&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">

Volop feest rond 400 jaar Colijnsplaat

Dorp wonderbaarlijk gered
van vraatzuchtige zee

door Huib Boogert

NOORD-BEVELAND - Het land van water, dijken en polders viert dit jaar zijn 400-jarig bestaan. Vijfentwintig jaar geleden was Noord-Beveland nog een agrarisch eiland. Toeristen hadden er niks te zoeken. Dat werd anders na de uitvoering van de Deltawerken. Nu pikt ook Noord-Beveland zijn graantje mee.

Aan de oevers van het Veerse Meer en van de Oosterschelde zoeken toeristen hun vertier. Hun aantal groeit gestaag. Toch is Noord-Beveland een oase van rust en vriendelijkheid gebleven. Vanwege dit jubileum staan in Colijnsplaat vele herdenkings-feesten op de agenda. Deze maand zijn er de Visserijdagen, maar ook braderieën, exposities, sporttoernooien en huifkartochten. Een speciaal comité zet zich zelfs in voor de bouw van een Romeinse tempel in het dorp.

Bijna werd Colijnsplaat - in 1953 - voor de derde maal in zijn bestaan volledig van de aardbodem weggevaagd door het water. Sterke armen hielden de woeste zee echter tegen.

Een monument bij de gedempte haven toont een levensgrote hand die de overslaande golven tegenhoudt. Het beeld houdt de herinnering levendig aan dat gevecht, nu 45 jaar geleden, van tientallen dorpelingen tegen een vraatzuchtige zee.

Het monument in Colijnsplaat.
Handen houden het woeste water tegen.

Maar Colijnsplaat werd die keer op wonderbaarlijke wijze voor een ramp behoed. Door mankracht én toeval. De schouders van tientallen mannenbroeders uit het dorp voorkwamen dat de vloedplanken uit hun sponningen spoelden, maar als door een Godswonder kwam in het heetst van de strijd een binnenvaartschip dwars voor de bedreigde plek te liggen.

Hierdoor verminderde de druk op het primitieve stukje zeewering. Toen bovendien aan de andere kant van de Oosterschelde (bij Serooskerke en Ouwerkerk) de eerste dijken braken, zakte het water in de woeste zeearm snel. Door al die omstandigheden bleef Colijnsplaat gespaard.

Kopje-onder

Aan het begin van onze jaartelling woonden in de buurt van het dorp al mensen. Dat was op twee, vrijwel onbeschermde eilandjes, die in het jaar 1530 werden opgeslokt door een wilde overstroming. De mensen die daarna de restanten van hun dorp weer opzochten, gingen in 1532 alsnog kopje-onder. Het zou tot 1598 duren aleer het overstroomde gebied zou worden ingepolderd. Aan de voet van de buitendijk werd de nederzetting Colijnsplaat gesticht.

Het 400-jarig bestaan doet ietwat vreemd aan tegen de achtergrond van de pogingen van de dorpelingen om nog dit jaar te beginnen met de bouw van een tempel voor de Romeinse godin Nehalennia. Ter ere van haar moet in de Romeinse tijd (in de eerste eeuwen van onze jaartelling) een heiligdom hebben gestaan in de buurt van Colijnsplaat.

Romeinse handelaren op doorreis die vanuit het toenmalige Zeeland naar Engeland overstaken, brachten een offer aan deze 'godin van de reizigers'. Tientallen loodzware votiefstenen die uit de Oosterschelde zijn opgevist getuigen daarvan. In diverse musea in Zeeland zijn ze te zien.

Colijnsplaat is slechts een van de dorpen van het ex-eiland Noord-Beveland. Tot aan de watersnoodramp van 1953 lag het eenzaam en verlaten in het hart van Zeeland, aan alle kanten omspoeld door vijandig water. Sinds de Deltawerken de zee hebben gesmoord, hoort Noord-Beveland bij de wereld. Met drie dammen en een brug zit het vast aan de rest van de wereld.

Het land in het midden van het voormalige eiland (81 km2) is echt 'platteland'. De onafzienbare akkers behoren tot de vruchtbaarste van ons land. De opbrengsten per hectare zijn ongekend hoog.

Toeristen in Zeeland met op de achtergrond
de imposante Zeelandbrug.

De randen van het voormalige eiland zijn echter in bezit genomen door het toerisme. Er zijn stranden, jachthavens, campings en chique bungalowwijken ontstaan. Er zijn speciale surfstekken aangewezenen er zijn prachtige natuurgebieden aangelegd. De inlaagdijken zijn nu favoriete plaatsen voor vogelliefhebbers. Wielrijders doen graag een rondje over of langs de buitendijken.

