door Eric Koch
Via Rosa noemde Michelle Pfeiffer haar
productiemaatschappij, naar haar eerste dochter en die van haar
filmpartner Kate Quinzburg. Opgericht om verhalen op het doek te
brengen die zonder Pfeiffers faam geen kans zouden hebben. Zoals 'The
deep end of the ocean', waarin Michelle een moeder speelt wier kind
wordt ontvoerd. Een mooie film en een mooie rol, maar ironisch genoeg
wordt de naam van Pfeiffer in ons land niet voldoende commercieel
geacht om 'The deep end of the ocean' in de bioscoop uit te brengen. In
de videotheek krijgt Pfeiffers werkstuk dezer dagen alsnog zijn
première. In huis halen dus; Michelle is er trots op, meldt ze
in Los Angeles.
Michelle Pfeiffer: "Ik ben altijd buitengewoon kritisch op mezelf. Maar met 'The deep end of the ocean' hebben we echt iets moois afgeleverd." In een verhaal met sterk wisselende emoties
merkt Beth Cappadora (Michelle Pfeiffer) tijdens een reünie van
haar school dat na een moment van onoplettendheid haar jongste zoontje
is verdwenen. Haar wanhoop en haar schuldgevoel worden voor even
weggedrukt tijdens een intensieve zoektocht, waarbij buurtbewoners
helpen met het verspreiden van pamfletten en lokale televisie wordt
ingeschakeld. Maar als taal noch teken wordt vernomen, zakt Michelle
weg in een permanente staat van verdoving. Jaren duurt die
situatie, waarbij bijna ongemerkt haar man (Treat Williams) en haar
oudste zoon emotioneel verwaarloost. Ze lacht als dat van haar wordt
verwacht, doet wat een moeder moet doen, maar is er met haar hart niet
bij. Een uitbarsting van haar lang zo begripvolle man doet haar wakker
schrikken en met een dochtertje erbij lijkt hun leven langzaam weer
gelukkig te worden. Het toeval zorgt voor een nieuwe schok: in het
gezicht van een jongen die een karweitje in de tuin komt opknappen,
ziet Beth vertrouwde trekken. Snel neemt ze foto's. Vergelijking
met portretjes van haar verdwenen kind versterken de vermoedens en die
worden definitief bevestigd als ze in het gezelschap van politie bij
het huis van de jongen aankloppen. Diens pleegvader is geschokt; zijn
inmiddels overleden echtgenote had hem nooit iets over haar daad
verteld. Beths gezin is weer compleet. Of niet? Na jaren van
verschillende belevenissen zijn haar gezin en het teruggekeerde kind
vreemden voor elkaar. Iedereen doet zijn best, maar de jonge Ben blijft
terugverlangen naar zijn 'eigen' buurt, zijn vriendjes en zijn 'eigen'
vader. Wanhopig, maar vastberaden brengt Beth vervolgens het grootste
offer dat een moeder kan brengen.
Michelle Pfeiffer raakt als Beth Cappadora haar jongste zoon kwijt. "Dat slot wordt door de
toeschouwers verschillend ervaren", glimlacht Michelle Pfeiffer
tevreden. "De een ziet het als een happy end, een ander vindt het
droevig. Bitterzoet, zou ik zeggen. In stijl van het boek van Jaquelyn
Mitchard, dat me greep door zijn complexiteit. Het begint als een
kidnappingsverhaal en vervolgens blijkt het daar eigenlijk helemaal
niet om te gaan. We gaan ons door de gebeurtenissen afvragen wat mensen
tot een gezin maakt. Zijn het puur biologische, genetische factoren?
Behalve filosofische vragen zijn er ook de boeiende aspecten van
menselijk gedrag. Hoe gaat iemand met het verlies van een kind om? Met
de onzekerheid? En ten slotte is er de geestelijke groei van die vrouw,
die uiteindelijk kiest voor het geluk van haar kind, zich richt naar
zijn wensen en daar op een bepaalde manier voor wordt beloond.
Oneindig veelzijdig en boeiend, zo'n verhaal. Maar wat het me ook
heeft geleerd", zucht ze, "is dat je makkelijker een simpele
geschiedenis complexer kunt maken dan andersom. Dat boek is zo rijk,
dat een vertaling naar film altijd verlies oplevert. Je wordt
voortdurend voor onmogelijke keuzes geplaatst. Je wilt niets opofferen
van wat het boek maakt tot wat het is. Maar tegelijk heb je maar
anderhalf uur. Heel frustrerend. Die indikking vergroot
bovendien het gevaar dat je filmverhaal sentimenteel wordt door
emotionele lading van de situaties. Je loopt over een hele dunne draad.
Want je kunt nu eenmaal niet om de gevoelens van die mensen heen." Haar
team heeft een bijzondere prestatie geleverd, zegt Pfeiffer trots. "Ik
ben altijd buitengewoon kritisch over mezelf. En zelden tevreden. Maar
we hebben hier met zijn allen iets moois afgeleverd. Dat durf ik best
te zeggen. Ik moet de film eerst een paar keer gezien hebben om afstand
te kunnen nemen, maar als producente ben ik in staat om heel nuchter en
kritisch over een eindproduct oordelen." Zijn de actrice en de
producente twee verschillende mensen? Pfeiffer lacht. "Ik heb mezelf
opgedragen om een buitengewone acteerprestatie te leveren. Regisseur
Ulu Grossbard was een grote steun. We hebben hem gevraagd omdat hij
bekend staat om zijn begeleiding van acteurs. Hij is een gevoelige man,
maar tegelijk iemand die zijn nuchterheid houdt. Hij hield de opnames
luchtig. Juist omdat je met een film als deze het risico loopt dat je
te zwaar op de hand wordt. We hebben enorm gelachen met z'n allen.
Treat Williams is een echte gangmaker, hij haalde voortdurend grappen
met de kinderen uit. Goed, zo'n ontspannen sfeer op de set. Je
gaat je in de loop van de opnames toch ongemerkt steeds meer
vereenzelvigen met je personage. Eens temeer omdat je zelf moeder bent
en die gevoelens zo goed kunt invoelen. Ze zeggen wel eens dat als je
eenmaal een baby hebt, dat je je meteen moeder voelt van alle baby's.
Je moet oppassen dat je je rol niet mee naar huis neemt. Daarmee put je
jezelf uit en daar wordt je prestatie niet beter van. Maar wat
belangrijker is: thuis wachten je eigen kinderen. En die hebben recht
op een moeder die alle aandacht voor ze heeft."
|