Al Pacino leidt corrupt New York

'City Hall' biedt fascinerend
kijkje in politieke keuken

door Eric Koch

Natuurlijk, drie doden is geen kleinigheid. Maar een schietpartij tussen een politieman en een crimineel, waarbij een passerend kind wordt getroffen, is gewoonlijk één dag voorpaginanieuws en daarna is metropool New York de zaak alweer vergeten. Als de gangster tenminste niet de neef van een maffia-kopstuk was geweest. Zijn dood brengt in het fascinerende 'City Hall' een sneeuwbal aan het rollen, die tot in de hoogste kringen slachtoffers maakt.

Vino Zapatti is niet meer dan een derderangs drugsdealer, die op schoolpleinen kinderen drugs toestopt. De man had in de cel moeten zitten, maar een rechter had hem een voorwaardelijke straf gegeven. Een opmerkelijk vonnis, gezien zijn strafblad. Daar wordt echter pas vreemd van opgekeken als hij twee jaar later in de Bronx in een schrikreactie op een agent schiet en in het daaropvolgende vuurgevecht een kind dodelijk treft.

Hoe kon de man vrij rondlopen? Een domme fout, erkent de chef van de reclassering op het stadhuis. Puur het gevolg van onderbezetting. Assistent-burgemeester John Cusack had met die verklaring genoegen genomen als het reclasseringsrapport niet door opmerkelijk veel hooggeplaatste ambtenaren voor akkoord was getekend.

'City Hall' ontrolt zich vervolgens een tijdlang als een spannende thriller, waarin Cusack en de kittige Bridget Fonda, als vertegenwoordigster van het weduwenfonds van de politie, een met bloed bevlekte beerput van corruptie openen. Veel boeiender nog is echter wat zich daarvoor en daarna afspeelt.

Het briljant geschreven scenario van samenwerkende kopstukken als Paul Schrader ('Taxidriver'), Nick Pileggi ('Goodfella's) en Bo Goldman ('One flew over the cuckoos nest') verpakt een stroom van interessante informatie in pittige dialogen en kleurrijke gebeurtenissen die ogenschijnlijk losjes een uitermate boeiend beeld schetsen van het politieke bedrijf in wereldstad New York. Om met burgemeester Al Pacino te spreken: het leven is niet zwart of wit, maar grijs. Een onuitputtelijk scala van grijstinten komt naar voren in de manier waarop politici hun doelen bereiken of bijstellen.

Concessies

Goed en fout lopen bijna ongemerkt in elkaar over. Idealen kunnen niet verwezenlijkt worden zonder af en toe water in de wijn te doen. Al Pacino heeft een warm kloppend hart voor zijn stad en haar inwoners. Pal staat hij voor zijn overtuiging en voor de belangen van zijn kiezers. Waarmee hij tegelijkertijd stemmen veilig stelt. Hij weet dat er concessies gedaan moeten worden om iets tot stand te brengen. Wie in Queens een bank wil vestigen die voor de stad een bron van inkomsten zal opleveren en werk aan duizenden zal bieden, moet de politieke machthebbers in die wijk ook iets aan kunnen bieden.

Brandschoon kun je in de politiek niet blijven. Soms moeten de regels in het algemeen belang overtreden worden. Al blijven vriendendiensten in de grond van de zaak corrupt. En dus kan de bevlogen John Cusack vanuit de betrekkelijke luwte van zijn functie zijn grote voorbeeld Al Pacino, die in het centrum van het politieke bedrijf zijn handen vuil moest maken, verwijten maken.

Ze maakten fouten, burgemeester Pacino, politicus Danny Aiello en rechter Martin Landau. In grotere of in kleinere mate. Maar slechte mensen zijn het bepaald niet, zo maakt het bewonderenswaardig genuanceerde verhaal duidelijk. Ze waren kwetsbaar door hun ambities, die in het geval van Pacino en Aiello niet eens zozeer van persoonlijke aard waren. Wie de charmante Aiello zijn best ziet doen voor een oud vrouwtje of met een ober musicalrefreinen hoort zingen, weet dat hij een goed mens is. Hij is verknocht aan zijn buurt, waar ook maffia-kopstuk Paul Zapatti deel van uitmaakt. Ze zijn als straatvriendjes vanaf hun jeugd al tot elkaar veroordeeld.

Net zo organisch met elkaar verbonden zijn de elementen van het scenario, dat door Harold Becker (eerder zo op dreef met Pacino in 'Sea of Love') strak, maar nergens overhaast in beeld werd gebracht. Alle ruimte is er voor de schitterende acteurs, die zonder een moment van opzichtigheid hun kleurrijke personages van vlees en bloed voorzien. 'City Hall' is zo'n zeldzame productie waarin alle onderdelen elkaar versterken. Een heerlijke film.

Foto: Burgemeester Al Pacino inspireert zijn toehoorders in 'City Hall'

Première 11 juli 1996