&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">
Alles behalve vrede in het heilige land
door JOS VAN NOORD
BETHLEHEM - "Ik háát de Palestijnen," serveert het bedienstertje
van trendy Café Bagdad in Tel Aviv mij een portie ongezouten afkeer.
Minachting is mijn deel als ik op haar zonnige terrasje vlak voor terugkeer
naar winters Amsterdam vertel dat ik in autonoom Palestina was.
Ruzie in Nazareth, oorlog in Bethlehem en nog meer trammelant in Jeruzalem.
Komt allen tezamen, maar kijk dus wel uit!
"Alf Salama," duizend keer vrede, wenst ons Abu Ibrahim in Ramallah,
bij een glaasje Arabische mint-thee. Maar in Bethlehems geboortekerk,
nota bene pal boven de grot waar Jezus 2000 jaar geleden op aarde kwam,
vliegen een Israëlische gids en een Palestijnse politieman elkaar
luidkeels in de haren over iets onbenulligs als een pelgrim die vóórdringt.
Ik sta er bij en kijk er verbijsterd naar.
Op
de plek waar de herders volgens de bijbel vernamen van de geboorte van
Jezus is 2000 jaar later nog maar weinig veranderd.
Als Jezus rond zijn tweeduizendste verjaardag zou besluiten om nog eens
terug te keren op aarde, dan zou hij ongetwijfeld bezems en vuilniszakken
meebrengen voor zijn Palestijnse broeders. Hemeltje lief, wat ziet het
Heilige Land er uit! Waarom gooien Palestijnen al hun rommel op straat?
Nu veel van de heilige plaatsen onder Palestijns zelfbestuur zijn gekomen,
werken de Palestijnen er hard aan om op de westelijke Jordaan-oever hun
eigen toeristische industrie op te bouwen. Palestijnse hotels, Palestijnse
tours, Palestijnse gidsen. "Palestina" heet de nieuwste toeristische gids.
Waarom niet? Jezus was tenslotte een Palestijn.
Maar die troep op straat! "Een kwestie van mentaliteit", zegt Ali Araj,
mijn jonge gids die met zijn gezin in Shoufat woont, een Palestijns vluchtelingenkamp
bij Jeruzalem. "Buitenlanders, die de rotzooi op straat zien, knappen
meteen af. Toeristen willen netjes ontvangen worden. Dat is de kern van
de toeristische bijbel."
Aangeveegd
Zeker, de kerken en andere heiligdommen liggen er prachtig bij, opgeverfd
en aangeveegd door monniken. Maar verder is het onder de Palestijnse autonomie
één grote bende: opgebroken straten, ontbrekende putdeksels,
overal gaten in de wegen het lijkt wel of er net een aardbeving heeft
plaatsgevonden. Als Jozef en Maria vanuit het huidige Nazareth, een goeddeels
door Arabieren bewoond stadje in Israël, nú hun tocht hadden
moeten maken naar Bethlehem, dan waren ze in deze Palestijnse geboortestad
van Jezus vermoedelijk nooit aangekomen. Dan hadden ze wel drie keer hun
nek gebroken over alle troep. Op werkelijk alle straathoeken stinken bergen
rottend huisvuil. Langs de buitenwegen ligt het bezaaid met glas, plastic,
gebruikte verbandmiddelen, roestige wasmachines, autowrakken.
In
Bethlehem overal opgebroken straten: niéts is klaar voor de viering
van de tweeduizendste verjaardag van Jezus.
Welkom in Bethlehem 2000! Niet terreuraanslagen vormen nu de grootste
bedreiging voor toeristen: die lopen hier bij alle gedril en geboor in
de straten van de oude stad veel eerder kans op een stoflong. Niets is
klaar. Bethlehem is één grote, stoffige bouwput.
Israël en de Palestijnen verwachten op de drempel van het nieuwe
millennium, nu 2000 door het Vaticaan tot kerkelijk Jubeljaar is uitgeroepen,
vele miljoenen bezoekers. Maar tweeduizend jaar na de komst van de Vredesprins
is het allerminst stil en vredig op diens geboortegrond. De sfeer is gespannen
en regelmatig ontlaadt zich dat in geweld.
Rotjes
Op het plein voor de Geboortekerk gooien Palestijnse tieners zonder ophouden
rotjes naar de toeristen. Dat vinden die oudere pelgrims vast heel leuk!