En wat zo opmerkelijk is: vrijwel een ieder die ooit op het vlakke Noord-Beveland op bezoek is geweest, komt er terug. "Op het eerste gezicht lijkt het ex-eiland weinig te bieden te hebben", zegt VVV-vice-voorzitter Roel Soer. "Maar onze kracht ligt in het feit dat Noord-Beveland op enige afstand van de kust ligt. De toeristen voelen zich hier gewoon méér gast. Dat is niet vreemd ook, want wij moeten onze gasten meer in de watten leggen dan elders."

"Met permissie: aan de kust is men daarin wat gemakzuchtig, hoewel dat erg onverstandig is. De ontvangst en de service zijn daar niet helemaal afgestemd op de prijzen die men vraagt. Bij ons is een gast nooit een nummer, omdat er minder gasten zijn. Wij weten dat een bezoeker zich welkom moet voelen. Anders komt hij nooit meer terug."

"Zwanenmeer"

Niet alleen de toeristen voelen zich welkom op Noord-Beveland, ook de zwanen. Ornithologen en fotografen kijken ter hoogte van het natuurgebied Schotsman/Ruiterplaat hun ogen uit naar de dichte zwanenzwermen op het Veerse Meer. De zwanen komen hier uitsluitend naar toe om te foerageren. Het Veerse Meer is op die plek namelijk vergeven van de zeesla, die als een gigantische onderzeese voedselvoorraad voor de vogels op de bodem van het meer woekert.

Het popperige dorpje Kats, in de oostpunt van het eiland, kent vele verhalen. Het dorp leidde eeuwenlang een marginaal bestaan vanwege de vele martelende pestepidemieën die hier woedden. Kats telt altijd nog maar 400 inwoners.

Dit dorp is altijd eigendom geweest van ambachtsheren. De inwoners zijn tegenwoordig vrijwel 'eigen baas'. Toch bezitten 18 verschillende ambachtsheren nog altijd enige grond en enkele visrechten in Kats. Een van hen is onze ambassadeur bij de Verenigde Naties.

Het dorpje is de afgelopen 20 jaar een soort kunstenaarskolonie geworden, waar beeldend kunstenaars, schrijvers, componisten en schilders hun draai hebben gevonden. "Er heerst onderling een uitstekende verstandhouding", aldus geschiedeniskenner Piet van der Maas. "Soms staat het dorp wekenlang achtereen bol van kunstzinnige activiteiten, die vaak spontaan ontstaat."

De romantische omgeving van het Zeeuwse minidorpje Kats.

Ex-biologieleraar Lenze Plass en zijn zus Claudia zijn in 1995, net buiten Kats, een rozenkwekerij begonnen. De gratis toegankelijke tuin is volgens Lenze 'de grootste rozentuin op het vasteland van Europa'. Van heinde en verre komen auto's en bussen naar de kwekerij.

Duizenden verschillende soorten rozen zijn er te bekijken en te kopen. "Zelfs halftropische rassen doen het hier goed. Midden-Zeeland is nu eenmaal een milde omgeving voor rozen", aldus de ex-biologieleraar. "Daardoor zijn hier ook volop kansen voor zo'n 600 klassieke soorten rozen. Sommige rassen waren 2000 jaar voor onze jaartelling al bekend. Ze hebben de eeuwen overleefd. In De Zeeuwse Rozentuin worden zelfs rozen zonder doornen gekweekt. Ze staan symbool voor Noord-Beveland zelf: een roos onder de toeristenregio's!

De beroemde rozentuin van Kats. De tuin is vrij toegankelijk.

REISWIJZER:

Het voormalige eiland Noord-Beveland ligt centraal in de provincie Zeeland. Het is van alle kanten gemakkelijk bereikbaar: via de Zandkreekdam, de Veersedam, de Oosterscheldedam en de Zeelandbrug. Het hart van het gebied is vlak en weinig opwindend. De boorden van het ex-eiland daarentegen zijn erg in trek bij rustzoekers en waterminnaars. Vrijwel alle dorpen van Noord-Beveland liggen aan het water: Kortgene, Kats, Colijnsplaat, Wissenkerke, Kamperland. Slechts het gehucht Geersdijk ligt 'in het binnenland'. De VVV van het gebied is te vinden op het adres Voorstraat 37, 4491 EV Wissenkerke, tel. 0113-371595, fax 0113-373130.

Publicatiedatum = 8 augustus 1998