&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">
| |
zaterdag 23 december 2000 'Oorlogswijk'
nu toeristische attractie Belfast: een vrolijke staddoor Annette Karimi BELFAST - "Naar Belfast? Neem een kogelvrij vest mee!!" Een bezoek aan de Noord-Ierse hoofdstad kan nog steeds op verbazing rekenen bij familie en vrienden. Niet helemaal verwonderlijk. Wie de stad jaren geleden binnenreed, schrok zich rot. Zware tanks rolden dreigend over de wegen, en militairen patrouilleerden de straten. De oorlog tussen katholieken en protestanten was duidelijk zichtbaar in de hoofdstad van de Britse provincie Ulster. Een vredesakkoord in april 1998 maakte daaraan gelukkig een einde. Nu gelooft de bezoeker van weleer zijn eigen ogen niet. Het militaire groen is verdwenen, er hangt een ontspannen sfeer en overal is bedrijvigheid. Wellicht is het verbeelding, maar zelfs de Noord-Ieren ogen vrolijker. "De Troubles zoals de ongeveer 30-jarige oorlog eufemistisch werd aangeduid zijn voorbij", verzekert menigeen in Belfast. De fraaie Victoriaanse gebouwen in het centrum, de lange winkelstraten, en niet te vergeten de traditionele pubs moeten nu de internationale allure krijgen die het verdient, vinden de inwoners. Inhaalslag In één oogopslag wordt duidelijk dat de stad koortsachtig werkt aan een inhaalslag. Concertgebouwen, drank- en eetgelegenheden en hotels schieten de grond uit. Voor elk wat wils, benadrukken de verkeerbureau's in kleurrijke toeristengidsen. Kunst, cultuur en sport, Belfast heeft het, of werkt eraan. Toeristen tijdens een trip met een open stadsbus. Zo staat de Odyssey Arena nog in de steigers. Maar de opening van het stadion dat in het centrum aan 10.000 mensen onderdak kan bieden, laat niet lang meer op zich wachten. De publiciteitsman van het complex laat trots weten dat verschillende wereldsterren al geboekt zijn voor een concert in 2001. Zowel grote sportwedstrijden als concerten, als filmevenementen staan op de agenda van het complex. Behalve de nieuwe uitgaansgelegenheden, is de historische pub-tour door het stadscentrum een aanrader. De georganiseerde wandeling voert langs de historische dranklokalen, ooit 'de hoekstenen van het sociale leven' in Belfast, volgens een folder. De pubs onderscheiden zich in ieder geval door hun geschiedenis van de nieuwe bars, die nu als paddestoelen uit de grond schieten. De tour begint bij de oudste pub in Belfast, The Crown Liquor Saloon in Great Victoria-street. De bar is in verschillende internationale films gebruikt als decor. Het is de Noord-Ierse overheid zelf die als eigenaar voor dit stukje authentieke geschiedenis zorgt. Bijzonder fraai is het Italiaanse houtsnijwerk, de ouderwetse gaslampen en de afgesloten zitgedeelten, de zogenaamde 'snugs'. Deze ruimten bieden tot vandaag de dag amoureuze bezoekers de gelegenheid tot de zo gewenste privacy. 'Jonkie' The Kitchen Bar is alweer een 'jonkie' dat in 1859 werd opgericht, maar ademt desondanks een rijke geschiedenis uit. Aan de tap staan alweer de vierde en vijfde generatie van de Catney-familie. De muren in de pub zijn behangen met foto's van lokale en internationale sterren (onder wie zelfs een zeer jonge Charlie Chaplin) die na een show in het ooit belendende theater een hapje kwamen doen. Nog steeds kan de maag er gevuld worden. Want heb je nog niet gegeten, dan kookt 'Mrs C.' in eigen persoon, eenmaal voor de bezoeker. De matriarch van in de zeventig, sloft op deze avond gemoedelijk met een pan vlees naar een groep mannen in het achtergedeelte van de bar. De borden worden snel omhoog gehouden. Elders roken met name oudere mannen gemoedelijk een sigaretje, en knikken vriendelijk naar het bezoek. Slechts een enkeling voelt zich in de kuif gepikt door de buitenlandse dames. "Is het soms vrouwen-avond?", klinkt het chagrijnig. Het plantsoen bij de City Hall is zomers een prima plek om te relaxen. Een van de nieuwe trendy bars is Tatu tegenover het stadhuis in het centrum. Smaakvol aangekleed met intieme zitjes en kaarsjes, en gevuld met yuppen die na het werk uitblazen. Wie er vermaakt wil worden, kan kijken naar een opvallend groot diascherm, dat reclame maakt voor vakantiehuizen in zonovergoten oorden. Buiten het