LONDEN - Kinderen hebben het door het geweld in het Midden-Oosten het zwaarst te verduren. Zowel Israëlische militairen als Palestijnse strijders hebben ongestraft kinderen gedood. Dat staat in een rapport van Amnesty International dat maandag is verschenen.
De mensenrechtenorganisatie verwijt het Israëlische leger en de Palestijnse Autoriteit onverschilligheid ten opzichte van de levens van kinderen. Israëlische militairen worden niet gestraft als ze stenen gooiende kinderen doodschieten. Palestijnse leiders slagen er niet in om gewapende troepen te weerhouden van aanslagen waarbij opzettelijk kinderen en andere burgers worden gedood, zo staat in het rapport.
In de Palestijnse opstand die in september 2000 begon, zijn meer dan 250 Palestijnse kinderen gedood, van wie tachtig in de eerste drie maanden. Ruim tachtig Israëlische kinderen zijn in het geweld omgekomen, van wie de meesten door Palestijnse zelfmoordaanslagen.
Amnesty dringt er bij beide partijen op aan dat er onderzoek komt naar de dood van elk kind en dat de verantwoordelijken hun straf krijgen. Verder pleit de mensenrechtenorganisatie voor de komst van internationale waarnemers in het gebied. "Die hadden mogelijk de levens van Israëlische en Palestijnse kinderen en andere burgers kunnen redden", aldus Amnesty. Israël heeft zich altijd tegen een eventuele komst van waarnemers verzet.
Maandag kwamen in Nablus op de Westelijke Jordaanoever twee kinderen om het leven door Israëlisch vuur. Een ander Palestijns kind raakte zwaargewond, aldus Palestijnse bronnen.