WILLEMSTAD - Bij een schipbreuk voor de kust van het Franse deel van Sint Maarten zijn zeker twintig mensen verdronken. Zestien opvarenden van de houten open boot Esperanza worden nog vermist.
Dat zegt luitenant-ter-zee Middel van de Kustwacht van de Nederlandse Antillen en Aruba op het coördinatiecentrum in Willemstad (Curaçao). Aan de reddingsactie doen Nederlanders, Fransen en Amerikanen mee. In totaal zijn twaalf helikopters, een Orion-patrouillevliegtuig en zes schepen ingezet.
De melding van de schipbreuk kwam donderdag bij de Kustwacht om 9.30 uur plaatselijke tijd (14.30 uur Nederlandse tijd) binnen. Twee mensen die door een vissersboot waren opgepikt, vertelden dat hun bootje met 38 opvarenden was vergaan tussen Anguila en Sint Maarten. Het wrak van het schip is gevonden en ligt in ondiep water, circa drie kilometer uit de kust. Volgens Middel was er geen sprake van slecht weer op het moment van de ramp. Vermoedelijk is het scheepje op een rots gevaren.
De boot stond in Sint Maarten onder de naam Esperanza geregistreerd. Het vermoeden bestaat dat de opvarenden inwoners van de Dominicaanse Republiek waren die illegaal naar Sint Maarten probeerden te komen.
Middel acht de kans klein dat er nog overlevenden worden gevonden. Het zoekgebied beslaat ongeveer vijf bij vijf kilometer. "De schepen blijven de hele nacht doorzoeken, maar de kans op overlevenden is minimaal."
Over de oorzaak van de scheepsramp is nog niets bekend. De twee overlevenden zijn overgebracht naar Frans Sint Maarten waar zij ondervraagd worden. Ook de geborgen lijken worden naar Frans Sint Maarten gebracht. De nationaliteit van de overleden opvarenden is niet bekendgemaakt.