TEL AVIV - Daags nadat de Palestijnse leider Jasser Arafat, onder internationale druk, zijn mensen had bevolen een staakt-het-vuren in acht te nemen, zeiden vertegenwoordigers van de militante moslimgroepering Hamas gisteren dat ook zij zich aan het bestand zouden houden, en geen zelfmoordaanslagen meer zouden plegen in Israël.
Zij benadrukten echter wel dat de strijd tegen de bezetting van de Gazastrook en de Westoever onverminderd doorgaat. Ook de Fatah-partij van de Palestijnse leider Arafat liet weten voor het bestand te voelen.
In een verklaring stelden Hamas en Fatah dat "Israël een kans wordt gegeven om te stoppen met zijn politiek van moorden en vernieling". De moslimextremisten van Jihad staan vooralsnog niet achter de verklaring van Hamas en Fatah. Hamas eiste de verantwoordelijkheid op voor de zelfmoordaanslag van vrijdag in Tel Aviv die twintig Israëlische tieners het leven kostte.
De Israëlische premier Ariel Sjaron verklaarde gisteravond Jasser Arafat nog slechts even respijt te geven om in de Palestijnse gebieden orde op zaken te stellen. Israël overweegt bufferzones in te stellen om zich te beschermen tegen Palestijnse aanvallen.
Sjarons verklaring kwam na langdurige gevechten in de Gazastrook, de eerste serieuze gevechtshandelingen na de aanslag voor de discotheek in Tel Aviv, waarbij behalve de twintig doden ook nog negentig gewonden vielen toen een Palestijn zichzelf opblies.
Bij de gevechten van gisteren nabij de Rafah-grenspost werden 18 Palestijnen gewond en drie Israëli's. Beide partijen beschuldigen elkaar ervan de gevechten te hebben uitgelokt.
Ultimatum
De gevechten bedreigden de gespannen rust die gisteren heerste. Sjaron eist van Arafat dat de Palestijnen zich houden aan het staakt-het-vuren dat hun leider onder grote internationale druk, en uit vrees voor een grootscheepse Israëlische wraakactie, zaterdag had afgekondigd.
Sjaron wil ook dat Arafat de vrijgelaten leden oppakt van de Hamas-beweging en Jihad die diverse aanslagen in Israël hebben opgeëist. Sinds het begin van de Al Aksa Intifada, nu acht maanden geleden, is de aanhang van deze groeperingen echter danig gegroeid. Ook binnen de eigen Fatah-groep van Arafat zijn er plaatselijke commandanten die niets voor een bestand voelen.
De Palestijnen hebben geen zin om in naam van Israël mensen op te pakken. Een staakt-het-vuren betekent volgens de vooraanstaande Palestijnse Hanan Ashrawi ook niet dat er een einde komt aan de Palestijnse opstand. "We hebben het recht om ons tegen de Israëlische bezetting te weren."
Israël heeft na het bloedbad in Tel Aviv de Palestijnen de duimschroeven nog verder aangedraaid. De blokkade van de Palestijnse gebieden is bijkans compleet. Waar in het verleden bewust achteraf wegen werden vrijgehouden om de Palestijnen nog enige bewegingsvrijheid te geven, staan daar nu ook Israëlische soldaten. Verkeer tussen Palestijnse steden is onmogelijk. Volgens de Palestijnen worden ook brandstof en gasflessen om te koken niet meer toegelaten.
Vooraanstaande Palestijnse leiders slapen niet meer in hun eigen huis en strategische plekken als politiebureaus blijven onbemand uit vrees voor de wraak van Israël. Het is een publiek geheim dat Israël al zijn doelen heeft uitgezocht en dat slechts een gebaar van Arafat een harde actie kan voorkomen. |