DEN HAAG - De sociale dienst in Amsterdam wordt onder curatele gesteld. De hoofdstad blijkt een groot luilekkerland voor frauderende bijstandsgerechtigden. De afgelopen vijf jaar vertikte de dienst om 65 miljoen aan fraude op te sporen. Bij fraude die wel werd opgespoord werd in 62% van de gevallen geen boete opgelegd. Mensen die gewoon kunnen werken zitten anderhalf jaar lang onnodig thuis duimen te draaien met een uitkering.
Dit blijkt uit het vernietigende onderzoek van het ministerie van Sociale Zaken naar de uitvoering van de Bijstandswet in Amsterdam. De 25 accountants die de sociale dienst binnenste buiten hebben gekeerd troffen een ongekende chaos aan bij het onderzoek naar de dossiers.
PvdA-minister Vermeend (Sociale Zaken) neemt vergaande maatregelen om aan de wanorde in Amsterdam een einde te maken. Mogelijk wordt ook een fors bedrag van de gemeente teruggevorderd.
De onderzoekers laten geen spaan heel van de aanpak van de inmiddels opgestapte GroenLinks-wethouder Köhler, die verantwoordelijk was voor het reilen en zeilen van de sociale dienst. "De rechtmatigheid van de bijstandsverlening door de gemeente Amsterdam is in onvoldoende mate gewaarborgd. Uit het dossieronderzoek bleek dat in 45% geen maatregelen en in 62% geen boetes worden opgelegd waar dit wel geïndiceerd was", aldus de onderzoekers in hun conclusie.
Deugt niet
De fraude-aanpak, een speerpunt van minister Vermeend, deugt in Amsterdam van geen kanten. "Fraudesignalen komen bij de gemeente Amsterdam op meerdere plaatsen binnen en worden niet consequent geregistreerd en op afwikkeling gevolgd. Het gaat daarbij om een achterstand in de afwerking van belastingsignalen die betrekking hebben op het jaar 1996 tot en met heden met een geschatte waarde van het fraudebedrag van 65 miljoen", aldus het rapport.
Vermeend vermoedde vanaf het begin van zijn aantreden dat de praktijken van de hoofdstad het daglicht niet konden verdragen en dat zijn anti-fraudebeleid niet wordt nageleefd. Ook de top van de sociale dienst blijkt geen enkele controle te hebben op de uitvoering van de Bijstandswet. Er is onvoldoende informatie over de bijstandsgerechtigden en de wetsuitvoering, waardoor geen enkele kennis is over hoe het wel zou moeten.
Ook in de eerste maanden van dit jaar gooide de dienst er met zijn pet naar. Van de gemeentelijke doelstelling om bijstandstrekkers aan het werk te helpen werd nog niet eens de helft in het eerste kwartaal gehaald.
Pijnlijk is bovendien dat mensen in de bijstand met grote kansen op een baan door de sociale dienst anderhalf jaar lang aan hun lot worden overgelaten. "De gemeente Amsterdam houdt voor het overgrote deel van haar uitkeringsgerechtigden (95%) de maximale wettelijke heronderzoekstermijn van 18 maanden aan. Voor kanshebbenden op de arbeidsmarkt is 18 maanden een buitengewone lange periode." |