Zelden was de verfilming van een boek zo omstreden als
Adrian Lyne's versie van 'Lolita'. In de Verenigde Staten werd de film
zelfs niet uitgebracht, omdat geen distributeur zijn vingers wilde
branden aan de discutabele inhoud. Er is nòg een reden waarom
Lyne's 'Lolita' tumult veroorzaakte. Vladimir Nabokov maakte zelf het
scenario voor een eerdere verfilming door Stanley Kubrick in 1962. Wie
de bedoeling van de schrijver als uitgangspunt neemt, kan die film dus
onmogelijk evenaren. 
Jeremy Irons koestert in 'Lolita' een verboden
passie voor de veel te jonge Dominique Swain.
Toch
is ook Lyne erin geslaagd een film neer te zetten die staat als een
huis, niet in de laatse plaats dankzij de acteerprestatie van Jeremy
Irons. Deze maakt van hoofdpersoon Humbert Humbert een tragischeheld,
wiens noodlottige liefde voor de veel te jonge Lolita Haze niet wordt
vergoelijkt, maar wel wordt uitgelegd.
Als Humpert Humpert
vertelt Irons in éen lange flashback de geschiedenis die tot
zijn zondeval heeft geleid. Over zijn liefde voor jonge meisjes sinds
de dood van een jeugdvriendinnetje, zijn ontmoeting met Lolita (gepeeld
door de indrukwekkend debuterende Dominque Swaine), over zijn huwelijk
met haar moeder Charlotte (Melanie Griffith) en over de lange weg van
de verleiding.
Lyne, die zich met films als 'Nine 1/2 Weeks' en
'Indecent Proposal' niet van zijn gevoeligste kant liet zien, betoont
zich hier verrassend subtiel. Zijn film spitst zich toe op de
verhouding tussen Humbert en Lolita. Daarbij gaat hij de erotische
lading van het boek allerminst uit de weg gaat, overigens zonder deze
te laten overheersen of platvloers te worden. Dat andere aspecten van
Nobokovs roman hierdoor wat onderbelicht blijven - zoals diens
ironische ondertoon - stoort nauwelijks. Irons creatie van een man met
een verboden obsessie blijkt boeiend genoeg.