Boekelo, het zout in de pap van Twente
door Henk de Koning
BOEKELO - Fietsen, wandelen en per antieke stoomtrein door een prachtig
stuk Nederland. Wethouder E. Helder van Economische Zaken van de gemeente
Enschede, waaronder de Nederlandse zoutstad Boekelo valt, hield vrij onlangs
bepaald geen flauw betoog bij de officiële presentatie van nieuwe grootscheepse
plannen, die de regio toeristisch nog aantrekkelijker moeten maken. Pittig schetste hij voor genodigden al hetgeen al is bereikt en wat de gemeente
nog voor ogen staat, zonder echter ook de problemen die zich daarbij kunnen
voordoen uit de weg te gaan.
Op de fiets kom je fraaie boerenhoeven tegen. Zo ligt het
doortrekken van de toeristische buurtspoorweg Haaksbergen-Boekelo
richting Hengelo via een oud, nog resterend tracé van 3 km
nogal problematisch. Eenmaal die droom in vervulling zou het hele
traject nu 7 km in totaal ruim 13 km beslaan en de toeristische
trein van de Stichting Museum Buurt Spoorweg (MBS) bij Twekkelo
aansluiting vinden op het normale spoorwegnet van de Nederlandse
Spoorwegen. Overleg Met de
drie betrokken gemeenten, Hengelo, Boekelo en Haaksbergen is
hieromtrent al wel druk overleg gaande, maar de antieke trein bij de
stichting op handen gedragen door 72 vrijwilligers, 3 betaalde krachten
en 3 banenpoolers moet voor het laatste stuk op de een of andere
manier de A35 passeren en dat kost handen vol geld.
Op de stations van de Stichting Buurt
Spoorweg lijkt de tijd stil te
hebben gestaan. En om in
spoorwegtermen te blijven: ook sommige omwonenden treden op als
dwarsliggers. Zij vrezen dat het staccato van de wagons op de rails de
rust in de pastorale omgeving zal verstoren en de locomotief met zijn
uitstoot bovendien de omgeving zal bevuilen. De MBS voert aan
dat de lijn jaarlijks maar liefst 60.000 betalende toeristen vervoert;
een economische injectie, waarvan de hele regio profiteert. De
stichting vindt het tevens van essentieel belang dat met het
lokaalspoor een belangrijk stuk cultureel historisch erfgoed voor het
nageslacht blijft behouden. Los hiervan: petje af voor het
gemeentebestuur van Enschede en al die medewerkers in stad en streek
die spectaculaire plannen ontvouwen om Twente voor veel Nederlanders
toch een wat afgelegen post toeristisch meer onder de aandacht te
brengen. Routes
Rugzak om en dan er op uit in prachtig
Twente In en om
Boekelo vindt u 6 prachtige fiets- en wandelroutes via verharde paden.
Voor de toeristen zijn zelfs speciale parkeervoorzieningen aangelegd en
het oude station uit 1884 in Haaksbergen dat voor de buurtspoorweg
tevens dienst doet als museum van authentieke spoorwegattributen heeft
een fraaie opknaptbeurt ondergaan. Ook bestaan er plannen voor het
openen een casino in de binnenstad van Enschede en de aanleg van een
toeristisch labyrint op het voormalige parkeerterrein van Bad
Boekelo.
Tientallen kilometers fietsroutes liggen voor u klaar.
Dit alles onder de noemer van het recreatief actieplan: "Zout op 't Spoor".
Want rijdend of te voet door deze streek kom men altijd wel iets tegen dat
herinnert aan de omvangrijke zoutwinning in dit gebied. In het verleden,
maar ook nu nog. Het zoutbedrijf van AKZO NOBEL HENGELO bijvoorbeeld zorgt
tegenwoordig voor de productie en verwerking van circa twee miljoen ton
zout per jaar. Het moederbedrijf AKZO NOBEL CHEMICALS is met een totale
productie van 15 miljoen ton per jaar zelfs de grootste producent van bulkzout
ter wereld. Behalve in Nederland wordt dit zout gewonnen in Duitsland, Denemarken,
Noord-Amerika en het Caraïbisch gebied.
Zouttoren We fietsen langs de zouttorens en
zouthuisjes van het buurtschap Twekkelo. Een afstand van 32 km tussen
Hengelo en Enschede. Een rustgevend, afwisselend gebied van weilanden,
bossen en oude boerderijen. Ook hier vindt zoutwinning plaats, temidden
van verstilde zandwegen en lommerrijke berkenlaantjes.
Veel klassieke zoutboortorens in Twente
zijn inmiddels omgedoopt tot industriële monumenten. In
Delden, hartje Twente, werd in 1886 op een diepte van 566 meter voor
het eerst zout in de Nederlandse bodem gevonden. Het bestaande
drinkwater was toen slecht zodat men besloot verse bronnen aan te
boren. Tot ieders verrassing kwam pekelwater en bijna zuiver steenzout
naar boven. Door de vondst van grote zoutlagen bij Twickel kwam echter
eerst in 1918 bij Boekelo de Nederlandse zoutindustrie tot stand.
Het zoutmuseum aan de Langstraat 30 in Delden vertelt met permanente
exposities heel boeiend over de geschiedenis, de winning en de
toepassing van zout in Twente. Ook staan er meer dan 2000 verschillende
zoutvaatjes tentoongesteld; verstrooiing genoeg dus.
