zaterdag 10 maart
2001
Antwerpen:
Vogeltjesmarkt onder vuur
door Jos van Noord
ANTWERPEN - Het aroma van gegrilde kip waaiert op zondagmorgen over
de Antwerpse vogeltjesmarkt. De poelier uit Berchem heeft zich met zijn
mobiele grill midden tussen de kramen met kooien vol duiven, kippen en
zangvogels geïnstalleerd. Over dierenkwelling gesproken.
Het lijkt de dieren niet te deren. De kanariepietjes, sijsjes, parkietjes
en goudvinkjes fluiten er vrolijk op los en de kippen pikken in hun krappe
kooien onbekommerd maïs, kennelijk vol vertrouwen in de goede afloop.
Twee
vogelkenners bestuderen 's morgens vroeg de aangeboden koopwaar. Het is
kil, mar de vogeltjes zingen zich wel warm.
De legendarische vogeltjesmarkt van Antwerpen ligt onder vuur van dierenbeschermers.
Sinds vorige maand de verkoop van vogels op de Brusselse zondagsmarkt
werd verboden is de Koninklijke Belgische Vereniging voor de Bescherming
van Vogels, gesterkt door dit opmerkelijke wapenfeit, vast van plan om
de strijd voort te zetten en ook een eind te maken aan de vooral bij Nederlanders
zeer populaire Antwerpse vogeltjesmarkt.
Maar het stadsbestuur van de Scheldestad is geenszins van plan om te
buigen voor 'de terreur van fundamentalisten onder de dierenbeschermers'.
Bestuurscoördinator Jos Bergmans is deze ochtend als zegsman van
de Antwerpse schepenen speciaal naar de markt gekomen om aan het Nederlandse
publiek uit te leggen dat er helemaal geen sprake is van dierenmishandeling
op de Antwerpse zondagsmarkt. Hij vindt dat de verdedigers van vogelrechten
"dolgedraaide vogelfreaks" noemt hij ze elk gevoel voor de realiteit hebben
verloren.
Terwijl
om de hoek hun buren en andere medeburgers verkommeren, vliegen zij naar
de Galapagos-eilanden om daar vogeltjes te redden. "Misschien is er op
het humanitaire vlak nog wel wat te doen met een hogere prioriteit", schampert
Bergmans. Dan, met stemverheffing: "Ik wil u duidelijk zeggen dat in Antwerpen
dieren niet worden mishandeld. Dat zouden wij niet toestaan. Elk weekeinde
sturen wij een dierenarts naar de markt om daar op toe te zien. Het stadsbestuur
piekert er niet over om de vogeltjesmarkt te verbieden, zoals in Brussel.
Een vogeltjesmarkt zonder vogels, dat kan niet."
De dierenhandel is boos. "Denkt u nu heus dat wij zo dom zijn dat wij
onze dieren in de waagschaal stellen door ze te laten lijden?" vraagt
vogelhandelaar Jos Maes uit Sint-Lenaarts verongelijkt. Zonder het antwoord
af te wachten: "Kijk zelf maar: mijn vogels zitten niet te benauwd en
hun kooien zijn schoon. Koud? Ja, het is vanochtend nogal koud. Zelf heb
ik ook een beetje last van de kou. Ach meneerke, het is gewoon een hetze,
aangewakkerd door de fundamentalisten. Als er iemand voor dierenbescherming
is, ben ik het. Maar we moeten wel eerlijk en ook reëel blijven."
Kennelijk zingen de vogeltjes zich warm, want het kwettert, fluit, zingt
en tjilpt op de Antwerpse markt dat het een lust voor het oor is.
Belgische
chocolade staat altijd volop in de belangstelling.
De 'zondagsmarkt voor algemene waren', op en rond het theaterplein bij
de Antwerpse Stadsschouwburg, is drieënhalve kilometer lang en telt
bijna vierhonderd kramen, hoofdzakelijk textiel, veel bloemen en planten,
worst en andere vleeswaar, groente en fruit, gereedschap, kaas, panty's,
chocolade, nougatrepen en ander snoepgoed, maar ook antiquiteiten, prullaria
en tweedehandszooi, zoals trapnaaimachines, afgedragen kleding, foute
schemerlampen, wrakke tuinmeubelen, verkeerde kinderschoenen, glaswerk
met een gebrekje en stukgedraaide cd's van Will Tura en Louis Neefs. Er
zijn tientallen standwerkers, die hun handel zoals ossengalzeep, gehomologeerde
superontvetter en pijnverzachtende rugkussens met veel verve aan de man
brengen.
De eigenlijke vogeltjesmarkt voor pluimvee, zangvogels, duiven, konijnen,
marmotten en cavia's is maar een klein onderdeel van het totale marktgebeuren,
elke zondag op de Graanmarkt een trekpleister voor duizenden belangstellenden,
voornamelijk dagjesmensen uit Nederland.
