&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT=""> Eurojet

Het Canal de Bourgogne goed voor
ruim 200 km pleziervaart

door Nelly Duijndam

Reeds in 1860 is er studie gedaan naar een verbinding van de Yonne naar de Saône. Ruim een eeuw later, in 1774, werd er een aanvang gemaakt met het Canal de Bourgogne; Parijs had dringend behoefte aan hout en graan. Het eerste traject van de Saône naar Dijon kon in 1808 in gebruik genomen worden. Het is een recht stuk kanaal met 22 sluizen en aan weerszijden glooiende graanvelden. De verbinding naar de Yonne kwam rond 1830 tot stand.

De riviertjes de Armançon, de Brenne en de Ouche lopen, van noord naar zuid, langs het kanaal. Zij voorzien het kanaal van water en de grote hoeveelheden, die nodig zijn voor de vele sluizen, komen van het stuwmeer, gelegen op het hoogste punt, met een inhoud van 22 miljoen kubieke meter.

Het bedienen van de sluizen in Canal de Bourgogne is zwaar.

 

Het kanaal is 242 kilometer lang, telt 189 sluizen en wordt alleen nog voor pleziervaart gebruikt. Twaalf jaar geleden voer hier het laatste vrachtschip. De maximale diepgang is nu 1,40 m. Op één plek liepen we met deze diepgang vast bij het invaren van een sluis. De sluiswachter liet extra water in het pand lopen, waardoor we na enige tijd de sluis binnen konden varen. De maximale hoogte van de bruggen is 3,50 m. De lengte en breedte van de sluizen zijn: 38,50 m en 5 m (de spitsenmaat). De sluizen worden via zware hefbomen, meestal door vrouwen, bediend. Van oudsher zijn de sluiswachters vrouwen. Wie met de zoon van een sluiswachteres trouwde, werd vanzelfsprekend de nieuwe sluiswachteres.

Populieren

In de eerste 10 kilometers van het van het kanaal van Laroche Migennes aan de Yonne tot Brienon varen nog enkele vrachtschepen. In Brienon worden de schepen met graan geladen. Hierna wordt het kanaal bevaren door jachten, varende woonschepen en hotelschepen. Deze laatsten varen met Amerikaanse en Canadese gasten door de Bourgogne. Tot Montbard, 49 sluizen omhoog zijn dan al gepasseerd, is het landschap lieflijk glooiend en is het kanaal vrij recht met populieren langs de oevers.

Leuke stadjes op dit traject zijn St. Florentin, Tanlay en Montbard. Er zijn voldoende aanlegplaatsen en in dit gedeelte van het kanaal varen veel huurboten. De sluiswachters beschikken niet over een telefoon en geven niet door dat er een schip aankomt. Als iemand van de bemanning naar de volgende sluis fietst om te waarschuwen dat het schip eraan komt, kan dat veel tijd schelen. Een aardige bijkomstigheid is, dat er tijd overblijft om de verwilderde fruitbomen bij de vaak verlaten sluishuisjes te plukken. We aten in die tijd veel appelmoes, pruimen- en bramenjam.

Op weg naar Montbard passeren we sluis Argenteuil en ontmoeten we weer Anneke en Burt Mijer (respectievelijk 76 en 83 jaar oud). Zes jaar geleden ontmoetten wij hen in deze sluis en nodigden zij ons uit een glas wijn met hen te drinken. Het was 's ochtends om 11 uur. Voor ons een rare tijd, maar het smaakte heerlijk. Dit jaar zorgen we ervoor dat we aan het eind van de dag bij hen zijn zodat we meer tijd hebben om een glas te drinken en bij te praten.

Vanaf het Canal de Bourgogne is in de verte Chateauneuf-en-Auxois te zien.

 

Het weerzien is hartelijk. Anneke en Burt hebben twaalf jaar geleden het huisje op deze sluis gehuurd en wonen sindsdien als 'God in Frankrijk'. Voor die tijd woonden zij op een skûtsje van 19 meter in Rijpwetering. Voorzieningen als water en licht kenden zij veertig jaar geleden niet. Na veel omzwervingen met de boot in Nederland en Frankrijk was hun liefste wens in Frankrijk te gaan wonen. Het sluishuisje van Argenteuil lag op de plek die zij zich wensten en was te huur. Een sluiswachter was overbodig geworden nadat de sluis geautomatiseerd werd. En omdat er geen waterleiding was, was de huur niet zo hoog. Het sluishuisje werd opgeknapt tot een knus en comfortabel onderkomen en in de loop der jaren schaften zij een goede waterzuiveringsinstallatie aan, waardoor zij het water uit het kanaal kunnen drinken.

