El Al dreigt Staat met miljoeneneis

De directie van de Israëlische luchtvaartmaatschappij El Al is eind maart begonnen hard terug te slaan na de aanhoudende reeks 'knock outs' tijdens de parlementaire enquête over de Bijlmerramp.

In een brief aan de parlementaire enquêtecommissie dreigt de El Al-top de aangerichte schade, die tot een ongekend miljoenenbedrag kan oplopen, te zullen gaan verhalen op de Staat der Nederlanden.

De El Al-directie verlangt met klem van de enquêtecommissie "het eindrapport baseert op bewijsbare feiten en niet op speculaties" en doet een beroep op de persoonlijke verantwoordelijkheid van de commissieleden.

Advocaat mr. R.W. Polak van El Al eist van commissievoorzitter Theo Meijer bovendien op korte termijn openbare boetedoening met een rectificatie van gedane "onjuiste uitspraken en gevolgtrekkingen" tijdens de openbare verhoren.

"El Al is tijdens het verloop van de enquête in eer en goede naam aangetast en grote schade berokkend", vindt mr. Polak. Hij noemt onder meer twee zaken, waardoor El Al ten onrechte in de verdachtenbank zou zijn geraakt:

* de zes jaar lang achter gehouden bandopname tussen een El Al-medewerker en de verkeersleiding, die op basis van onjuiste papieren ten onrechte de indruk zou wekken dat gevaarlijke lading werd verzwegen en

* de vrachtpapieren, de zogeheten house airway bills, waarvan de commissie ten onrechte zou hebben beweerd dat die al jaren geleden zijn gekopieerd en in bezit waren van El Al.

El Al acht de wijze waarop de commissie is omgegaan met de bandopname en de beschuldiging die de commissie daarop heeft gebaseerd, onrechtmatig. Het feit dat de commissie El Al er zonder enig voorbehoud van heeft beschuldigd reeds jaren in het bezit te zijn van de 'house airway bills' acht de El Al-directie onzorgvuldig en eveneens onrechtmatig.

De 'onthulling' van de bandopname met het gesprek tussen een El Al medewerker en de verkeersleiding, die tijdens de enquête direct veel opschudding veroorzaakte, heeft, volgens El Al, eer en goede naam van de maatschappij ten onrechte aangetast. El Al beweert met de letterlijke weergave van de bandopname, dat in de presentatie van de gesproken woorden door de enquêtecommissie essentiële passages zijn weggelaten.

"El Al is nu in een positie gedwongen waarin zij haar onschuld moet bewijzen en wel door te laten zien dat zij iets niet gedaan heeft. Dat is vrijwel onmogelijk, maar zij zal niettemin proberen verder materiaal aan te dragen dat haar ontlast", aldus mr. Polak namens de El Al-directie in de verzonden brief aan de enquêtecommissie, waarin overigens opnieuw alle medewerking bij het verdere onderzoek wordt aangeboden.

Terug