DEN HAAG - Nederlandse vrouwen stellen het krijgen van kinderen steeds langer uit. De gemiddelde leeftijd van 'nieuwe' moeders ligt inmiddels rond het 30e levensjaar. In toenemende mate besluiten paren kinderloos te blijven.

Uit recente gegevens van de Nederlandse Gezinsraad (NGR) blijkt dat het 'inkomensdal' en de 'zorgpiek' waarmee jonge ouders worden geconfronteerd, een belemmerende factor is bij de keuze voor een baby.

"Hun koopkracht daalt met een kwart tot een derde en er komt vrijwel een volledige werkweek bij aan de zorg voor kinderen", constateert de NGR. Ook de stagnerende (her)verdeling van arbeid en zorg tussen mannen en vrouwen zou volgens de raad een belangrijk knelpunt zijn.

Opvallend is dat de meeste gezinnen in Nederland (80 procent) twee of drie kinderen hebben. Dit lijkt in tegenspraak met de daling van het geboortecijfer en de enorme groei van het aantal alleenstaanden.

Onderzoek van het CBS leert dat heel veel vrouwen de combinatie van kinderen en werk te 'ingewikkeld' vinden.

"Zo'n 30 procent van de stellen die vrijwillig kinderloos blijven, noemen dit als belangrijkste reden", aldus CBS-onderzoeker Jan Latten. "Ook de opvoeding van hun kroost wordt als een probleem gezien. En dan is er nog een belangrijk deel waarvan de partner geen kind wil."

Driekwart van de jonge moeders in ons land blijft inmiddels meestal part-time werken na de geboorte van een kind. "Het ziet ernaar uit dat dit aandeel in de toekomst nog zal stijgen", vervolgt Latten.

Overigens zien steeds meer kinderen het levenslicht zonder dat hun vader en moeder getrouwd zijn. Eén op de zes kinderen is betrokken bij een echtscheiding. "Als ook de nakomelingen van samenwonenden bij de cijfers worden betrokken, ligt dit aandeel hoger", besluit de heer Latten.

wo 21 maart 2001