Mel Gibson jaagt in
'Ransom' op kidnappers
Twee miljoen dollar in ongemerkte bankbiljetten eisen de kidnappers. Anders
ziet Mel Gibson, de gefortuneerde eigenaar van een luchtvaartmaatschappij,
zijn zoontje niet meer levend terug. Gibson is bereid te betalen, maar gaat
na een eerste mislukte transactie twijfelen aan de intenties van de tegenpartij.
En neemt vervolgens een opmerkelijk initiatief.

Hij draait de rollen om. Het gevraagde losgeld, kondigt Gibson aan op televisie,
zet hij op het hoofd van de kidnappers. Twee miljoen dollar beloning wacht
degene die de identiteit van de daders bekend kan maken. Dat tipgeld zal
er toe leiden dat de ontvoerders nooit meer rust zullen krijgen. Alleen
als ze zijn zoontje ongedeerd vrijlaten, is Gibson bereid om zijn tipgeld
in te trekken.
Met zijn tegenaanval zorgt Mel Gibson in 'Ransom' voor flink wat commotie
in alle gelederen. De ontvoerders zinnen nerveus op een nieuwe taktiek,
De FBI noemt Gibson's oproep een zelfmoordaktie en zijn echtgenote (Renee
Russo) is bang dat de nieuwe spelregels onherroepelijk tot de dood van hun
kind zal leiden.
Die emoties geven de ontwikkelingen even een wat menselijker tintje, maar
regisseur Ron Howard, gewoontegetrouw meer geinteresseerd in gebeurtenissen
dan in zieleroerselen, richt zijn aandacht vooral op de thriller-aspecten.
Het omdraaien van de rollen in het kat-en-muisspel tussen Gibson en de kidnappers
voegen een element van verrassing toe aan Howard's betrekkelijk routineuze,
maar onderhoudende thriller.
E.K.
- Gary Sinise als FBI-agent in 'Ransom'.
Première 9 januari 1997
|