Wandelend door de fraaie
natuur rond Boekelo verwijzen tal van bouwsels naar de zoutwinning in
dit gebied. Links een zouthuisje en op de achtergrond de contouren van
een zouttoren. Veel
klassieke zoutboortorens in Twekkelo zijn inmiddels omgedoopt tot
industriële monumenten. Bij de zoutwinning stroomt lauw water via
kilometers lange leidingen naar de boorlocaties. Onder de zogeheten
'zouthuisjes' zoekt het pompwater 400 meter diep contact met de 50
meter dikke zoutlaag, hier honderden miljoenen jaren geleden gevormd
door een tropische zee. Met een zoutgehalte van 300 gram per liter
water keert het mengsel terug naar de fabriek, alwaar grote
verdampingsketels zorgen voor het scheidingsproces van zout en water.
Als u thuis even in het zoutvaatje kijkt kunt u meteen ook het fraaie
resultaat bewonderen. Treinen
Veel mannen hebben iets met treinen. Opmerkelijk is dat de hang om
met treinen te spelen zich blijkbaar heftiger manifesteert, naarmate
het opleidingsniveau vordert. Het bij herhaling uitgelaten aan de
stoomfluit mogen trekken zorgt hierbij meestal voor de hoogst
bereikbare voldoening. Het was dan ook een bedrijfsarts die voor het
eerst als machinist dienst deed op de stoomtrein Enschede-Haaksbergen.
De oudste, nog in leven zijnde MBS'er is de 78-jarige, nog 6 dagen per
week meewerkende R. Stamkot. Jawel, ingenieur van beroep.
Een Jan Plezier met paardenkracht begint aan een
nieuwe dag. Per auto (rechts) arriveren de eerste toeristen. De
initiatiefnemers richtten in 1967 de stichting op en schaften zich de
eerste locomotief aan voor 3.600,- "Dat geld kwam uit eigen
middelen", zo weet de huidige voorzitter van de Stichting Museum Buurt
Spoorweg, Marinus Bezema. Eind vorige eeuw werd de spoorweg voor
goederenvervoer aangelegd. Op initiatief van de regionale
textielfabrikanten, die voor de energie-voorziening van hun bedrijven
met deze treinen kolen uit Duitsland haalden. Later vervoerde het spoor
onder andere zout van Boekelo naar Hengelo, vanwaar het met schepen
verder ging. Groei De
Stichting MBS groeide in sneltreinvaart en telt momenteel 7
stoomlocomotieven, acht diesellocomotieven en 40 historische rijtuigen
en wagons. Het merendeel is uit Duitsland en België afkomstig.
"Maar ook daar wordt de spoeling nu dun om nog wat bruikbaars te
vinden", weet voorzitter Bezema. Inmiddels is de stichting een heel
bedrijf geworden. Bezema: "De exploitatie wordt bekostigd uit de
opbrengsten van de treinritten, donaties en individuele giften. De MBS
krijgt normaal geen subsidies. Eenmalig kreeg zij die van de Europese
Unie en de gemeenten Enschede en Haaksbergen voor verbetering van de
stations Haaksbegen, Boekelo en Bad Boekelo. De restauratie en het
onderhoud van rijtuigen en locomotieven geschiedt met geld van
enthousiaste sponsors."
Vakantiepret in Twente, per fiets of
antieke trein door een
karakteristiek landschap. "De oude stoomlocomotieven die geregeld
op het traject naar Boekelo rijden, zijn voor het publiek ook te
bezichtigen in het Museum Buurt Spoorweg in Haaksbergen. Het opknappen,
onderhoud en de bezetting van al het rijdend materieel geschiedt
eveneens door eigen mensen, hetgeen de kosten uiteraard aanmerkelijk
drukt. De locomotieven en de wagons blinken als ware zij geroepen te
verschijnen in een reclamespot. Een duidelijk bewijs hoe groot de
liefde voor dit historisch materiaal is." Pet De MBS-conducteur is jong en dus duidelijk
van na de oorlog, maar zijn uniform met spoorwegpet gaan duidelijk al
wat langer mee. "Die komen uit het museum van de MBS", zo laat hij
mededeelzaam weten. Op het perron puft de antieke trein, klaar voor een
rit met passagiers. De rijtuigen hebben een hoge instap via dubbele
lange houten treden. De reizigers zitten op houten banken, de deuren
van de rijtuigen zijn solide als brandkastdeuren en vallen met een
dreun dicht.
Ook de tractorbestuurder geniet. De conducteur geeft het vertreksignaal, blaast lang
en hard op de fluit, lucht happend uit een bron van hartstocht. Bokkig
zet de trein zich in beweging. Zo reisde men dus vroeger, met een
karbiesje in plaats van een koffer. De locomotief, echt nog een ijzeren
paard, trekt de rijtuigen met een kalm vaartje door het schilderachtige
Twentse landschap. De machinist studeerde kennelijk af cum laude
want de stoomfluit gilt keer op keer. Koeien in de weilanden springen
zottig op. Flarden stoom, vermengd met de lieflijke geur van vuur,
kolen en jeugdherinneringen dringen via de geopende raampjes de
schuddende compartimenten met reizigers binnen. Iedereen is
gelukkig. Inlichtingen: VVV Enschede, tel: 053-432 32 00.
Stichting MBS, tel: 053-572 15 16. (eigen)
foto's.
Publicatiedatum = 31 juli 1999
|