02-02-2002
Máxima
blijft 'Argentijns katholiek'
door
Angelo Vergeer
AMSTERDAM
- "Zeg, geen vervelende dingen over haar schrijven,
hè", zegt Delia Robbe-Ortiz uit Capelle aan
den IJssel, Argentijnse van geboorte, "Máxima
is een schatje!" De toon is gezet. Argentijnse vrouwen
in Nederland zijn trots op Máxima, hún Maxima.
"Ze is wat wij zijn: onafhankelijk, zelfstandig. Een
sterk karakter. Mijn man zei meteen: 'Oh, daar krijgt Willem
zijn handen vol aan!' Want in Argentinië mogen de mannen
dan wel de macho's zijn, vrouwen weten heel goed hun zegje
te doen. Binnen het huwelijk zijn mannen en vrouwen gelijk."
Geen
wonder dat in het katholieke geloven van Argentinië
Maria en Jezus ten opzichte van elkaar een gelijkwaardige
plaats innemen. Het is 'jij' en 'jou'. Jezus wiebelt net
zo makkelijk aan de achteruitkijkspiegel van een rijdende
taxi, als Maria in een flikkerende stralenkrans op het dashboard
staat. Argentinië is katholiek (90%), al leeft er ook
een handjevol protestanten (2%, met name Duitsers) en joden
(ook 2%).
Daarom
zou het vanzelfsprekend zijn als Máxima katholiek
bleef, hield bisschop Bär ons voor; ook hij deed een
duit in het discussiezakje over deze geloofskwestie: "Het
protestante geloof zegt haar niets." Wat een opmerkelijke
uitspraak was, want de populaire Rotterdamse oud-bisschop
komt uit een protestant nest. Máxima zelf zei tijdens
haar verloving op een eventuele geloofsovergang "te
studeren".
"Ik
hoop dat ze katholiek blijft, want geloof betekent veel
in Argentinië", vertelt Delia Robbe, vrijwilligster
van de Sagrada Familia in Rotterdam, dé kerk van
de Latijns-Amerikanen in de havenstad. "Mensen zijn
gelovig, maar niet fanatiek. Wat dat betreft is Argentinië
anders dan bijvoorbeeld Brazilië, waar het leven doorspekt
is van geloof. Argentijnen zijn wel gelovig, maar niet goedgelovig.
Ze staan kritisch tegenover de kerk. Ik ben grootgebracht
op een nonnenschool in Cordobá. Daar werd je precies
verteld hoe je moest zitten en hoe je moest eten. Maar de
arme kinderen kregen ander eten dan wij. De nonnen, mijn
tante was er overste, maakten verschil tussen de rijken
en de armen. Dat raakte me. Toen ik van school afkwam, geloofde
ik niet meer in de kerk, de nonnen en de priesters."
Was
haar tante overste, haar oom was Franciscaan. "Hij
vertelde me dat ik niet moest geloven in mensen, mensen
hebben hun zwakheden, maar moest geloven in Jezus. Hij is
onze grote broer. Hij was arm. Hij is gestorven aan het
kruis voor onze fouten. Hij was er voor iedereen, vergeet
dat niet, voor armen, prostituees, homoseksuelen. Stoor
je niet aan allerlei kerkelijke regels, maar doe zoals Jezus
deed."
Dat
heeft ze sindsdien gedaan. In Buenos Aires leerde ze haar
Nederlandse man kennen, van huis-uit vrijzinnig protestant,
tegenwoordig humanist. Ze kregen drie kinderen, van wie
de oudste katholiek is geworden. Nee, ze wilde de kinderen
niet laten dopen. Dat moesten ze later zelf maar uitmaken.
Geloven doe je uit vrije wil.
"Ik
denk dat in Argentinië niet zozeer de kerk van belang
is, maar hoe je gelooft. Ik heb geleerd dat als je één
euro hebt, je de helft aan de armen geeft. Dat je luistert
naar mensen, ook als je er geen zin in hebt. Dat als iemand
je slaat je niet terugslaat, maar het uitpraat. Als je om
je heenkijkt, zie je vaak het tegendeel. Maar daar kan Hij
niets aan doen; dat doen we elkander aan. Dat heb ik mijn
kinderen voorgehouden."
Het
is die levensstijl die haar geliefd maakt. Net als Máxima
nu is ze niet katholiek getrouwd, maar haar man regelde
wel hun 25-jarige huwelijksfeest via de pastoor van de Sagrada
Familia. En niet omdat de gezangen daar veel vrolijker zijn
dan in een Nederlandse roomse kerk. De ringen kwamen alsnog.
