JAKARTA - De Indonesische president Abdurrahman Wahid komt steeds meer alleen te staan bij zijn pogingen om koste wat het kost afzetting te voorkomen. Hij dreigde gisteren opnieuw de noodtoestand uit te roepen en het parlement te ontbinden als de volksvertegenwoordiging woensdag een afzettingsprocedure tegen hem in gang zet.

Een van zijn bewindslieden, minister Susilo Bambang Judhoyono van politieke en veiligheidszaken, zei echter dat hij afkondiging van de noodtoestand "niet kan steunen".

Wahid is, volgens zijn woordvoerder Massardi, bang dat een poging hem uit zijn functie te ontheffen, ertoe zal leiden dat het land uiteen zal vallen. Wahid vreest dat dit rellen tot gevolg heeft, net zo ernstig als die bij de val van Soeharto in mei 1998 waarbij enkele honderden doden vielen.

Wahid bood vrijdag aan een deel van zijn macht af te staan aan Megawati. Na een aanvankelijke afwijzing van het aanbod lieten zegslieden van haar partij PDI-P zaterdag weten dat zij niet uitsluit toch een aantal taken van de president over te nemen. Een meerderheid van het parlement is daar echter tegen.

Een PDI-P-zegsman zei tegen de Indonesische krant Jakarta Post dat Megawati het aanbod van de president serieus overweegt. Megawati zou er echter op staan dat alle mogelijkheden eerst worden besproken tijdens een speciale sessie van de Raadgevende Volksvergadering (MPR), aldus de woordvoerder.

Megawati zelf laat zich vooralsnog niet over de kwestie uit. Gisteren bezocht zij onverwachts het graf van haar vader, de eerste Indonesische president Soekarno, op Oost-Java.

Inmiddels verliep de tijdslimiet die Wahid aan Megawati had gesteld om over zijn aanbod een beslissing te nemen. De president had eerder al met de noodtoestand gedreigd, maar liet dat achterwege.

Onder de uitzonderingstoestand in Indonesië - een stap onder de staat van beleg - krijgt de politie grote volmachten, wordt een nachtelijk uitgaansverbod van kracht en wordt de persvrijheid aan banden gelegd. (AP/Reuters)

zoek naar gerelateerde artikelen

ma 28 mei 2001