&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">
| |||
De Belgische Maas van Maastricht tot de Franse grens door NELLY DUIJNDAM CHARLEVILLE (Fr) - Een mooie, maar lange route is de tocht over de Maas. In totaal is deze 950 km lang. De rivier ontspringt bij het dorpje Meuse op een hoogte van 348 meter in midden Frankrijk, stroomt door België en Nederland. De Belgische Maas is 117 km lang, geheel gekanaliseerd met 13 sluizen en is geschikt voor schepen tot 1350 ton. Het is gebruikelijk de vlag van het gastland voorop te laten wapperen en achter van het land van herkomst.
Vanuit Maastricht, gaat het vier km stroomopwaarts langs de St. Pietersberg naar de sluis Lanaken (Ternaaien). De sluis heeft drie sluiskommen, twee kleine en een grote. De grote sluis heeft automatische bolders, die met het stijgende of zakkende water meegaan. In de kleine moeten de touwen steeds verzet worden. Het verval is veertien meter en daarmee wordt de verbinding gemaakt met het hoger gelegen Albertkanaal.
Op de sluis moeten doorvaartrechten betaald worden. Tot de Franse grens kost het slechts Bfr 35,-. De computeruitdraai, die erbij hoort, moet op alle volgende sluizen gestempeld worden. Het is raadzaam om op alle sluizen een stempel te halen. Ik heb mensen ontmoet, die terug moesten om alsnog het papier te laten stempelen. Vaartverbinding Het Albertkanaal is van 1930 tot 1939 gegraven om een betere vaarverbinding tot stand te brengen tussen Antwerpen en Luik. Het oude traject van 155 kilometer lang en met 24 sluizen duurde gemiddeld 16 dagen. Duwkonvooien kunnen nu in twee dagen van Antwerpen naar Luik varen. Vanaf Lanaken loopt het Albertkanaal langs de Maas, die tot Visú onbevaarbaar is. Via de sluis van Visú kun je de Maas weer op. Dit is een mooiere vaarweg, wel een beetje om en twee sluizen extra; via de sluis van Monsin kom je weer op het Albertkanaal. Twee km verder eindigt het kanaal en begint de Belgische Maas. Een enorm monument met de beeltenis van Koning Albert markeert de plek waar het Albertkanaal in de Maas komt. De Maas na Huy
Tot Namen zijn er vier sluizen van 134 x 12 meter, die van 6.00 tot 22.00 uur draaien, met een verval van gemiddeld 4,5 meter. Het is leuk om door Luik te varen, met de vele bruggen en de afwisselend pompeuze moderne gebouwen en mooie oude panden. De Maas is een regenrivier; de sterkte van de stroom wisselt met de regenval. Bij veel stroom drijft er aardig wat hout in het water. Het is dan oppassen geblazen om geen hout in de schroef te krijgen. Het eerste traject voert langs veel industrie. Sommige fabrieken zijn mooi van lelijkheid. Na Huy wordt de omgeving mooier en bergachtig, het begin van de Ardennen. Huy is een leuk plaatsje met een citadel, te bereiken met een kabelbaan. Het oude gedeelte van de stad is erg mooi en gezellig. De supermarkt ligt heel comfortabel aan het water. Na Namen, waar zeker een bezoek gebracht moet worden aan de Citadel, wordt de Maas smaller, veel bochten en torenen de bergen hoog boven het water. Tot de Franse grens zijn er nog negen sluizen van 98 x 11.80 meter, die om 18.30 uur sluiten. In Namen komt de Sambre in de Maas, goed voor een rondje België of om richting Parijs te varen. Even voor Dinant hangen bergbeklimmers tegen de overhangende rotsen aan. Dinant zelf moet natuurlijk ook bezocht worden, weer een citadel met kabelbaan en veel gezellige terrassen en restaurants om Bourgondisch te eten. Tot de grens blijft de Maas prachtig met mooie kleine dorpen en statige landhuizen aan het water. Aan de grens kan nog voor de laatste keer rode diesel getankt worden. Bij eventuele controle door de Franse douane moet de aankoopbon getoond kunnen worden. In België moet tijdens het varen de vaarvlag gevoerd worden: een rode vlag met een wit vierkant erin (onze vroegere sleepvlag). Het is een goed gebruik de vlag van het gastland voorop te laten wapperen en achterop de vlag van het land van herkomst. Golfslag Aanleggen langs de Maas is niet aan te raden. Tot Namen is er drukke scheepvaart, die door de stenen oevers langdurige golfslag veroorzaken. Goede aanlegplaatsen zijn er in Maastricht, aan de dam tussen de St. Servaasbrug en de Wilhelminabrug en in de jachthaven De Pietersplas. Bij de sluis van Huy kregen de opvarenden van Grietje een maaltje levende vis.
De jachthaven in Luik is eenvoudig. Even voor en na Huy zijn jachthavens met goede accommodatie. Namen heeft ook een jachthaven. Direct na de sluis van Riviere is een prima aanlegplaats. In Dinant is het ook goed liggen in de stad of een klein stukje verder. De steigers in Anseremme zijn prima en tot slot is er de jachthaven van Waulsort.
FOTO'S: NELLY DUIJNDAM Publicatiedatum = 9 december 2000
|