AMSTERDAM - Junk mag met 60 jaar naar verzorgingshuis
De gemeente Amsterdam gaat op korte termijn een bejaardenhuis voor daklozen bouwen. Daarnaast dienen spoedig ook dergelijke verzorgingstehuizen gerealiseerd te worden voor oudere drugsverslaafden en uitgetippelde heroïneprostituées.
Deze unieke vormen van opvang voor typisch Amsterdamse probleemgroepen moeten zo snel mogelijk gebouwd worden, vindt de nieuwe PvdA-wethouder Bea Irik (Zorg).
Zij denkt aan een onderkomen voor de zestigplussers onder de verslaafden veelal van Surinaamse afkomst en aan een bejaardenhuis voor mensen die onbedoeld jaren zijn blijven hangen in verblijfplaatsen van de Hulp voor Onbehuisden (HvO). Ook is er behoefte aan een opvanghuis voor oudere heroïnehoeren.
Vooral met het bejaardentehuis voor daklozen is spoed geëist, zo meent Irik. Een HvO is eigenlijk bedoeld voor mensen die tijdelijk het spoor bijster zijn en gedurende een korte periode zonder huis zitten. Irik: "Maar in praktijk zijn er nogal wat van die personen blijven hangen, soms wel jaren! Sommige mannen en vrouwen zijn inmiddels al bejaard. Vandaar dat ik vind dat er een bejaardenhuis voor hen gebouwd moet worden, want ze houden belangrijke plekken voor anderen, de jongeren, bezet. In een HvO hoort doorstroom te zijn. Het doel is dat de inwonenden uiteindelijk weer eigen onderdak vinden."
De problematische groep harddrugsverslaafden zal de komende jaren verouderen, is de verwachting van hulpverleners. "Voor de Surinamers onder hen is het van groot belang dat ze samen in eigen culturele omgeving worden ondergebracht in een verzorgingstehuis," vindt wethouder Irik. Naar de mogelijkheid om aparte opvang voor oudere heroïneprostituées te realiseren, loopt momenteel een gemeentelijk onderzoek.
Met het inlopen van de achterstanden op het gebied van zorg in de hoofdstad is volgens Irik zeker 15 tot 20 miljoen gulden op jaarbasis nodig. Hiermee hoopt zij ook een eind te maken aan de falende opvang voor psychiatrische patiënten met acute problemen. "Tegen alle afspraken in, kwamen er in het laatste kwartaal van 2000 nog 104 van deze mensen in een politiecel terecht. In de eerste drie maanden van dit jaar nog 92. Dat is veel te veel, daar moeten we een eind aan maken," belooft Irik.
Zij denkt dat het mislukken van de opvang te maken heeft met een te lage inschatting van de acute probleemgevallen in geestelijke nood: "Men ging uit van drie- à vierhonderd mensen en het blijken er een kleine 700 te zijn. Daar is de professionele hulpverlening en opvang niet op berekend."