Havenstad heeft zich ontwikkeld Bewoners van Yarmouth zeer gastvrij, maar niet gekVan onze redactie Reiskrant De bewoners van het eiland Wight zijn altijd bijzonder gastvrij geweest. Rond 1765, enkele jaren nadat de residentie van de gouverneur, admiraal Sir Robert Homes, waar de amoureuze en losbandige koning Charles II een aantal van zijn avontuurtjes had beleefd, een logement was geworden, besteedden de vroede vaderen van Yarmouth drie kwart van hun jaarlijkse budget aan een diner ter ere van een luitenant van de Britse marine. Dat budget bedroeg £13.18.6 en het diner kostte £10.13.6. De rekening raakte overigens zoek. Luitenant ter zee Charles Cunningham Crook van HMS Expedition die in de haven lag afgemeerd, nam na het diner een kistje mee dat, naar hij aannam, een uiterst welkom slaapmutsje bevatte. Nadat hij tenslotte nogal moeizaam aan boord was gestommeld en het kistje openmaakte vond hij de rekening, die hij woedend over boord smeet. Het was dan ook geen wonder dat de zo vrijgevige eilanders ook geen geld hadden voor de aanschaf van kanonnen om zich vijandelijke troepen en plunderaars, die door de eeuwen heen op het eiland waren geland, van het lijf te houden. Zij schilderden daarom op de kademuren van Yarmouth zwarte vierkanten die er vanuit de verte uitzagen als schietgaten voor zware kanonnen van een fort. Kerkklokken Het hielp blijkbaar niet echt, want Franse plunderaars, die weer eens op Wight aan land gingen, stalen de klokken uit de torenspits van de kerk en hingen die in de toren van Cherbourg. Of was het Bayeux? In ieder geval schijnen de klokken daar nog steeds te beieren. Ondanks het gemis werden de bisschop van Winchester en zijn gevolg in 1873 onthaald op een copieuze lunch in de inmiddels tot George Hotel omgedoopte herberg, nadat zij de gerestaureerde kerk van Yarmouth hadden ingezegend. Niettemin sieren de zwarte vierkanten nog steeds de haven van Yarmouth, nu een van de populairste jachthavens aan de Engelse zuidkust en beschermd door de wateren van de Solent, de zeearm die the Isle of Wight van het Engelse vasteland scheidt. In de zomermaanden ligt de haven vol jachten en vooral bij Nederlandse zeezeilers is Yarmouth een uitermate populaire bestemming. Anders dan Cowes, het mekka van de regatta's, is Yarmouth een haven die zijn tradities niet verloochent. Jachten meren af aan de traditionele meerpalen en de service aan de bemanningen van de bezoekende jachten is daaraan aangepast. Tijdens piekuren varen drie watertaxi's constant in de haven rond om de bemanningen snel en goedkoop aan wal en terug te brengen. Wie liever zijn eigen sloep gebruikt om aan land te gaan, kan afmeren aan twee speciaal voor dat doel gereserveerde steigers. Sfeer gehandhaafd Yarmouth heeft het afgelopen jaar aanzienlijk geïnvesteerd in de modernisering van de faciliteiten in het havengebied. Er is plaats voor 250 jachten, er kan brandstof worden getankt, er zijn douches en een wasserette geïnstalleerd en er zijn twee goed geoutilleerde jachtwerven. Havenmeester Nick Ward is ervan overtuigd dat de investeringen de aantrekkingskracht van Yarmouth op de internationale jachtwereld nog aanzienlijk hebben vergroot. "Wij menen dat wij er met deze aanpassingen in zijn geslaagd de sfeer van een traditionele haven te handhaven, terwijl wij de tarieven aanzienlijk lager houden dan die van de andere havens aan de Engelse zuidkust." Maar Yarmouth heeft meer te bieden. Het stadje, dat slechts 1000 inwoners telt, heeft zich ontwikkeld tot het culinaire centrum, niet alleen van het eiland Wight, maar ook van de overkant van de Solent, de zeearm, die Wight van het Britse vasteland scheidt. Er is een