RIJSWIJK - De 400.000 werknemers in de metaalnijverheid krijgen in 25 maanden een loonsverhoging van in totaal 8 procent. Daarnaast ontvangen zij twee keer een eenmalige uitkering van 605 gulden.
Dat is de kern van een nieuw cao-akkoord dat de vakbonden en de werkgevers in de 'kleinmetaal' na twee etmalen vergaderen hebben gesloten. Met het akkoord voor de grootste cao van ons land komt een einde aan vier weken actievoeren in de kleinmetaal, die uit zo'n 30.000 bedrijven bestaat, variërend van garages en loodgieters tot fietsenmakers en zilversmeden.
De nieuwe cao loopt van 1 maart dit jaar tot 1 april 2003. Op 1 mei aanstaande krijgen de metaalwerknemers er 4 procent bij. Op 1 maart volgend jaar worden de lonen met 3,5 procent verhoogd en het laatste deel van 0,5 procent wordt per 1 januari 2003 gegeven. De eenmalige uitkeringen worden telkens in december 'uitgedeeld'.
Verder zijn er afspraken gemaakt over de zeggenschap over werktijden. De werkgever mag bepalen dat werknemers in vier weken tijd tien uur moeten overwerken. Dreigt dat meer te worden, dan mag de werknemer daar zelf over beslissen, tenzij er bijvoorbeeld een urgente klus moet worden verricht of het bedrijfsbelang in gevaar komt.
De cao-onderhandelingen liepen een maand geleden stuk op een conflict over loon en zeggenschap. De bonden eisten voor een tweejarige cao een loonsverhoging van tweemaal 4 procent alsmede twee eenmalige uitkeringen van 1000 gulden. De werkgevers wilden niet verder gaan dan 6,5 procent in twee jaar.
Daarop startten de gezamenlijke vakbonden prik- en stakingsacties bij bedrijven in alle delen van het land. In enkele gevallen tekenden door acties getroffen individuele werkgevers een overeenkomst waarin aan de eisen van de bonden werd voldaan. Vorige week werden steeds meer werkgevers onrustig door de grote onvrede onder het personeel. Zij trokken bij hun onderhandelingsdelegatie aan de bel en vroegen zich af wanneer er eindelijk eens een cao-akkoord kwam.
Vervolgens nodigden de werkgevers de vakbonden afgelopen vrijdag uit voor een gesprek. Dat duurde tot diep in de nacht, zonder dat er een akkoord werd bereikt. Van zaterdagavond tot zondagochtend werden de koppen opnieuw bij elkaar gestoken, wederom zonder resultaat. Pas nadat er van zondagavond tot maandagmorgen weer een marathonsessie had plaatsgevonden, werden de onderhandelingen vlotgetrokken.
De loonstijging van in totaal 8 procent komt dus overeen met de eis van de vakbonden, die daarin het bewijs zien dat 'vragen' dit cao-seizoen ook 'krijgen' is. Eerder al kregen de bonden in tal van andere sectoren nagenoeg hun zin. Gemiddeld ligt de loonstijging in cao's daardoor rond de 4 procent, precies de eis die bijvoorbeeld de vakcentrale FNV als doelstelling heeft. "De werkgevers in de kleinmetaal zijn onder druk van onze acties door de knieën gegaan", jubelden de bonden.
Werkgeversonderhandelaar Ben Vonk zei dat de loonstijging in de kleinmetaal iets onder de 4 procent per jaar ligt omdat de cao niet voor 24 maar voor 25 maanden geldt. Maar hij gaf toe dat het afdwingen van een lagere loonsverhoging uiteindelijk onhaalbaar was. "Bedrijven hebben nu eenmaal een groot tekort aan personeel. Dat drijft de prijs op", aldus Vonk.