En haar kinderen zeggen nu: 'Mam, jíj gelooft toch
al voor ons!' Hoewel ook voor een gelovig iemand de prijs
voor het leven hoog kan zijn. "Mijn zoon is aan drugs
verslaafd en heeft aids. Hij zegt altijd: 'Mam, we hebben
hier wel veel luxe, maar we hebben geen hart'. Misschien
heeft hij gelijk. Mijn moeder zei in ieder geval: 'De hemel
is van God, de hel maken we zelf'. Haar man stierf toen
ze zwanger was. Ik was vijf, de anderen waren 2 en 3. Met
liefde, geduld en respect heeft ze ons alle vier grootgebracht.
Dat is wat je noemt een katholieke opvoeding."
"Voed
ze op met God; dan maakt het niet uit of je katholiek of
protestant bent", zegt Erminia Cheuque, beter bekend
als Emmy, oprichtster van Fundación Latinoamericana
(FunLa), hulpverleenster voor vele Latijns-Amerikanen in
het Rotterdamse. Moeder ook van drie kinderen, twee keer
getrouwd, twee keer met een protestant, en eveneens geboren
in Argentinië. Delia Robbe in het zonnige noorden,
Emmy in het berenkoude en bergachtige zuiden. Het land van
Patagonië, in de provincie Chubut. In de buurt van
Bariloche, waar Willem-Alexander en Máxima elkaar
beter leerden kennen.
Waar
Emmy opgroeide, daar was niet eens een kerk. Daar kwamen
de nonnen twee keer per jaar langs voor godsdienstonderricht
en de Heilige Communie. "Ik ben opgevoed door mijn
oma, een stevige tante, recht van lijn. Zakelijk en eerlijk",
vertelt ze. "Oma deelde alles met iedereen. Dat deed
ze niet uit religieuze overtuiging, maar uit maatschappelijke
verantwoordelijkheid. Als je zelfstandig wilt zijn, ben
je tevens verantwoordelijk voor een ander. Onze kerk staat
wel in de samenleving, maar Argentijnen zijn geen heftige
kerkgangers. Ze zijn kritisch, denken na. Het verbaast je
dat het met zo'n instelling tot een Vuile Oorlog kon komen.
Misschien. Dat lag anders, denk ik. Als het mensen beter
gaat, dan willen ze meer en meer, en hebben ze God minder
nodig."
Het
vrome volkse katholicisme van 'als je niet eerlijk bent,
straft God je' werd in Argentinië al snel vertaald
in: 'God straft jou niet als je niet eerlijk bent; je straft
dan alleen jezelf.' "Zelf nadenken. Niet klakkeloos
alles overnemen. Dat is typisch Argentijns. Argentinië
wordt gevormd door een volk in beweging. Een emigratieland
van oorsprong. Spanjaarden, Arabieren, Italianen, Portugezen.
Op zoek naar zekerheid, zonder met zichzelf weg te lopen.
Dat is misschien ook de reden dat de kerk nooit echt greep
heeft gekregen op de samenleving", denkt Emmy Cheuque.
"De armen hadden vroeger amper de tijd naar de kerk
te gaan, ze moesten werken. Daardoor werd het meer een kerk
voor de rijken, de welgestelden. Het geloof kreeg een praktische
invulling, een handleiding voor het leven."
Dat
zullen we aan Máxima gaan merken. Emmy weet zeker
dat het wat tussen die twee gaat worden. "Ze houdt
van dansen én ze houdt haar rug recht. Is eerlijk
en oprecht. Ze gaat met God, ik herken dat. Is het jou ook
al opgevallen dat ze het statige koningshuis aan het veranderen
is? Beatrix die ineens in een witte jurk loopt, laatst.
Heb je al gezien dat Willem veel minder stram is. Máxima
kiest in haar huwelijk voor geluk, en Willem vaart met haar
mee."
Ze
weet het zeker: "Het is mij ook gelukt. Ik heb mijn
kinderen het geloof bijgebracht omdat iemand het moet doen.
Katholiek of protestant, als ze maar in God geloven. Dat
bedoel ik dus met 'praktisch'. Ik denk dat Máxima
- stel dat ze moest hè - het niet eens erg zou vinden
om Nederlands Hervormd te worden. Ze zou het niet zien als
haar geloof verliezen, maar er een ander geloof bíj
krijgen. Zo zijn we. Als we iets doen, dan gáán
we ervoor."