Molenaar Ben blijft
zijn grondzeiler trouw

door THIJS JANSEN

WARMOND
Als het zo doorgaat, dan is de natuur hier binnen vijf jaar helemaal naar de knoppen. Als het waar is wat molenaar Ben Hoogduin van de Broekdijkmolen in Warmond zegt, dan heeft de bevolking van Leiden er nog geen halve eeuw over gedaan om van een prachtig stukje polderlandschap een troosteloze vlakte te maken.

Hun honden verstoren er zodanig de rust dat andere dieren wegblijven en hun katten sluipen 's nachts door het veld om wat er nog aan leven overbleef af te maken. Zelf halen ze met behulp van elektrische platen verdoofde vissen uit het water. Kraaien, gaaien en eksters doen de rest.

Ben Hoogduin klimt in een wiek om een zeil te spannen.

Maar de 41-jarige Hoogduin blijft in zijn paradijs op aarde geloven en trekt er bij zijn molen dagelijks op uit om de omringende natuur en de nabij gelegen golfbaan te onderhouden en natuurlijk ook om met zijn molen het water op peil te houden. De molen werd daarvoor in 1840 op de huidige plaats opgericht.

De grondzeiler kwam oorspronkelijk uit Haarlem. Volgens de Rijnlandse Molenstichting is de historische waarde van de molen zeer belangrijk. In vroeger jaren maalde het water uit een 255 hectare groot gebied. Nu gebeurt dit nog voor een polder van slechts 50 hectare. Het is een pover restant van wat eens een schitterende, vitale polder was.

Als jongen trok Hoogduin al met zijn vader de Broek en Simontjespolder in. Die werkte bij enkele boeren. Het wemelde in de sloten van de vis waaronder snoek en paling. Soms werd er wel zo'n 300 pond paling in een jaar gevangen. En tijdens het malen moest je de snoeken als het ware bij de molen wegjagen.

Beide vissoorten zijn vandaag de dag een zeldzame verschijning, weet Hoogduin, die bijna twee decennia de watermolen onder zijn beheer heeft. De molen staat op het laatste stukje nog onbebouwde polder. "Het is omdat de grond eigendom is van de gemeente Warmond, anders had Leiden er al lang huizen op laten bouwen", weet de 41-jarige Ben Hoogduin zeker.

Kagerplassen

Nu vormen een negen holes golfbaan en een kaal park een buffer tussen de oprukkende bebouwing en het water. Aan de andere kant liggen de Kagerplassen. Bezoekers zijn van harte welkom een kijkje op zijn molen te komen nemen.

Mensen met slechte bedoelingen moeten op afstand blijven. Daarvoor hebben eerdere bijgelovige molenaars een groot zwart kruis in een wit vlak op de molen geschilderd. En of ze het een eeuw geleden al wisten; het kruis is gericht naar de woonwijk, waarvan voor de natuur niet veel goeds valt te verwachten.

Er zit hier nog wat fazant en er lopen enkele hazen en wat vogels rond. Maar de diversiteit aan soorten vogels loopt zienderogen terug, waarschuwt Hoogduin. Dat komt onder meer door kraaien, gaaien en eksters, waarvan de laatste soort ook wel moordenaar in smoking wordt genoemd. Als je die niet in de hand houdt, blijft er geen zangvogel meer over.

De molenaar kijkt wat weemoedig over het water naar de overkant. "Daar woont een boer en die heeft zijn zaakjes keurig op orde. Zijn weilanden zitten vol met vogels en zoogdieren. De stadsmensen hebben er geen benul van wat voor schade ze, al hun goede bedoelingen ten spijt, in de natuur aanrichten", zo verzucht hij. "Er zitten hier in dit gebied alleen al ruim 150 vossen. Het is te gek voor woorden."

Maar als Hoogduin zijn rug keert naar de stad kijkt hij uit over het water van de Kagerplassen, een van de mooiste plekjes van de randstad. "Ik ga hier dus nooit meer weg", zegt hij. In de knusse keuken van zijn woning bij de molen legt hij een fotoboek op tafel van Els Hansen. Niet van Wind Alleen heet het. Prachtige plaatjes van zijn molen en molens uit de omgeving leren de lezer waarom.

Brand

Het was dan ook een ramp van de eerste orde toen de Broekdijkmolen in 1976 tijdens een storm in brand vloog. "De wiek is door de rem heen gegaan en door de wrijving is er toen brand ontstaan." Een molenbrand is de aangrijpendste wijze waarop een molen kan ondergaan, weten ooggetuigen.

"Het is alsof we een levend wezen op de brandstapel zien verteren; steeds even vóór het definitieve einde beginnen de wieken in vertwijfeling te draaien." Els Hansen in haar boek: Het vuur is aangestoken door de vuurridder; niemand minder dan de duivel zelf, die aldus korte metten maakt met de kruissymboliek der molenwieken.

Publicatiedatum = 10 januari 1998