&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">
Volop speelgoed uit de oude doos in Roden
In museum 'Kinderwereld'
hoepel je niet snel op'
door Henk de Koning
RODEN - Niet dat we zo goklustig zijn want dan kun je op
weg naar Roden beter regelrecht doorrijden naar Holland Casino in
Groningen, maar toch durven we er een computerspelletje onder te
verwedden dat een kind van nu niet meer in staat is een tol op te
zetten, laat staan in een flitsende beweging een priktol naar de grond
te sturen, dan wel op straat met waar kunstenaarschap, en louter met
behulp van een stok, een voortjagende hoepel soepeltjes een hoek om te
dirigeren.
Roep vandaag de dag eens in een klas met jeugdige
Nederlandertjes: "Wie gaat er mee klepperen?" en er valt een
doodse stilte. Men kijkt u aan alsof u van een andere planeet komt. Die
verbazing houdt slechts even stand, want schouder ophalend slaan de
kinderen vrijwel direct weer aan het computeren. "De nieuwe tijd,
net wat u zegt...", zong Wim Sonneveld al....
Tollen
Nee, praten over en bezig zijn met tollen, knikkers, poppenhuizen en
hoepels kunt u maar beter doen in het Museum Kinderwereld in het
Drentse Roden. Daar leeft het nog! Niet alleen in vitrines achter dik
glas, maar ten dele ook nog om er persoonlijk mee om te gaan.
Tot in detail prachtig uitgevoerd zijn de poppenhuizen van mevrouw
Henriëtte Roos-Enk. Een verzameling waarover ze 30 jaar deed. Na
haar overlijden werden 22 poppenhuizen uit haar collectie aan het
speelgoedmuseum in Roden geschonken. Hier een deel van het popperige
kruidenierswinkeltje. Want wie dat wenst kan in het winkeltje van het museum, net als
vroeger, een tol met zweepje kopen en die op de buitenspeelplaats van
het museum nog eens lekker ouderwets uitproberen. Het winkeltje biedt
verder alles waar Ot en Sien uit de oude leesboekjes ook om zouden
kunnen vragen: leitjes, griffels, kleppers, bouwplaten, aankleedpoppen
en heel veel oude gezelschaps-spelletjes, compleet met de beschrijving
hoe het te gebruiken.
Ook kunt u op buitenspeelplaats toeren op een Vliegendende Hollander, u
weet wel zo'n karretje dat op gang komt door op de bestuurdersplaats
een stok als een handel heen en weer te bewegen.
Heel oud is de vélocipède, zo'n fiets met een groot
voorwiel en een piepklein achterwiel. Die mag eveneens bij het museum
worden uitgeprobeerd. Voor de allerjongsten onder de kinderen staat
buiten een authentieke oude draaimolen opgesteld, die enkele keren per
dag zijn rondjes draait. De niet meer zo speelsen onder ons kunnen op
een bankje plaats nemen om te kijken hoe anderen omgaan met die
spelletjes van weleer.
Frappant: een muis is daar in Roden in het speelgoedmuseum aan de Brink
nog gewoon een speelgoedmuis en niet een hulpstuk van de computer. Ik
weet niet of u dit geestelijk aankunt, maar in het museum zoekt u ook
vergeefs naar een 'joystick', waarbij nog komt dat alle spullen in het
museum gewoon met Nederlandse begrippen te benoemen zijn.
Naast de vaste collectie speelgoed biedt het museum in Roden jaarlijks
een wisselende thema-tentoonstelling met inbreng uit particuliere
verzamelingen en uit andere musea. Zoals thans over kinderspelen uit de
periode van begin 1700 tot circa 1950. Getiteld: 'Natuurlijk Speelgoed'.
De naam is zo gekozen omdat de meeste geëxposeerde voorwerpen zijn
gemaakt van natuurlijke materialen. Bijvoorbeeld bikkels van
schapenbotjes, fluitjes van vlierenhout, houten kleppers, maar ook
eenvoudige kleiknikkers. Daarnaast prachtig, huisgemaakt houten
speelgoed uit het Ertsgebergte en een interessante collectie uit hout
gesneden poppenkastpoppen.
Rijker
Het rijkere speelgoed dat er te zien valt bestaat onder meer uit
prachtige houten koetsen, die voor deze gelegenheid door het
Rijtuigenmuseum van Leek in bruikleen zijn afgestaan. Heel bijzonder
zijn de onwezenlijk grote mechanische insecten, zoals vlinders, torren
en vliegen die, aangedreven door een fantastisch mechaniek, lopend,
zoemend en zelfs driftig met hun vleugels klapwiekend tot leven komen,
als in een lugubere film. Keken ook nog even bij de stoffen beesten en
pluche beren, bij de kegelspelen van papier maché en het
speelgoed gemaakt van klei en rubber.