verscheidenheid aan restaurants, die al vroeg hun deuren openen en waar tot laat in de avond kan worden gedineerd. De keukens van twee uit de zeventiende eeuw stammende hotels, het eerder genoemde en geheel gerestaureerde George Hotel en Jirah House zijn alleszins de moeite waard. Beide restaurants worden in de bekende Engelse culinaire gids van Egon Ronay met een ster gewaardeerd en de George wordt aanbevolen in de Guide Michelin. Kreeft In het nieuwe Grill en Restaurant Harbour View aan de haven heeft men een prachtig uitzicht over de Solent en verder is er het visspecialiteiten restaurant Salty's, gevestigd boven een zaak waar vis en schaaldieren als kreeft, vers uit de wateren rond het eiland wordt verkocht. Tenslotte is er een grote verscheidenheid aan pubs waar ook eenvoudig maar goed kan worden gegeten en in een van de vele cafés wordt zelfs ook eigengemaakt ijs verkocht. Overigens zijn Yarmouth en het eiland Wight niet alleen voorbehouden aan het varende deel van het internationale toerisme. Er zijn vele, snelle verbindingen met het vasteland, vooral vanuit Lymington, en het heuvelachtige eiland met zijn prachtige kust, aantrekkelijke zandstranden en uiterst milde, zonnige klimaat biedt ook voor de niet-varende toerist ongekende mogelijkheden. In de omgeving van Yarmouth kan men urenlange wandelingen maken, bijvoorbeeld langs de met bomen omzoomde route van de oude spoorbaan naar de Causeway in Old Freshwater en Freshwater Bay. Voorbij de met riet bedekte kerk van St. Agnes zijn paden naar de Tennyson Down heuvels vanwaar men een schitterend uitzicht heeft over het eiland, de Solent en het Kanaal en de Purbeck heuvels in het graafschap Dorset op het vasteland. En nergens op het eiland is de zee ver weg. Per auto zijn Cowes of Newport, de huidige hoofdstad van het eiland, gedomineerd door het Carisbrooke Castle binnen twintig minuten te bereiken. Bembridge aan de oostkust van het eiland is minder dan een uur gaans en dat geldt eveneens voor de vele bezienswaardigheden op het eiland. Geschiedenis Yarmouth en the Isle of Wight hebben namelijk eeuwenlang een belangrijke rol gespeeld in de historie van het Verenigd Koninkrijk. De Romeinen kenden het al en keizer Vespasianus viel in Rome een triomfale ontvangst ten deel na de onderwerping van het eiland Wight. De Romeinen dachten namelijk dat Wight even groot was als Sicilië. Barton Manor, het wijnhuis met de mooie tuinen, waar koning Victoria vroeger kwam om te rusten Behalve van koning Charles II was Wight ook het geliefde oord van Queen Victoria en haar echtgenoot prins Albert. De prins ontwierp zelf hun in Italiaanse stijl opgetrokken Osborne House en vooral de Dunbar Room en relikwieën van het Victoriaanse tijdperk zijn een bezoek alleszins waard. Verder zijn er een aantal landhuizen uit de Queen Anne periode en wijngaarden. Een jaarlijks festival dat men zeker niet met the Isle of Wight zou associëren is het Knoflook festival ter viering van de export van dit product naar Frankrijk en andere delen van Europa. Havenmeester Nick Ward zegt dan ook zonder overdrijving: "Het kasteel van Henry de Achtste aan de ingang van de haven is niet langer bedoeld om buitenlanders weg te houden van het eiland maar juist om hen te verwelkomen." "We hebben meer dan voldoende accommodatie zowel voor de varende als de andere toeristen. Het merendeel van de bezoekers kwam altijd al vanwege de zeilmogelijkheden, de zandstranden en de adembenemende, veelkleurige rotsen." "Nu komen ze eveneens om te genieten van de goede keuken en de vele, aantrekkelijke mogelijkheden die Yarmouth en the Isle of Wight te bieden hebben." Publicatiedatum = 12 april 1997 |