Telegraaf-iVoorpagina Dagblad De TelegraafLaatste nieuwsSportflitsenDFTDigiNieuwsCrazyLife
[terug]
 
  Uw vragen over de euro
 
 

In het guldentijdperk bepaalde De Nederlandsche Bank (DNB) ons monetaire beleid. Is de Europese Centrale Bank (ECB) wel zelfstandig?

Jazeker. Was dat niet het geval geweest, dan had het belangrijkste euroland Duitsland nooit meegedaan aan het 'euro-avontuur'. Politieke invloed op monetair beleid is zowel in ons land als bij onze oosterburen altijd taboe geweest. In het ergste geval laat de overheid de bankbiljettenpersen draaien om tekorten aan te zuiveren, met een snel oplopende inflatie als gevolg. En de bestrijding van inflatie is nu juist de hoofdtaak van een degelijke centrale bank.

In het Verdrag van Maastricht (dat in februari 1992 werd getekend) is bepaald dat geen enkele overheid invloed mag uitoefenen op de besluitvorming van de ECB. Noch mag 'Frankfurt' enige sturing vragen van de overheid. Bovendien hebben de nationale banken van de deelnemende landen hun centrale bank-wetgeving aangepast aan de onafhankelijkheidsbepalingen in het verdrag. Want ook de nationale centrale banken moeten onafhankelijk zijn van de politiek. Op die manier kan de ECB zich ongehinderd door (nationale) politieke ontwikkelingen richten op haar voornaamste doelstelling: het bewaken van de prijsstabiliteit (lees: een inflatie tussen de nul en twee procent). Het voornaamste instrument dat daarbij wordt ingezet is de korte rente.

Wat is nog de rol van de nationale centrale banken, zoals DNB?

Die is sinds de introductie van de girale euro (1 januari 1999, de datum waarop de eurovaluta aan elkaar werden vastgeklonken) een stuk kleiner. Daar staat tegenover dat de twaalf nationale centrale banken wel mee mogen beslissen op Europees niveau. Dat zit zo. De belangrijkste monetaire besluiten worden door de raad van bestuur van de ECB genomen. Deze bestaat uit de directie van de ECB (een president, een vice-president en maximaal vier directieleden) en de presidenten van de twaalf centrale banken. Besluiten worden met meerderheid van stemmen genomen, volgens het principe one man, one vote. Bij het staken van de stemmen geeft ECB-president Wim Duisenberg de doorslag. Onze eigen DNB-president Nout Wellink beslist dus mee, daarbij gesteund door onderzoek van 'zijn' centrale bank.

Het dagelijks bestuur van de ECB is in handen van de directie. De benoeming daarvan is wél sterk politiek getint. Denk maar aan het geharrewar rond de benoeming van Duisenberg tot de allereerste president van de ECB, waarbij vooral de Fransen dwars lagen. Gelukkig heeft Duisenberg zich tot nu toe niets aangetrokken van Franse en Duitse (!) politici die vinden dat de rente sneller omlaag moet om de kwakkelende Europese economie te stimuleren.

Behalve hun rol binnen de ECB behouden de nationale centrale banken hun toezichtstaken. Zo ziet DNB toe op de financiële gezondheid van de Nederlandse banken en het goed verlopen van het betalingsverkeer. De introductie van de euromunten en -bankbiljetten en het opsporen en tegengaan van vervalsingen hoort daar ook bij.

 
[terug]
 
© 1996-2002 Dagblad De Telegraaf, Amsterdam. Alle rechten voorbehouden.