RIYAD/MEDINA - Speciale Saudische veiligheidstroepen hebben vrijdag een eind gemaakt aan de kaping van een Russische verkeersvliegtuig op de luchthaven van Medina. Bij de actie kwamen ten minste drie passagiers om het leven, meldt een Russische dokter aan boord van het toestel. Drie gijzelnemers, vermoedelijk Tsjetsjenen, zijn gearresteerd.
Twee van de daders zouden familie zijn van een voormalige Tsjetsjeense minister die diende onder ex-president Aslan Maschadov. Het zou volgens het Franse persbureau AFP gaan om de broer en de neef van Aslanbek Arsajev.
De kapers hadden eerder vrijdagmorgen op de luchthaven opnieuw enkele vrouwelijke gijzelaars vrijgelaten nadat de onderhandelingen voor de vrijlating van alle passagiers waren hervat. Het contact met de kapers was daarvoor enkele uren onderbroken. De kapers zouden geen Engels en Arabisch spreken.
De Toepolev-156 van de Russische chartermaatschappij Vnukovo Airlines werd donderdagmiddag kort na de start in Istanbul gekaapt. Het was met 162 voornamelijk Russische en Turkse passagiers en twaalf bemanningsleden op weg naar Moskou. De kapers zouden met messen bewapend zijn en mogelijk ook een bom aan boord hebben gesmokkeld.
Donderdag lieten de kapers volgens Saudische en Russische functionarissen in totaal zo'n dertig mensen vrij. Later ontsnapten ongeveer vijftien inzittenden via de achterzijde van het vliegtuig. Het Saudische persbureau SPA meldde vrijdag dat 42 mensen zijn vrijgelaten, 25 Russen, vijftien Turken en twee inwoners van de Maldiven. Zij zouden in een goede gezondheid verkeren.
De gijzelnemers hadden om extra brandstof voor een lange vlucht gevraagd. Eerder werd gemeld dat de ze mogelijk naar Afghanistan wilden vliegen.
Volgens een vertegenwoordiger van de Tsjetsjeense separatistische leider Maschadov hadden de kapers drie eisen. Journalisten zouden aan boord van de Toepolev een video moeten bekijken, verder zouden de Russische strijdkrachten de Kaukasusrepubliek Tsjetsjenië moeten verlaten en zou Rusland onderhandelingen met de Tsjetsjenen moeten beginnen.
Eerder had een zegsman in Turkije van de Tsjetsjeense rebellen gezegd dat die niets met de kaping hebben te maken. Maar een Tsjetsjeense bannelinge in Jordanië heeft gezegd dat de kaping wel degelijk is gepleegd om de Tsjetsjeense zaak bekendheid te geven. De leider van de kapers zou een voormalige Tsjtsjeense bewindsman, Arsaf Aslambik, zijn.