DEN HAAG - Minister De Grave (Defensie) heeft gisteravond een motie van wantrouwen overleefd aan het einde van het Kamerdebat over de vuurwerkramp in Enschede.

Een ruime paarse meerderheid verwierp de motie van CDA, GroenLinks, ChristenUnie, SGP en SP, nadat minister De Vries (Binnenlandse Zaken) nog had gedreigd dat het complete kabinet zou opstappen als de Kameruitspraak zou worden aangenomen.

VVD'er De Grave, duidelijk aangeslagen door de motie van wantrouwen, waardoor hij volledig werd overvallen, heeft nog overwogen om op te stappen maar vond uiteindelijk dat hij als minister op "een geloofwaardige en volwaardige wijze" zijn taak kan blijven vervullen.

Volgens minister De Vries zou het onterecht zijn als zijn collega De Grave als enige bewindspersoon als zondebok zou worden aangewezen voor de ramp in Enschede. Vooral het geblunder in Enschede van het bureau Milan dat onder Defensie valt, werd De Grave zwaar aangerekend. Milan adviseert gemeenten onder meer bij het verlenen van vergunningen aan de vuurwerkbranche.

"Naar de mening van het kabinet mag er geen rangorde worden aangebracht in de fouten die zijn gemaakt", aldus De Vries. "Er is geen rechtvaardiging om één minister uit te zonderen." Ook minister Pronk (Milieu) verklaarde zich "politiek medeverantwoordelijk" voor de fouten van het bureau Milan.

De Grave bekende gisteravond dat hij na de motie van wantrouwen diep bij zichzelf te rade moest gaan of hij nog verder kon als minister. "Het zou ook idioot zijn geweest als ik dat niet had gedaan. Het gaat om een afschuwelijke ramp, waarvoor ik door de oppositie speciaal verantwoordelijk wordt gehouden. Dat ging mij ook niet in de koude kleren zitten, al is dat natuurlijk niets vergeleken bij de ramp zelf", zei de liberaal.

Wat hem deed besluiten toch aan te blijven, was dat zijn collega's in het kabinet spontaan zeiden dat niet een van hen meer verantwoordelijk moest gehouden dan een ander. "Het was voor mij belangrijk om dat van mijn collega's te horen. Zij hebben geen druk op mij uitgeoefend om te blijven en ik had dat ook niet geaccepteerd."

GroenLinks-leider Rosenmöller noemde het 'bedenkelijk' dat minister De Vries dreigde met het opstappen van het hele kabinet. Ook CDA-voorman De Hoop Scheffer had hier geen goed woord voor over. "Het is beschamend dat het kabinet in de collectiviteit vlucht", aldus De Hoop Scheffer. "Wat moet er nog gebeuren dat een van de bewindslieden zegt: ik stap op."

Bij PvdA en VVD was er grote verbazing over de motie van wantrouwen van het CDA. PvdA-fractievoorzitter Melkert prees minister De Grave juist voor de wijze waarop hij zich kwetsbaar had opgesteld in het Kamerdebat over zijn optreden.

Zowel De Hoop Scheffer als de woordvoerders van de andere oppositiepartijen stelden dat ze geworsteld hebben met de vraag of alleen De Grave verantwoordelijk moest worden gesteld. Volgens de CDA'er was het ministerie van Defensie "de zwakste schakel in de keten" van instanties die faalden. Hij verwees daarbij naar het rapport van de commissie-Oosting, waarin werd vastgesteld dat de ramp bij Enschede voorkomen had kunnen worden.

zoek naar gerelateerde artikelen

vr 27 april 2001