DORDRECHT - De rechtbank in Dordrecht heeft een vordering van De Vries Robbé Groep (DVRG) van ƒ33 miljoen tegen oud-bestuurder A. Brinkman van grootaandeelhouder BTG Holdings afgewezen. Directeur P. Versteeg van het beursgenoteerde De Vries Robbé noemde de uitspraak verrassend. De handel in aandelen (DVRG) werd gisteren tot nader order stilgelegd.

A. Brinkman.

De Vries Robbé eiste de schadevergoeding, omdat Brinkman 'lijken in de kast' zou hebben verzwegen. Het beursfonds heeft miljoenen guldens verloren, omdat de voormalige grootaandeelhouder BTG Holdings het bedrijf (Mulder Boskoop, later omgedoopt in DVRB) bij de beursgang zou hebben opgezadeld met verliesgevende dochters. Pas toen deze grootaandeelhouder het belang in het beursfonds verzilverd had, bleken de dochterbedrijven een kat in de zak. Brinkman was zowel directeur van Mulder Boskoop als directeur van grootaandeelhouder BTG Holdings. Ook mede-directeur J. Gaal van BTG speelde een rol in de affaire.

De Vries Robbé voelde zich in zijn vordering gesterkt door een rapport dat in februari is gemaakt in opdracht van de Ondernemingskamer van het gerechtshof in Amsterdam. Hieruit blijkt dat BTG het beursfonds heeft misbruikt om verliesgevende bedrijven te gelde te maken. Brinkman speelde volgens het onderzoek een hoofdrol in de gang van zaken. In mei buigt de ondernemingskamer zich over het rapport.

De rechtbank in Dordrecht meent echter dat het bestaan van een 'lijk in de kast' ook achteraf niet door accountants kan worden vastgesteld. De Vries Robbé moet nu een ontslagvergoeding van circa ƒ250.000 aan Brinkman betalen. Er loopt ook nog een smaadprocedure van Brinkman tegen De Vries Robbé.

Brinkman stelde gisteren 'erg opgelucht' te zijn. "De Vries Robbé Groep heeft geprobeerd mij kapot te maken. Dat is dus niet gelukt." Over het voornemen van de Vereniging van Effectenbezitters (VEB) om ook een claim 'tegen BTG of de betrokken personen zelf' in te dienen, zei Brinkman "niets meer te hebben gehoord".

Op het persbericht dat Brinkman gisteren rondstuurde, reageerde de beurs door de handel in aandelen DVRG tot nader order stil te leggen. Enkele uren later volgde de verklaring van de huidige directie van DVRG. "Het bestuur van DVRG beraadt zich over de consequenties van het vonnis en zal op 1 mei aanstaande met nadere berichten volgen."

zoek naar gerelateerde artikelen

vr 27 april 2001