AMSTERDAM - De Hells Angels die na de inval in hun clubhuis Angels Place in Amsterdam begin dit jaar werden verdacht van verboden wapen- en drugsbezit, worden niet vervolgd. Dat heeft een woordvoerder van het Openbaar Ministerie in de hoofdstad gisteren bekend gemaakt.
In februari deed de politie na tips over vuurwapens een inval op het terrein van Angel Place op de H.J.E. Wenckebachweg. In totaal vond zij daar vijf vuurwapens (waaronder een automatisch wapen), twee geluiddempers, 98 patronen, een partij illegaal vuurwerk en 1,8 kilo hasj. Zij hield negen mensen aan.
Maar volgens het Openbaar Ministerie is de verboden waar niet terug te leiden tot individuen. Daardoor ontbreekt voldoende bewijs voor succesvolle vervolging. De arrestanten werden korte tijd na de inval al weer op vrije voeten gesteld.
Het justitieel onderzoek naar de klappen die vorig jaar werden uitgedeeld aan televisiepresentatoren Barend en Van Dorp loopt wel gewoon door. Circa tien Hells Angels bestormden toen de studio van RTL in Hilversum. Ze eisten excuses van de presentatoren, omdat ze de motorclub een criminele organisatie hadden genoemd. Barend en Van Dorp rectificeerden daarop hun uitspraken. Hoewel de twee geen aangifte deden, stelde het parket Amsterdam een onderzoek in.
![[terug]](/krant/logos/terug.omlaag.gif){kind=small}