Beheer

In de zomermaanden verkoopt Anneke zelfgemaakte jam, kruidkoek en honing aan de vele toeristen die door de sluis komen of op de fiets passeren. Burt maakt de watersporters wegwijs in het automatische systeem van de sluis. In de wintermaanden is het op de sluis erg rustig. Het kanaal is dan gesloten, maar er zijn altijd wel vrienden die van tijd tot tijd bij Anneke en Burt langs komen. Nu het beheer van het kanaal overgegaan is in handen van de V.N.F. (Voies Navigables de France) is de huur van het sluishuisje vijf maal zo duur geworden. "Een rib uit ons lijf, maar we laten het er niet bij zitten", vertelt Anneke verontwaardigd.

Na Montbard kronkelt het kanaal verder door de bergen. Hier wordt het landschap ruiger met hoge bergen en na iedere bocht word je weer verrast door een prachtig uitzicht of een met bloemen getooid sluisje. Er is zoveel te zien, het verveelt geen moment. Er is heel weinig scheepvaartverkeer en er zijn slechts een paar goede aanlegplaatsen. Huurboten varen hier niet meer, waarschijnlijk omdat er zoveel sluizen zijn; nog 64 omhoog voor de tunnel in zicht komt.

De sluizentrap van 36 sluizen in twaalf kilometer vereist een goede samenwerking met de sluiswachters, die ieder een aantal sluizen onder hun hoede hebben. Wij waren met zes mensen aan boord. Twee hielpen de sluiswachters met het open en dicht draaien van de deuren en de kleppen, één liep vooruit om de volgende sluis alvast open te draaien en drie bleven aan boord voor de sluismanoeuvres, de touwen en om iedereen van eten en drinken te voorzien. Op deze manier deden we in één dag 36 sluizen! De laatste tien sluizen voor de tunnel zijn in 1989 geautomatiseerd.

Vrachtverkeer

Bij Pouilly en Auxois begint de tunnel van 3,3 km lang, die gebouwd is van 1826 tot 1832. De tunnel is niet verlicht, er ligt geen looppad naast en hij is erg laag: in het midden 3.10 m en aan de zijkanten 2,20 m. Toen er nog vrachtschepen door het kanaal voeren, werden de lege spitsen (Franse vrachtschepen), die te hoog waren voor de tunnel, in een bak gevaren. Het water werd uit de bak gepompt zodat de spits op de bodem van de bak en dus lager lag. De bak werd vervolgens met spits en al aan een ketting door de tunnel getrokken. Een geladen spits lag laag genoeg om door de lage tunnel getrokken te kunnen worden.

De tunnel van het Canal de Bourgogne is smal en onverlicht.

 

Nu moeten schepen, die gebruik willen maken van de tunnel toestemming vragen aan de laatste sluis en tevens laten zien dat er voldoende reddingsvesten aan boord zijn en een schijnwerper. Deze is zeker noodzakelijk, plus de gewone boordverlichting. Met ons schip van 3,15 m breed en 2,40 m hoog konden we ruimschoots door de tunnel varen. Met een schip van 4 m breed en 3 m hoog is deze tunnel niet aan te raden.

Na de tunnel blijft de omgeving grillig en volgt er weer een sluizentrap van 13 sluizen, nu omlaag. Tot Dijon zijn er dan nog 41 sluizen te gaan door een adembenemend landschap. Je moet er ver voor reizen, maar voor wie geen haast heeft en niet tegen het sluiswerk opziet, is het stuk van Montbard tot Dijon zeer de moeite waard.

Gebruikte kaart: van Navicarte: voies navigables de Bourgogne, nummer 18. In tegenstelling tot wat vermeld staat in de kaart worden de sluizen op het Canal de Bourgogne bediend van 8.00 tot 19.00 uur en 's zondags van 9.00 tot 18.00 uur. Het kanaal is gesloten van 1 november tot Pasen. De maximum snelheid is 6 kilometer per uur. Het is belangrijk dat iedereen zich daaraan houdt, de oevers zijn al erg uitgehold en het kanaal is hard aan een onderhoudsbeurt toe. Aantal vaaruren Laroche Migennes aan de Yonne tot St Jean de Losne aan de Saône: 70 uren.

Publicatiedatum = 12 februari 2000

terug Frankrijk-intro