DEN HAAG/JOHANNESBURG - De groep van particuliere beleggers die ruim 3 miljoen kwijtraakte als gevolg van fraude met investeringen in Zuid-Afrika, hoeft niet langer op steun van de Nederlandse overheid te rekenen.
|
Kees Keijzer
|
Minister Jorritsma (EZ) meldt vandaag in antwoord op vragen van de vaste kamercommissie dat de investeringsovereenkomst met Zuid-Afrika in het betreffende geval geen bescherming biedt. De beleggers hadden volgens Jorritsma bovendien beter onderzoek moeten verrichten naar de betrouwbaarheid van de betrokken effectenbemiddelaar.
De groep beleggers is geschokt door de reactie van de minister. "Het blijkt dat de investeringsovereenkomst met Zuid-Afrika geen enkele garantie biedt aan Nederlandse investeerders", zegt Kees Keijzer. "Ook de suggestie van de minister dat wij vanwege het ordinaire gewin met een willekeurige broker in zee zouden zijn gegaan, is beneden alle peil."
Keijzer stelt samen met 18 andere particuliere beleggers de Zuid-Afrikaanse regering aansprakelijk, omdat die geen toezicht op de frauduleuze effectenbemiddelaar zou hebben uitgeoefend. De gedupeerden beroepen zich bij hun aansprakelijkstelling op de Investerings Beleggings Overeenkomst (IBO) tussen Nederland en Zuid-Afrika, waarin staat dat de twee landen bilaterale investeringen zullen 'beschermen'.
Een woordvoerder van het Zuid-Afrikaanse ministerie van Financiën herhaalde afgelopen week dat het land zich moreel noch juridisch aansprakelijk voelt voor de geleden schade: "We kunnen niet garant staan voor alle verliezen die particuliere beleggers lijden. Via de IBO staan we garant voor compensatie als een Nederlandse belegger bijvoorbeeld zijn geld kwijt raakt doordat zijn bedrijf wordt genationaliseerd. Maar verder zijn privé-beleggingen de verantwoordelijkheid van de belegger zelf".
De gedupeerde beleggers reageerden in 1994 op een advertentie van een Zwitserse effectenbemiddelaar EBC, die via haar Zuid-Afrikaanse dochter voor enkele miljoenen obligaties van semi-overheidsinstellingen in dat land aankocht. Uit onderzoek van de Zwitserse recherche naar de handel en wandel van EBC bleek dat het bedrijf zonder vergunning handelde op de beurs van Johannesburg. Dat was opmerkelijk, aangezien enkele Zuid-Afrikaanse ambassades juist hadden opgeroepen om met het bedrijf in zee te gaan. Naar aanleiding van het recherche-onderzoek vluchtte de EBC-directie naar Zuid-Afrika waar zij een groot deel van het beleggingskapitaal opnamen.
De Nederlandse investeringsadviseur Joa Calkoen in Johannesburg maakt zich boos over het aanhoudende protest van de investeerders. Calkoen: "Die beleggers hebben zich blindelings in een onbekend avontuur gestort. Ze hebben hun huiswerk niet gedaan en proberen nu de schuld af te schuiven. Ronduit schandalig."
Al enkele jaren lang specialiseert Calkoen's adviesbureau BTS in Johannesburg zich op het assisteren van met name Nederlanders die in Zuid-Afrika willen investeren. "Premier Kok en eerder ook minister Jorritsma hebben vooral het midden- en kleinbedrijf opgeroepen te beleggen in Zuid-Afrikaanse ondernemingen. Die kunnen bij ons terecht. Wij zoeken uit of hun geld veilig wordt belegd", aldus Calkoen.
In een poging de Zuid-Afrikaanse overheid onder druk te zetten, beschikt de gedupeerde beleggersclub sinds kort over een website waarop de affaire tot in detail is na te pluizen (http://dutchgroup.hypermart.net). De internetsite bestaat uit een 'digitale dossierkast' vol correspondentie met Nederlandse en Zuid-Afrikaanse ministers, prominenten en andere hoogwaardigheidsbekleders.
Kees Keijzer laat de website enigszins beschroomd zien; de investeerders hadden de affaire volgens hem liever in stilte opgelost. "We willen Zuid-Afrika eigenlijk niet schaden. Daarvoor houden we teveel van het land", zegt hij. Even later blijkt dat de liefde na het jarenlange getouwtrek toch wat bekoeld is: "Vreemd dat ze die paar miljoen gulden van ons niet willen vergoeden. In Johannesburg begrijpen ze blijkbaar niet dat het land door alle negatieve publiciteit over deze affaire vele miljarden aan investeringen dreigt mis te lopen".