Alkmaar
Van
Pietje Bell tot Kippenvel
door
Nico van der Zwet Slotenmaker
ALKMAAR
- Er is niks mis met kaas en als je in Alkmaar bent,
krijg je het min of meer automatisch op je bordje. Het
Kaasmuseum, de kaasmarkt en zo kan je nog wel een tijdje
doorgaan. Een jaar of vijftien geleden bleek ineens
dat een aantal Noord-Hollanders zich aan de lekkernij
hadden overeten. Ze hadden er genoeg van. Het kwam hen
de neus uit.
|
De
Waagtoren is een markant punt in Alkmaar.
|
Die kaasdragers iedere vrijdagmorgen met hun rare hoedjes
op, het moest maar eens afgelopen wezen. Alkmaar werd
altijd zo oubollig neergezet, zo boers, zo dorps. Er
moest meer cultuur komen en het geld om toeristen te
trekken kon beter worden gebruikt om kunstexposities
en dergelijke te organiseren. Gelukkig hielden de vroede
vaderen van de stad waar de victorie begon hun hersens
bij elkaar en weken ze niet voor de nieuwlichterij,
anders was het leed waarschijnlijk niet te overzien
geweest.
Want
dan had misschien ook het schitterende Biermuseum moeten
verdwijnen (als kaas al niet deugt, kan weinig tot de
gezondheid bijdragend gerstenat al helemaal niet door
de beugel). Nooit meer iets aan veranderen is mijn standpunt
en bij een beetje dorst kun je je altijd verontschuldigen
met de opmerking dat de vroegere regeerders van onze
natie het volk tot het drinken van deze alcoholische
consumptie hebben aangezet. Destijds deugde het water
namelijk voor geen druppel en om pest, tyfus en cholera
buiten de deur te houden, was je wel gedwongen naar
de fles te grijpen.
Het
is een van de vele wetenswaardigheden die in het museum
zijn opgetekend en als u de proef op de som wilt nemen,
daalt u af naar de kelder waar u in het proeflokaal
kunt kiezen uit honderd soorten Nederlands bier. Tenminste,
zoveel waren het er de laatste keer dat ik er binnenwipte.
Met al die fusies in de brouwerijwereld zal het langzamerhand
wel moeilijk worden honderd aparte etiketten op de kop
te tikken.
|
Toeristen
brengen graag een bezoek
aan het Hof van Sonoy.
|
Het
centrum van Alkmaar is meer dan mooi. Vandaag taal ik
echter niet naar het Waaggebouw, het Huis met de Kogel,
de Remonstrantse schuilkelder, het Accijnstorentje,
het Huis met de Gouden Ster en alle andere historische
bouwwerken. Ik zal er nog wel terugkomen, maar ik ben
nu in de eerste plaats gekomen voor het nieuwe Stedelijk
Museum. Zelfs de juffrouw van de VVV heeft het nog niet
op de kaart staan. Op de stadsplattegrond maakt ze met
balpen echter even snel wat aantekeningen en als ik
maar goed links aan blijf houden, kom ik er vanzelf.
Dat is in mijn geval over de Koningsstraat en Koningsweg,
waar ik bij toeval stuit op een tatoeshop waar je je
ook van een piercing kan laten voorzien. De ondernemer
adverteert met de woorden 'permanente make-up', geen
slechte vondst, al krijgt hij mij niet als klant. Ik
geloof trouwens dat ik langzamerhand de enige Nederlander
ben die niets anders draagt dan kleding. Zelfs een horloge
is me te lastig.
Schuin
tegenover de huisschilder bevindt zich in deze tijd
van centrale verwarming nog een echte kachelfabriek
en dan schiet me ineens te binnen dat Alkmaar (als enige?)
ook nog beschikt over een Kachelmuseum. In het pand
van een voormalige brouwerij. Wat zullen veel lieden
dat hebben betreurd.
