Jong op de ski'sSkiën doet men tegenwoordig al op zeer jeugdige leeftijd. Bij de meeste pistes bevinden zich speciale parkjes waar de allerkleinsten hun eerste ski-lessen krijgen, of waar ze al enigszins gevorderd driftig op de 'lange laten' aan het oefenen zijn om mogelijk ooit een ware kampioen te worden. Vooral voor kinderen is het belangrijk over degelijk en passend ski-materiaal te beschikken om heerlijk, maar vooral veilig te kunnen skiën. Kinderen opschepen met skimateriaal dat de afdankertjes zijn van pa en moe, leveren voor de kleintjes onnodig veel risico op. "Geef mij maar een slee'. Eerst vanaf schoenmaat 24 zijn echte ski's met bindingen nodig om goed te kunnen skiën. Voor de allerjongsten bestaan skietjes die eenvoudig met bandjes aan normale schoenen of 'moonboots' bevestigd kunnen worden. Kinderschoenen gebruikt bij het skiën moeten in de eerste plaats goed passen, de voet moet voldoende steun bieden en zeker ook warm en sneeuwdicht zijn. Bovendien moet dit schoeisel een zodanige vorm hebben dat het been goed naar voren kan worden gebogen. De schacht van de skischoen mag bijvoorbeeld niet te hoog zijn, maar evenmin te ver naar voren buigen. Dit laatste ter voorkoming dat het enkelgewricht in de eindstand beschadigd wordt. Bij kinderski's boven de 70 cm moet altijd een veiligheidsbinding worden gebruikt. Deze moet goed worden afgesteld. Daarbij geldt dat een lichte afstelling altijd beter is dan een te zware. Exacte afstelling is natuurlijk altijd de beste. Zeker bij kinderen, hoe soepel die in hun bewegingen ook zijn. Te lange ski's zijn voor kinderen onveilig. ANWB-lengtetabel ski's: beginner (6-10 jaar) kin tot neushoogte. Beginner (10-14 jaar) neus tot hoofdhoogte. Nooit langer an 150 cm. Gevorderden (6-10 jaar en 10-14 jaar) lichaamslengte. Wedstrijdskiër (6-10 jaar) lichaamslengte plus 5 cm. Wedstrijdskiër (10-14 jaar) lichaamslengte plus 5 tot 15 centimeter. Publicatiedatum = 6 december 1997 |