Vroeger waren er ook honden en katten in de verkoop op het Blauwtorenplein,
maar de handel in puppen werd vijf jaar geleden verboden, ook al onder
druk van de Belgische dierenbescherming. Deze huisdieren mogen nu niet
meer op straat worden verhandeld.
Het stadsbestuur heeft eigenlijk al weer spijt van deze maatregel. Dierenbeschermers
beweerden dat veel mensen er impulsief hondjes kochten. Zonder na te denken
over de gevolgen thuis, voor het bankstel bijvoorbeeld, duikelden zij
tot over de oren vertederd in de valkuil van het sentiment. Gevolg was
dat veel op de markt gekochte huisdieren uiteindelijk op straat werden
gekieperd of anderszins zonder emotie afgedankt, zo werd althans beweerd.
Ook
op een vogel kun je verliefd worden.
Het straathandelverbod kwam er dus. Maar direct aan de markt verwierf
de zeer vermogende dierenhandel verscheidene kapitale panden. Hier werden
prompt ware supermarkten voor aaibare huisdieren ingericht, honden- en
kattenpaleizen van wel vier, vijf verdiepingen, waar de bonte stoet van
dierenvrienden, onder wie vooral veel ouders met kleine kinderen, nu elke
zondagochtend doorheen trekt. Je kunt er ook vogels, knaagdieren, vijvervissen,
pelsdieren en reptielen kopen. Dan wel niet op de kasseien, maar in elk
geval aan de markt. "Of de impulsiviteit onder de kopers met het straathandelverbod
gefnuikt is, waag ik dus te betwijfelen", zegt Jos Bergmans van de gemeente
Antwerpen.
"Bij de straathandel kon je vroeger ook terecht met ongewenste nestjes
van huisdieren. Dat kan nu niet meer. Geen idee waar die pups nu blijven.
Door het verbod is een belangrijke toeristische attractie van de markt
verdwenen en behalve de dierenhandel is daar niemand beter van geworden,
zeker de dieren niet!"
Tegen elven kun je op de Antwerpse zondagsmarkt over de hoofden lopen.
Op de Nieuwstad, zoals het brede deel van de markt heet, heerst een gezellige
drukte. "Veel mensen komen meer om te kuieren dan om te kopen", zegt een
van de marktkramers. "Vooral Nederlandse dagjesmensen. Die komen voor
de ambiance, een dagje wandelen door Antwerpen. Vinden ze leuk. Je hebt
er ook veel lui bij die op zaterdag al komen. Gaan ze eerst een avondje
stappen. Je kunt in Antwerpen natuurlijk ook prima uit-eten en er zijn
talloze knijpjes en cafeetjes waar je gezellig een Belgisch pintje kunt
pakken."
Kunst
of kitsch, wie zal het zeggen?
Op de sjacherbeurs aan de markt, een immense uitdragerij waar entree
wordt geheven, kan met Nederlands geld worden betaald. De Brusselse wafels
zijn er in de aanbieding. Zelf heb ik meer trek in stoofvlees met patatten,
een calorierijke lekkernij waar ze in het frietkot aan de Nieuwstad nummer
20 in zijn gespecialiseerd. Zo'n kledder mayonaise erop, wat een feest.
"Niet trekken maar kopen!" roept de kippenboer uit Lier geërgerd
als ik even later een fotootje maak bij zijn gevederde handel. Een foto
trekken, zeggen ze hier. Leuke taal, Vlaams. Zo drinken ze hier
een tas koffie. Liever nog lusten ze een pintsje.
Een doorvoede Marokkaan bestudeert de kooien en wijst dan een bruin hennetje
aan. Het luikje gaat open en het dier wordt bij de vleugels opgehesen
en in een kartonnen doos gefrommeld.
"Altijd even blazen om te zien of het vogeltje een schoon poeperke heeft",
adviseert vogelbaas Jos Maes twee Hollandse klanten bij de aanschaf van
kanaries.
Officieel is de markt om een uur 's middags bij gongslag voorbij. Maar
in de cafeetjes rondom het theaterplein duurt het 'après-marché'
nog tot laat in de zondagmiddag.
"Wat kost een papegaai hier nou nog tegenwoordig op de vogeltjesmarkt?"
vraagt mij een dorstige Rotterdammer met pretoogjes in de Antwaarpse taverne
De Volksvriend. "Een paar honderd gulden? Zoveel? Nou, dan eet ik vanavond
toch maar weer kip!"
- REISWIJZER:
- De vogeltjesmarkt van Antwerpen, op en rond het theaterplein en
de Nieuwstad bij de stadsschouwburg. Elke zondag van 08:00 tot 13:00
uur. Vanaf Antwerpen CS te belopen, via de Keyserlei en de Frankrijklei.
Vanuit de Randstad rijdt er elk uur een rechtstreekse internationale
trein naar Antwerpen. De NS heeft een voordelig weekeindretour.
|