DEN HAAG - Het kabinet stuurt zes F16-gevechtsvliegtuigen naar Afghanistan naast de bijna 200 Nederlandse infanteristen van de luchtmobiele brigade die met onder anderen Duitsers, Engelsen en Denen een vredesmacht gaan vormen. De F16's, die onder Amerikaans commando komen te staan, kunnen betrokken raken bij gevechtshandelingen.
Volgens premier Kok, die het besluit gisteren na de ministerraad bekendmaakte, gaan de Nederlandse vliegtuigen niet om te vechten, maar "om een beetje bijstand te verlenen" aan de vredesmacht die in Afghanistan wordt gestationeerd. Kok sluit echter niet uit dat de F16-piloten in noodgevallen moeten schieten.
De Amerikanen hebben recent om deelname van de F16's, die in Kirgizië worden gestationeerd, verzocht. Aanvankelijk zouden Nederlandse vliegtuigen worden ingezet voor foto-missies om bijvoorbeeld vluchtelingenstromen in beeld te brengen. "Dat is momenteel niet nodig, daarom zijn de F16's een welkome aanvulling", lichtte Kok toe.
Goedkeuring
De commissies Buitenlandse Zaken en Defensie van de Tweede Kamer komen vandaag, tegelijk met de Duitse Bondsdag, bijeen om goedkeuring te verlenen. Naar verwachting gaat de Kamer akkoord.
De eerste Nederlandse militairen vertrekken al tussen kerst en oud en nieuw naar Kaboel, de anderen volgen waarschijnlijk in de loop van januari. De missie duurt zes maanden; na drie maanden wordt de eerste lichting afgelost. De infanteriebataljons gaan belangrijke posities in en rond Kaboel beveiligen, patrouilles uitvoeren en de route tussen het vliegveld Bagram en Kaboel beveiligen. De missie gaat tussen Hlf. 90 en Hlf. 110 miljoen kosten.
De missie van de Nederlanders is in de ogen van Kok risicovol. Minister De Grave (Defensie) en zijn chef defensiestaf hebben de gevaren in beeld gebracht en kwamen tot de conclusie dat de militaire risico's "aanzienlijk" zijn, maar verantwoord, zo blijkt uit een brief van het kabinet aan de Tweede Kamer. |