Smullen
Maar
ja, de tijd staat niet stil, al heeft men daar in het
Stedelijk Museum aan het Canadaplein schuin tegenover
de Grote Kerk de grootst mogelijke moeite voor gedaan.
Ik heb wel meer een expositietje bezocht, maar dat is
smullen.
|
De
kaasstad heeft een gezellig winkelcentrum
|
We
beginnen met een diashow die het ontstaan van de stad
op afdoende wijze belicht. Uiteraard komen niet alle
van de 400 monumenten van de stad aan de beurt, maar
het scheelt weinig. Het museum heeft ook een prachtige
maquette die de situatie in de Middeleeuwen duidelijk
maakt en ons de opkomst toont van de nijverheid en handel,
waarbij de kaas uiteraard niet ongenoemd kan blijven.
Vanaf
de wanden staren de heren die vroeger in de stad de
dienst uitmaakten de bezoekers afwisselend nors en goedkeurend
aan en de mannen die de Spanjaarden een lesje leerden,
willen dat krijgshaftig weten ook. Overigens is men
wel zo eerlijk er even bij te zeggen dat de Alkmaarse
verdedigers een steuntje in de rug kregen van de elementen,
zodat de Spanjaarden wel min of meer werden gedwongen
op te breken.
Alkmaar
had al eerder een stedelijk museum waarin je je billen
echter nauwelijks kon keren en veel materiaal in de
kelders of kasten moest blijven. Nu er wel ruimte is,
zie je in een oogopslag hoeveel meer je ineens kunt
doen. Wisselexposities houden bijvoorbeeld. Ik tref
het, want alle aandacht gaat vandaag uit naar de uitgeverij
Kluitman en wie nog nooit een onder deze naam uitgebracht
boek heeft gelezen, is geen kind geweest. 'Van Pietje
Bell tot Kippenvel' heet de tentoonstelling en het is
in één woord af.
|
De
Molen van Piets is niet te missen.
FOTO:'S MARTIN MOOIJ
|
Dat
had onderwijzerszoon Pieter Kluitman ook niet kunnen
bedenken, toen hij in 1864 zijn eerste kinderboek 'Een
Klein Klein Jokkentje' liet verschijnen, vrijwel onmiddellijk
gevolgd door 'De avonturen van Dik Trom' van C. Johan
Kievit dat in die tijd een zeer vooruitstrevend werkje
mocht worden genoemd. En Pietje Bell natuurlijk. De
ouders waren in die tijd niet zo blij met dit boek,
omdat er vrij veel deugnieterij in voorviel en het dus
wel een slechte invloed op onze jeugd zou hebben. Daar
denken we tegenwoordig wel iets anders over. Trouwens,
wie drogist Geelman een poets kan bakken, heeft mijn
zegen.
Veel
kinderboeken van Kluitman zijn verfilmd en worden momenteel
ook in het museum gedraaid. Als ik binnentreed, is net
Dik Trom aan de beurt. Hij wordt achtervolgd door de
veldwachter en als dat goed is afgelopen, krijgt Bruin
Boon de pandoering die hij verdient. Aan het eind verzucht
vader Trom voor de zoveelste keer dat Dik een bijzonder
kind is en-dat-is-ie. Dat geldt ook voor Alkmaar als
stad. Zeker nu het er met het nieuwe museum zo'n fraaie
kroon bij heeft gekregen.
REISWIJZER:
|
De
VVV van Alkmaar is gevestigd aan het Waagplein
2, tel. 072-5114284; website www.noord-holland-tourist.nl/
De tentoonstelling 'Van Pietje Bell tot Kippenvel'
in het nieuwe Stedelijk Museum is nog geopend
tot en met 29 april. Voorleesmiddagen zijn er
nog op 1, 15 en 29 april. De eerste kaasmarkt
van het seizoen is vrijdagmorgen 6 april. Dan
komt ook de rondvaartboot weer in actie.
|
|