Lading ramp-Boeing was zwaarder dan opgegeven

De El Al-Boeing die zich op 4 oktober 1992 in een Bijlmerflat boorde, blijkt nog zwaarder beladen te zijn dan eerder werd aangenomen.

De parlementaire enquêtecommissie Bijlmerramp beschikt over gegevens waaruit blijkt dat het vliegtuig vier ton lading meer aan boord had dan de 117 ton die El Al eerder had opgegeven. De enquêtecommissie trekt deze conclusie op 28 februari 1999 uit nieuwe gegevens over de precieze belading van het ramptoestel.

Ook heeft de commissie van privé-onderzoeker L. Bertholet informatie toegespeeld gekregen over vracht die niet in de officiële documenten voorkomt.

Volgens bronnen bij de pakjesvervoerder United Parcel Service, die in de nacht van de ramp enkele spoedvluchten voor El Al uitvoerde van Amsterdam naar Tel Aviv, gebeurt het vaker dat vliegtuigen met El Al-vracht te zwaar beladen zijn. Meestal zonder dat de gezagvoerder daar iets van weet. Deze bemerkt het pas bij het opstijgen en als het toestel in de lucht niet de gebruikelijke hoogte en snelheid maakt.

Deskundigen van vliegtuigmaker Boeing hebben tegenover deze krant verklaard dat het structureel overbeladen van een vliegtuig het afbreken van de motorophanging zou kunnen beïnvloeden.

Voorzitter Meijer van de enquêtecommissie spreekt van een nieuw serieus probleem dat tot op de bodem uitgezocht zal worden.