centrum is het roerige verleden nog steeds zichtbaar. Twee arbeidersbuurten in het westen van de stad zijn nog steeds strikt gescheiden naar de religie van de inwoners. Toch blijkt dit gedeelte van Belfast juist ook toeristen aan te spreken. Voor hen is een rondrit langs deze ooit gevaarlijke wijken mogelijk. "We willen wat er er gebeurd is ook niet wegstoppen, dus hebben we het onderdeel gemaakt van een toerist-trail. Een groot succes", vertelt de gids. De Falls Road is de beruchte katholieke wijk ten tijde van de Troubles. Dat wordt zichtbaar aan de metershoge geschilderde afbeeldingen op huizen met boodschappen van paramilitaire organisaties als de IRA. Zo zijn er afbeeldingen van vervaarlijk uitziende mannen met uniformen aan, en bivakmutsen op en geweer in de aanslag. Begeleidende teksten blijken harde waarschuwingen aan het adres van de Britse 'overheersers', die maar beter direct hun koffers kunnen pakken. Dezelfde volkskunst is ook te zien in de protestante tegenhanger van de Falls, de wijk Shankill Road. Ierse volksdansertjes. Jong geleerd, oud gedaan. De zogenaamde Peace-Wall vormt het sluitstuk van de rondrit. Op deze 'vredesmuur' die ooit de katholieken in de Falls moest scheiden van hun felle tegenstanders uit Shankills, laten dezer dagen buitenlanders hun sporen na. "Nu vrede, de oorlog is voorbij, peace and love", zijn enkele van hun opgetekende wensen. Ook de regio buiten Belfast is een aanrader. Rijdend langs de noordelijke kustlijn richting de westelijke plaats Ballykelly ontvouwt zich een afwisselend landschap van groene dalen, kronkelende rivieren, witte strandjes en romantische dorpjes. We passeren Rathlin-island dat een paar kilometer van de kust ligt en een absolute aanrader is voor natuurliefhebbers en vogelkijkers. Op het eiland broedt de grootste kolonie van zeevogels in Europa er haar nageslacht uit. Op een uur rijden van Belfast ligt in het schilderachtige plaatsje Bushmills, The Old Bushmills, 's werelds oudste whiskey-distilleerderij/stokerij. Voor bezoekers zijn er georganiseerde rondleidingen. De geschiedenis van 's werelds oudste whiskey-stokerij wordt kleurrijk uit de doeken gedaan. Zo horen we dat de dorpelingen in Bushmills zich het whiskey stoken al een ruime tijd eigen hadden gemaakt tot zij in 1608 door de toenmalige Britse koning James de Eerste een vergunning kregen. De drank is sindsdien niet opgehouden met vloeien in het dorp. Terrasje in het centrum van Belfast. De liefhebber likt zijn lippen af bij het binnentreden van de imposante pakhuizen: tonnen vol met de alcoholische drank liggen torenhoog opgestapeld te 'rusten' voor de juiste smaak is gevormd. Het resultaat is te proeven in een glaasje dat wordt geserveerd na een uitleg van het stoken van de verschillende Bush Mills-whiskey's. Een ontnuchterend kopje koffie kan worden gedronken op een steenworp afstand in Bushmills Inn. Het hotel lijkt rechtstreeks uit een sprookje te zijn ontstaan. Voortgekomen uit een voormalige herberg is de inrichting in oude, antieke stijl bewaard gebleven. De ouderwetse hemelbedden, houten vloeren, authentieke stoelen, gaslampen en overal haardjes, doen geloven dat Hans en Grietje elk moment kunnen binnenstappen. De Albert Clock is een markant herkenningspunt. Een paar kilometer verderop ligt aan de kustlijn de wereldberoemde Giant Causeway. De trapsgewijze basaltblokken die de zee inlopen zijn een adembenemend wonder der natuur. Over het ontstaan doen talloze verhalen de ronde. Maar leuker dan een wetenschappelijke verklaring te lezen over vulkanische erupties zijn de talloze mythen en sprookjes waarin de reuzen, geesten en heksen de hoofdrol spelen. Eigenlijk is het jammer deze sprookjesachtige route per auto te doen. Er zijn voldoende mogelijkheden deze regio wandelend en fietsend te ontdekken, bijvoorbeeld van de ene naar de andere Bed&Breakfast-gelegenheid. Hoewel het weer in Noord-Ierland zich kan meten met het Nederlandse klimaat tonen de inwoners zich in ieder geval onverminderd gastvrij en vriendelijk. "Een belangrijk schrijver zei eens: een vreemdeling is een vriend die je nog niet kent", benadrukt een Noord-Ier bij het afscheid.
Fotografie: Belfast Visitor and Convention Bureau |