&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">
Eurojet

Koppen rolden in Kampen

Neem naar Kampen vooral de trein. De Buffel heet het dromerige boemeltje dat elk halfuur tussen Zwolle en Kampen, twee eeuwenoude Hanzesteden aan de IJssel, heen en weer tuft op diesel, want het dertien kilometer lange spoorlijntje is nog niet elektrisch. Koeien en paarden kijken vanuit de weilanden verbaasd op.

'Het Plantsoen' noemen Kampenaren hun monumentale stadswandelpark bescheiden. Maar in 1997 wonnen zij er toch mooi de prestigieuze Gemeentelijke Natuurprijs mee!

Het plantsoen,
ruim van opzet
en eilandjes voor
de eenden en zwan
en.

Foto: Theo Terwiel

Het prachtpark, onderdeel van wat in Kampen ook wel het Groene Hart wordt genoemd, is aan vrijwel alle kanten omgeven door stedelijke bebouwing, maar toch valt dat vanuit het park nauwelijks op. Tenzij men gevoelige oren heeft: echt stil is het er niet, Kampen is overal hoorbaar nabij. Jammer: regelmatig scheuren er punknozems op lawaaiige scooters doorheen.

Het Kamper stadspark is anderhalve eeuw geleden geheel planmatig ingericht, in eerste aanleg naar ideeën en onder leiding van de bekende tuinarchitecten J.D. Zocher jr. en zijn zoon L.P. Zocher. Zij ontwierpen het wandelpark in de geest van de romantische Engelse landschapsstijl. Zo ontstond het huidige Plantsoen achter de stadswallen, buiten Kampens eeuwenoude vestingwerken en vóór de historische stadspoorten, die destijds niet alleen vijandelijke legers maar ook het vloedwater uit de Zuiderzee moesten tegenhouden. Ruim van opzet, vol glooiende lijnen en met tal van romantische elementen als rozenbogen en zwaneneilandjes.

Begin deze eeuw werd het park aan de IJsselmonding nog verder uitgebreid en verfraaid door Leonard Springer, tuinarchitect en zoon van de schilder Cornelis Springer.

Het Kamper Plantsoen is, vooral tussen de Cellebroerderspoort (nu studentensoos) en de Broederpoort (thans museum), een onmiskenbaar oud park en het staat als zodanig ook op de Monumentenlijst: wat meteen opvalt is de grote afwisseling van zeer oude bomen, kapitale populieren, vitale goudessen en paardenkastanjes, bruine beuken, treur-iepen en zelfs Japanse notenbomen, die zowel in groepen en rijen of solitair staan, magnifiek zoals ze in vorm en omvang tot hun recht komen tussen weidse en vlakke gazons en grote waterpartijen.

"We zijn er best trots op", zegt Gerrit Zwakenberg, hoofd van de afdeling Groen en Landschap van de Gemeente Kampen als we in het park dolen langs de Galgenberg, waar begin zeventiende eeuw menige onthoofding plaats vond. "De koppen rolden dan zó de gracht in", wijst Gerrit met veel gevoel voor lugubere details op de stijle helling.

Twee enorme wilgen zijn onlangs door groenmedewerkers dat zijn er meer dan 30 in Kampen drastisch geknot en daar zijn vanuit de burgerij nogal wat verontruste reacties op gekomen. "Moet je over twee jaar terug komen", wuift Gerrit de kritiek weg: "Dan zijn ze weer als herboren."

Sinds de aanleg van de Flevopolder wordt het Kamper Plantsoen op twee plaatsen doorsneden door autowegen, die de binnenstad verbinden met de nieuwbouwwijken en verder de polder in, naar Dronten. Daardoor zijn er nu eigenlijk drie Plantsoenen, wat de rust in het park niet ten goede is gekomen.

De rijke Kardinaalsmuts in het Plantsoen heeft z'n verrassend mooie rode herfstgloed aangenomen en als we er maar even bij stilstaan, stormen de eenden massaal op ons af, omdat zij brood in ons zien.

Kampen, helemaal verguld met z'n fonkelnieuwe IJsselbrug, heeft als stadje iets warms, iets hartelijks. Je voelt je er meteen omarmd, welkom en veilig.

Daarom zijn we zo verbaasd als we buiten moeten blijven staan om in een najaarsbui op de trein naar huis te wachten. Op een raam van het karakteristieke, oude stationnetje staat: 'Vanwege overlast is de stationshal gesloten'.

De hal is ondergekliederd door spuitbusterroristen. Vast geen Kampenaren. Want die zingen in het slotcouplet van hun eigen stadslied, uiteraard over hun schitterende stad en park:

- 'Kampereiland, Bovenkarke, Poorten, Iesel en Plantsoen

- Bin de trots van elke Kamper, kan-ie't o zo best mee doen!'

Het Plantsoen, stadspark van Kampen, is onbeperkt geopend. Per trein bereikbaar vanuit Zwolle: vertrek steeds 10 voor heel en 10 voor half. Van Kampen naar Zwolle: steeds 4 over heel en 3 over half. Inlichtingen: Gemeente Kampen, tel. 038-3392999 of de VVV, tel. 038-3313500.

Publicatiedatum 4 december 1999