Een reusachtig podium domineert het grote Kribbe-plein in verband met
een folkloristisch millenniumfestival.
Maar intussen raken de Palestijnse gemoederen steeds dichter bij het
kookpunt nu Israël aanstalte maakt met een speciale toegangsweg bij
Bethlehem voor Palestijnen. "Apartheid!" roepen die. De stenen liggen
al klaar. Als toerist kun je nu al geen taxi meer nemen van Bethlehem
naar Jeruzalem: bij de Israëlische controleposten, waar je standaard
wordt afgesnauwd, moet je dan op een chaotische parkeerplaats zelf maar
verder vervoer zoeken.
Arafat
spreekt van het "Israëlisch beleg van Bethlehem". Bij het omstreden
checkpoint is de eerste Palestijnse dode al gevallen: Moussa Halil (29)
werd vorige maand doodgeschoten, toen hij volgens Israëlische lezing
een soldaat aanviel. Drie dagen duurden de rellen. "De ergste ongeregeldheden
sinds járen", verzucht Migual Murado van de Bethlehem 2000.
Ruzie
Zo'n 115 km ten noorden van Holy Bethlehem ligt het drukke marktstadje
Nazareth, tweeduizend jaar geleden een onbetekenend oord waar volgens
het christelijke geloof de aartsengel Gabriël van Godswege aan de
Maagd Maria verscheen met het nieuws over haar miraculeuze zwangerschap.
Dezer dagen werpt religieus geruzie ook hier in Galilea, waar Jezus opgroeide,
een schaduw over het Heilige Land. Recente dieptepunten: straatrellen,
vernielingen, demonstraties, een protestsluiting van alle kerken en een
aanslag op burgemeester Ramiz Jeraisi.
Pal naast de opvallende Basiliek van Maria Boodschap, een moderne betonnen
kolos van twee verdiepingen boven een Byzantijnse grot, zijn baardige
moslims begonnen met de bouw van een islamitisch gebedshuis. Dat heeft
bij veel christenen kwaad bloed gezet.
Heilige vader
Ook in Nazareth met z'n 15.000 christenen en 50.000 moslims dus vooralsnog
geen vrede op aard en maar bitter weinig welbehagen in de mensen. Het
Vaticaan, dat het komend Jubeljaar een lentebezoek van Paus Johannes Paulus
II aan het Heilige Land heeft gepland, dreigde al dat de heilige vader
Nazareth zal overslaan als de moskee er komt.
Lang niet alle moslims zijn het eens met de moskee zo dicht tegen de
basiliek aan. "Kan dat nergens anders? Waarom nou weer ruzie zoeken?"
vraagt mijn gids Ali van de Palestijnse touroperator 'Alternative Travel'
zich luidop af als we met zijn tourbusje ontvlambaar Nazareth verlaten
via een moderne vierbaansweg. Door groentevelden richting Afula, langs
een Burger King en de Chatta-gevangenis die nog vol zit met rebelse Palestijnse
jongeren.
Jozef
en Maria, met hun ezeltje op weg van Nazareth naar Bethlehem. Deze afbeelding
vinden we in de Kerk van de Bezoeking in het Palestijnse dorp Air Karem.
Op weg: van het noordelijke Nazareth naar Bethlehem, helemaal voorbij
Jeruzalem, aan de oude route naar Hebron. In de voetsporen van timmerman
Jozef en zijn jonge, hoogzwangere Maria, die 2000 jaar geleden met hun
ezeltje de tocht van Galilea door Samaria naar Judea maakten omdat zij
zich moesten laten inschrijven voor de Romeinse volkstelling, waarbij
het toen al vooral om het innen van belastingen ging. Jozef en Maria volgden
ongetwijfeld de kortste weg, dwars door wat nu Sector A en Sector B heet,
autonoom Palestijns gebied, via Nabloes en Ramallah.
Tractoren
Hoogspanningsmasten en sinaasappelbomen langs de weg naar Jenin, via
Sandala naar Jelami. Nu rijden er tractoren in de velden, maar er lopen
ook herders met grote kuddes schapen. De lichtval over de heuvels is briljant,
de schakering aan kleur in het landschap vol cypressen adembenemend.
"Jazeker, hier moet de heilige familie langs gekomen zijn," zegt Nasr
Kamel, de eigenaar van een koffietentje langs de stoffige weg. Uit open
autoramen waaiert luide Arabische muziek. De zilvergroene olijfbomen bij
Jba'a, tussen Jenin en Nabloes, schitteren in de zon. Vanaf een heuvel
kijken we over het bijbelse land naar Ajja en langs de weg ligt weer veel
vuilnis.
