&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">
Met een kaaiman op
schoot door de Amazone
door Roel den Outer
MANAUS
Als Silvio vanaf het houten bootje het zwarte water inglijdt, is de ontzetting
van onze gezichten te lezen. Geluidloos beweegt de nazaat van een Portugees
immigrant zich in het pikkedonker door de kreek van de Amazone. Pats! beet!
Even spartelt de kaaiman nog tegen, maar Silvio houdt hem op strategische
plaatsen vast. Even aaien? lacht de zoon van een Indiaanse moeder als hij
met de prehistorische nakomeling behendig terug in het bootje klimt. Als
de kaaiman gevaarlijk met de staart begint te zwaaien, bedanken we voor
de eer.
Toch is het slechts een babykrok van nog geen meter die in Silvio's armen
kronkelt. Maar als zo'n beest slechts tien centimeter van je gezicht hangt,
en de vlijmscherpe tandjes knarsen, begrijp je waarom je in Artis op eerbiedige
afstand wordt gehouden.
Rustig legt de Braziliaanse Crocodile Dundee uit dat het aantal ringen van
de staart aangeeft hoeveel maanden oud het dier is. En ja hoor, je went
snel zo'n blazende jongen.. Even later wil iedereen de kaaiman even op schoot.
Silvio gaat tot maximaal anderhalve kaaimannenmeter. Schade en schande,
u kent dat wel. En een schade in het regenwoud van Brazilië kan al snel
fataal zijn.
Alligatorwet
Toen Silvio junior nog in opleiding was als kaaimannenenvanger, heeft hij
zich weleens vergist. Een enorm litteken waar menig afgekeurd profvoetballer
een puntje aan kan zuigen herinnert daaraan. "Ik zag niet dat er een tweede
krokodil naast lag", verklaart hij de oorlogswond. En eenmaal gehapt blijft
gehapt, zo luidt de alligatorwet. Met een kapmes heeft Silvio zich moeten
bevrijden van deze Braziliaanse pitbull.
Silvio lacht zijn mooie tanden bloot en laat het kaaimanneke in het water
glijden. Het bootje pruttelt zonder storingen verder naar de volgende kreek.
Met zaklantaarns schuimen de gids en zijn Indiaanse hulp de wal af. Je begint
er zowaar lol in te krijgen, in die krokodillenjacht die begon in onze Junglelodge.
Telkens als twee oranje oogjes oplichten in het schijnsel, stijgt een gedempt
juichkreetje op uit de boot. Weer een kaaiman! Maar die scherpgetande jongens
overleven niet voor niets al tientallen miljoenen jaren...
Ook die Silvio met z'n Duracell-schijnwerper hebben ze wel door. Na een
kleine twee uur spieden in de nachtelijke Amazone, blijft de teller steken
op een. Een paar grote ogen aan de kant, volgens Silvio een kaaiman van
een metertje of vier, laten we links liggen. Democratisch besloten. Zo'n
jongen fotograferen we wel een keer in Emmen als we genoeg Airmiles gespaard
hebben. En als je 'm in de dierentuin een beetje strategisch vastlegt, schuif
je 'm achteloos tussen de Brazilië-kiekjes.
Het immens grote Amazonegebied laat zich natuurlijk niet in en of twee dagen
bekijken. Je bent alleen al vijf uur boten onderweg vanuit de wereldstad
Manaus. En Manaus is alleen fatsoenlijk te bereiken door uren boven onafzienbaar
groen oerwoud te vliegen. Die boottrip is trouwens bepaald geen straf.
Piranha's
Ter afkoeling kun je in de Amazone duiken en aan een touw door de rivier
gesleept worden. Bij zo'n badpartij in de rivier raakte ik wel m'n Turkse
nep-Rolex kwijt. Er zwemt dus nu een kaaiman in de Amazone met mijn Alanya-horloge
om z'n pols. Liever een klokje dan een been... Piranha's (plus 1200 andere
vissoorten waaronder nog veel gemenere) en kaaimannen zwemmen overigens
meestal bij de oevers. De vaart met het bootje eindigt in een lodge, een
simpel (niet goedkoop) junglehotel.
