwoordig behandeld wordt door de eigen ploegartsen. "Alle testen worden gedaan bij de universiteit van Freiburg. Als iemand zich laat behandelen door een andere arts moet hij daarvoor toestemming vragen aan ons."
Ondertussen lekten in Florence de eerste twaalf namen uit van de renners die zich naar aanleiding van de dopingrazzia in de afgelopen Giro d'Italia bij de onderzoeksrechter moeten melden. Hieronder Sciandri, Piccoli en Missaglia (Lampre), Salvoldelli (Saeco), Peron (Fassa Bortolo), De Paoli en Siboni (Mercatone Uno) en Lombardi van Telekom. Godefroot: "Pas wanneer het onderzoek is afgerond, geef ik hier commentaar op."
Ook Hennie Kuiper lag gisteren ineens in de vuurlinie betreffende zijn ploegleiderschap bij Motorola. Een oud-renner, die van 1992 tot 1996 prof was bij die Amerikaanse formatie, verklaarde anoniem aan de Sunday Times dat er in de Tour van 1995 epo in het team werd gebruikt. "In 1994 en in het voorjaar van 1995 waren de resultaten tegenvallend", aldus de renner. "Voor de Tour werd het ons duidelijk dat we ook mee moesten doen in én aan de epo-race. Armstrong was onze woordvoerder als het over epo ging. Wij renners voelden de druk, niet alleen van binnen het team, maar ook van wat er gezegd en geschreven over ons werd. Niemand heeft als uitgangspunt om doping te gebruiken, maar je wordt gewoonweg een slachtoffer van de sport."
Kuiper: "Het interesseert me niet welke renner dit heeft geroepen. Ik geef er helemaal geen commentaar op. Van deze verhalen word ik dood- en doodziek."
* Gisterochtend is moeder Gusta op 84-jarige leeftijd overleden. Zij was de moeder van de profwielrenners Willy, Walter en Eddy Planckaert. Tegenwoordig maken haar kleinkinderen Jo en Francesco Planckaert weer furore bij de profs.
* Max van Heeswijk kent een beroerde start in de Tour. Gisteravond had hij 38,5 graden koorts en last van diarree. In de rit naar Antwerpen overleefde hij het hoge tempo, waardoor hij weer enigszins optimistisch vooruit kijkt.