Ali weet precies wie waar wonen. "Daar wonen christenen", wijst hij.
"Nee, daarnaast ligt een moslimdorp. De meeste inwoners van dat dorp daar
verderop zijn christenen. In dat dal wonen meest moslims." Zo gaat dat
de hele reis door, dat ik me moet beheersen om niet uit te roepen: Wat
kan mij dat schelen! Wat interesseert het mij of die mensen, in aanbidding
voor hun Schepper, de moskee bezoeken of de kerk of de synagoge? Kol el-nas
min Allah, leerden Koran-kenners mij jaren geleden al in Cairo: Alle mensen
komen van God. Nou dan!
Schoon
Nabloes is opvallend schoon. "Hier geldt een nieuwe milieuwet. Wie rommel
op straat gooit, krijgt een fikse bekeuring. De Palestijnse politie is
onverbiddelijk", verklaart Raid Jabel in de oude souk, waar we kebab eten
van de houtskoolgrill, met mierzoete thee.
Tussen Nabloes en Ramallah liggen de joodse nederzettingen op de heuveltoppen.
Hoge hekken, prikkeldraad, betonblokken. Tanks in een militair kamp bij
Jefna, even voor Bir Zeit. Ramallah is een moderne, lawaaiige stad waar
jongelui allemaal een mobieltje hebben en zo'n snelle zonnebril die ook
de ooghoeken compleet verbergt, een rage die ze van de Israëlische
veiligheidsrambo's hebben afgekeken.
In de Minaret-straat eindelijk een frisse Freddy in de schaars verlichte
pub die 'Kan Bata Zaman' heet: 'Ooit De Bata Winkel'. Als bijdrage aan
het vredesproces vertoont de bioscoop de speelfilm 'Het Bloedbad van Kafr
Kassem', maar verder is er alom feestverlichting, aan veel winkelpuien
hangt de kerstman als opblaaspop en er wapperen Palestijnse vlaggen.
"Het toerisme kan zich pas echt ontwikkelen als wij een eigen vliegveld
hebben op de Westoever," zegt mij een groepje vlot geklede Bir Zeit-studenten.
Voordeur
Palestina wil een eigen voordeur, liever geen bezoek via de buren. Nu
kan dat niet anders. "Ons leven staat te veel onder Israëlische controle.
Als de Heilige Familie nu had geleefd, dan hadden ze zelfs voor hun ezeltje
toestemming nodig gehad van de Israëli's. Die hebben in alles het
laatste woord. Daarom zijn er nog maar weinig Arabische oliebaronnen die
in Palestina willen investeren", menen de studenten.
Maar Bethlehem heeft Anno 2000, ondanks de belegering, over investeringen
niet te klagen. De wereld heeft er f 350 miljoen in gestoken, vele miljoenen
ook van de EU: complete renovatie van de oude stad, totale vernieuwing
van wegen en riolering, nieuwe hotels en een groot busstation met parkeerplaats
voor honderd touringcars. Ook is er nog eens 200 miljoen gulden privé-geld
in gestoken.
Onderweg
met Palestijnse gids Ali: "Waarom nou almaar ruzie?"
"Ondanks alle tegenwerking door Israël verwachten we miljoenen pelgrims,"
zegt Mariam Shahin van de Bethlehem 2000 als de Israëlische luchtmacht
de heilige stad op z'n grondvesten doet schudden door pal erboven eens
even flink door de geluidsbarrière te knallen. "Ieder kan hier
op eigen landswijze uitdrukking geven aan het geloof."
"Het geloof", verzucht tourgids Ali (35) als we na een lange dag een
terrasje pakken. "Of ik geloof? Ik geloof dat ik nog steeds in een vluchtelingenkamp
leef. Al 35 jaar."
Lito Reizen in Leiden (071-513 1779) en Beter-uit Reizen in Alphen a/d
Rijn (0172 -484 484) organiseren groepsreizen door autonoom Palestina.
De voettocht van Nazareth naar Bethlehem, in de voetsporen van Jozef en
Maria, kan worden gemaakt met de interkerkelijke reisorganisatie IRO in
Driebergen (0343 515122).
EIGEN FOTO'S
Publicatiedatum = 24 december 1999
|