In het museum is ook een speelgoedwinkel anno 1900 ingericht.
"Wij zijn niet het enige speelgoedmuseum in het land, maar noemen
ons toch uniek vanwege juist die grote collectie primitief
speelgoed", verklaart directeur-conservator Roel Valentijn (52).
Een bezield man, in wie, tot op gevorderde leeftijd, de vlam van het
spelende kind aanstekelijk wakker is gebleven. Valentijn: "Kijken
en spelen is ons motto. Spelen kan in een aantal doe-hoekjes, die
tussen de vitrines staan opgesteld. Tot de bijzondere stukken van het
museum behoren ook nog een echt speelgoed-kruidenierswinkeltje, een
bellenblaasbeer, een geheimzinnige waarzegger, een aantal oude
behendigheidsspelen en een speel- en knutselkamer."
Stijl
Mevrouw Henriëtte Adriana Hendrina Roos-Enk begon op 54-jarige
leeftijd met het verzamelen en heel consequent inrichten van
poppenhuizen in de stijl van rond 1900. Nu is haar verzameling te zien
in het speelgoedmuseum in Roden.
Een van de topstukken in het speelgoedmuseum, een indrukwekkend
poppentheater.
Gedurende 30 jaar Henriëtte overleed in 1996 stroopte zij heel wat
vendu's en rommelmarkten af om aan de juiste spullen voor haar in
totaal 24 poppenhuizen te komen. Eerst samen met haar man eertijds
districtsdirecteur bij de Rotterdamse Bank in Groningen na diens
overlijden ook op eigen houtje.
Dochter mevrouw A.H. Vinke uit Laren herinnert zich: "Heel vaak
ook trokken ze er samen met de caravan op uit om ergens diep in
Frankrijk hun slag te slaan. Mijn vader was lang zodat hij moest
snuffelen op plaatsen waar mijn moeder niet bij kon. Vaak kregen we
bezoek van mensen die speciaal op visite kwamen om naar die prachtige
poppenhuizen te kijken. Mijn moeder kon er boeiend bij vertellen. Na
haar overlijden hebben mijn broer en ik elk een poppenhuis gehouden. De
rest hebben we, om de verzameling zoveel mogelijk compleet te houden,
aan het museum in Roden afgestaan."
Perfect
De inrichting van de poppenhuizen is door mevrouw Roos zo tot in de
perfectie uitgevoerd, dat je van de ene verbazing in de andere valt.
Van het kruidenierswinkeltje zijn bijvoorbeeld alle laatjes en schappen
gevuld met de artikelen uiteraard in mini-formaat die er ook werkelijk
in thuis horen. Aandoenlijk klein in het winkeltje zijn ook de Droste
en Maggibusjes op de plankjes, die qua uiterlijk niet van de
oorspronkelijke modellen verschillen. Het stoffenwinkeltje is al net zo
compleet met onder andere minuscule tarieflijstjes, hoedjes aan
kapstokjes en een piep-piep-kleine ellemaat op de toonbank.
Directeur-conservator Roel Valentijn, hier geflankeerd door twee
bijzondere bewoners van het speelgoedmuseum in Roden.
In het poppenhuis als snoepwinkeltje liggen zowaar kraal-kleine
gekleurde snoepjes in het o zo kleine weegschaaltje en in het
poppenhuis-keukentje anno 1910 staat een ongelooflijk klein fornuisje
met een al even ongelooflijk klein wasketeltje met daarin een (kan het
nog kleiner?) precies lijkende stamper. Praten we nog niet over de
knijpers in het keukentje en de priegelige krultangetjes van echt ijzer
bij het vuur. Het is er allemaal, tot in het kleinste detail en volgens
de originele vorm.
Klepperen was tot ver in deze eeuw een geliefde bezigheid van de
spelende jeugd. Bij het goed onder de knie hebben van de moeilijk
techniek, waarbij de kleppers tussen een of twee vingers in wilde
armbewegingen tegen elkaar dienen te worden geslagen, ontstaat een
soort fel ratelend geluid dat in andere gevallen slechts door
klepperende ooievaars op natuurlijke wijze wordt geëvenaard. Wie
kleppert zingt ook: "Hoor je wel mijn kleppers gaan?" Te
vervangen door: "ZIE je wel mijn kleppers gaan!" voor wie,
zoals ons, in een wilde poging het ook eens te proberen, meteen zijn
kleppers als stille vogels door het het luchtruim ziet vliegen....
Inlichtingen: Museum 'Kinderwereld', Brink 31 Roden.
Tel.: 050-5018851.
Foto's Joop Fenstra
Publicatiedatum = 13 maart 1999
|