Oranje-triatleten
stellen teleur
De
eerste triatlon uit de geschiedenis van de Olympische Spelen is
voor Nederland ronduit teleurstellend verlopen. Bij de vrouwen was
Europees kampioene 1998 Wieke Hoogzaad met de 25e plaats de beste
Nederlandse. Silvia Peppels eindigde een plaats lager en kopvrouwe
Ingrid van Lubek ging pas als 33e over de streep.
|
Brigitte
McMahon (l) sprint naar het goud
|
Hoogzaad
kwam kort na het fietsen ten val. Daarbij kneusde zij de rechterenkel
en schaafde de rechterarm. Bovendien had zij last van haar rug.
Ingrid van Lubek ondervond te veel last van een liesblessure waarmee
zij sinds juni kampt.
Bij de vrouwen brachten de Australiërs in theorie een ijzersterk
deelnemersveld op de been. Regerend wereldkampioene 2000 Nicole
Hackett was van de partij, evenals wereldkampioene 1999 Loretta
Harrop en Michellie Jones, de nummer één op de wereldranglijst.
Desondanks kwam de olympisch kampioene uit Zwitserland. Na een sensationele
ontknopping won Brigitte McMahon de sprint om de eindzege van Michellie
Jones. Het brons ging ook naar Zwitserland in de persoon van Magali
Messmer.
|
Simon
Whitfield
|
Bij
de mannen waren de resultaten van de Nederlanders niet beter. Eric
van der Linden was de snelste. Van de 51 deelnemers eindigde hij
als 42e. Routenier Rob Barel werd 43e. Voor hem zijn de Spelen zijn
laatste actie; hij heeft aangekondigd na Sydney een punt achter
zijn carrière te zetten. De laatste Nederlandse triatleet Dennis
Looze kwam binnen als 48e.
Het
olympisch goud bij de mannen ging naar de Canadees Simon Whitfield.
Met een machtige eindsprint haalde hij de Duitser Stephan Vuckovic
in en pakte de overwinning. De Tsjech Jan Rehula was goed voor brons.
De favoriete Australiërs vielen ook hier dus buiten de prijzen.
|