De boottocht begint op het punt waar twee machtige jungle-rivieren, de Rio
Negro en de Solimoes negen kilometer lang als een soort dubbelvla hardnekkig
weigeren in elkaar over te vloeien. In het zwarte deel, dat om duistere
redenen na een groot aantal kilometers wel plotseling besluit te mengen,
springt af en toe een witte of roze dolfijn boven het water uit. Net als
de zon is gedoofd, arriveert de boot in de schemer bij de Lodge.
De verzameling houten hutten van het hotel op palen is verbonden door plankieren
die een meter boven de aarde zweven. Om de paar meter lacht een papegaai
je toe. Als je uitvoerig foto's maakt van de vogels, lijkt het net of ze
bij elke flits 'one dolla' zeggen. Het zullen de bijwerkingen van het malariamiddel,
de enorme hitte en de hoge vochtigheidsgraad wel zijn.
De jungle-kamer valt onder categorie (g)een ster. Meer sterren zie je door
de grote openingen in het dak (wel met muskietengaas). En daar gaat het
toch om, of niet? Voor de echte verwende (lees: rijke) toerist is er à 880
dollar per nacht een verblijf inclusief airconditioning mogelijk. Je zit
dan wel in het Tarzan House. Jane betaalt hetzelfde pond, want de prijs
is wel PP. Voor dat bedrag hoef je de krokodil waarschijnlijk niet vast
te houden en zegt de papegaai bij elke foto netjes Obregado! (dankjewel).
Budgettip voor wie met een stalen gezicht aan familie wil vertellen over
de Amazone zonder zelf te zweten: vlieg naar Manaus en check in het super-de-luxe
Tropical hotel. Bekijk het hotel-dierentuintje en je ziet meer bewegen dan
menig toerist die de jungle intrekt. "Goh heb jij geen toekan gezien?.."
Na deze vermoeienissen is het tijd voor het prachtige zwembad. Bewondert
wat Braziliaanse babes aan de waterkant (die net zo chagrijnig kunnen kijken
als een kaaiman) en rust uit in een heerlijke airco-kamer... O nee,. Afzien
moeten we.
Vogelspinnen
De ogen gaan in alle vroegte weer open als Silvio ons in de Acajatubalodge
wekt. Na een half uurtje tuffen vangt een jungletocht aan. Lange mouwen
en pijpen tegen vogelspinnen en ander gespuis. Silvio kapt een weg door
het woud. Datzelfde vlijmscherpe mes gebruikt hij tijdens rustpauzes ook
om de eeltlaag onder zijn voet bij te snijden..
Als de gids halverwege hoort dat het in de Nederlandse bouw vrijwel verboden
is om tropisch hardhout te gebruiken, komt hij bijna niet meer bij van het
lachen. Silvio, zelf opgegroeid in een jungledorp achttien uur varen van
de lodge, beseft echter dat de Westerse bezorgdheid over het regenwoud hem
extra klanten oplevert. Als hij zijn Marlboro tot de filter heeft gerookt,
gaat de peuk netjes de boot in. De vorige gouverneur van de Amazone kan
trots zijn op zijn onderdaan, want zijn motto was: bomen kunnen niet stemmen.
Water met een grondsmaakje drinken uit een een boom in het Amazonewoud.
Alleen moet je wel de goede boom hebben en even goed kijken of er geen slang
in zit.
Silvio kapt in het dichte woud de ene na de andere medicinale tak of plant
in dit dr. Vogelparadijs. Leverproblemen, maag- en hoofdpijn, de aspirine
kan overboord. Toch sterft de kennis over de nuttige flora snel uit onder
de Brazilianen. De 34 (!) broers en zussen van Silvio Lacerdo Rodrigues
Antunes vertrouwen liever op Bayer en consorten. Zij kopen de hoofdpijnpoeders
liever in Manaus...
Dat is de nieuwe mentaliteit, zucht de begeleider die Engels leerde spreken
van de Amerikaanse missionaris (vandaar de grote familie) in het dorp. Je
verstaanbaar maken is trouwens een probleem in het Portugees sprekende Brazilië.
Slechts een enkeling spreekt Engels. De dames die Duits spreken, hebben
dat nogal eens geleerd door herenbezoek dat per charter zwaaiend met dollars
betaalde liefde zoekt. Qua toeristische informatie schiet je daar niks mee
op.
Net op het moment dat we ons afvragen welk ANWB-steunpunt ons uit de jungle
redt als Silvio door de bliksem getroffen wordt, laat hij zien dat het water
letterlijk om je heen groeit in het Amazonewoud. De gids kapt een boomtak
waaruit een halve liter zuiver naar de grond smakend water stroomt. Drinks
are on the house... Sylvio staat alweer een paar bomen verderop als een
volleerd vandaal te snijden. Deze keer in de Hevea Brasiliensis, ofwel de
rubberboom.
De Brazilianen hebben gemengde gevoelens over die rubberreuzen. Midden vorige
eeuw, toen Charles Goodyear de vulkanisatie van rubber ontdekte en John
Dunlop in 1888 de autoband ontwikkelde, steeg de vraag naar rubber, en dus
de prijs, explosief. Alleen Brazilië kon leveren.
Het geld stroomde zo eenvoudig binnen, dat de elite zich al snel te pletter
verveelde. Daarom werd dit jaar precies een eeuw geleden een pompeus operahuis
(met vloerairco) midden in de jungle gebouwd. Schilders werden geïmporteerd
uit Italië en Fransen legden het parket. Om de heimwee te verdrijven, lijkt
de zaal van beneden af gezien of je onder de Eiffeltoren staat.
Zelfs de beroemde tenor Caruso werd gelokt door het Braziliaanse wonder.
Toen hem ter plaatse ter ore kwam dat er een besmettelijke ziekte door Manaus
waarde, besloot hij aan de kade direct rechtsomkeert te maken... Hopelijk
vergaat het Pavarotti beter. Hij komt een dezer dagen het eeuwfeest van
de operagebouw vieren met een optreden.]
Rubberbomen
De rijken die de bouw destijds uit hun achterzak betaalden, wisten van gekkigheid
niet wat ze met hun geld moesten doen. Tegen de herrie van de ratelende
paardenkoetsen, werden de straten rondom de opera geplaveid met rubber.
Zelfs de paarden dronken uit Frankrijk geïmporteerd bronwater. Het strijken
van de was gebeurde in Portugal. Het Parijs van de tropen, zoals de elite
het noemde, stortte in toen de slimme Engelsman Henry Wickham ('de beul
van de Amazone') er begin deze eeuw in slaagde rubberbomen uit Brazilië
te stelen en ze in Maleisië te verbeteren.
Manaus, destijds 20.000 inwoners, nu 1,8 miljoen, is sindsdien een probleemkindje.
Ter compensatie is de stad sinds 1967 vrijhandelszone. Televisies, stereo
en computers uit Japan (en ook van Philips) zijn alleen midden in de Jungle
zonder de gebruikelijke gigantische Braziliaanse invoerheffingen te koop
(voor ons dan nog steeds duur).
Brazilianen vliegen nu duizenden kilometers naar het hartje van de Amazone
om daar.....gigantische breedbeeld Toshiba televisies te kopen. Op het vliegveld
kreunen de kromgebogen stereotoeristen, zonder een glimp gezien te hebben
van de het oerwoud, onder enorme dozen. Op Manaus is het bagagekarretje
een steekwagen. Tegen dievenvingers kan je je aankoop voor een gulden of
twintig in plastic 'sealen'. Met een föhn wordt een Amazonecondoom om je
kostbare bezit geblazen.
De ecotoerist met zijn muggenmelk en verantwoorde milieustappers slaat de
koopzucht op het vliegveld met verbijstering gade. Aan de ene kant gesleep
met pepedure elektronica. Enkele tientallen meters verderop staan de bedelaars,
veilig op stand gehouden door zwaar bewapende militairen. De Nederlandse
toerist die niet direct in de buidel tast, krijgt constant een hatelijke
"3-2, 3-2" te horen. Dat helpt niet echt, herinnerd te worden aan de smadelijke
nederlaag tegen Brazilië tijdens de WK-voetbal...
REISWIJZER
Luchtvaartmaatschappij Varig (020-626.4440) vliegt drie keer per week vanuit
Amsterdam naar alle Braziliaanse steden. Twee maal direct, een keer met
tussenstop in Europa. De vlucht duurt minimaal 12 uur. Bahia Tursa uit Reeuwijk
(0182-39.44.66) geeft toeristische voorlichting over grote delen van Brazilie.
Arke (053-488.0323) is een van de bijna twintig aanbieders van reizen naar
Brazilie.
Publicatiedatum = 22 februari 1997
|