&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">
| ||||
Sydney zindert van voorpretdoor Marie-Thérèse Roosendaal SYDNEY - Sydney heeft al voor de Olympische Spelen 2000, een topprestatie geleverd. Twintig kilometer buiten de historische Australische stad verrees een sportpark dat aan duizenden atleten onderdak moet geven. Omdat de stadsstraten op een doorsnee werkdag al als een aderverkalkte hoogbejaarde dreigen dicht te slibben, is de huisvesting van de sporters nieuw gebouwd op driehonderd meter van het fonkelnieuwe stadion.
"We hebben de verkeerschaos van de Spelen in Atlanta nog vers in het geheugen. Die paniek dat mensen vast in de file nauwelijks op tijd aan de start konden arriveren, laat staan aan de finish", zegt een Sydneyer. Met nauw verholen trots: "Die Amerikanen kunnen hier komen kijken hoe het wel moet." Huizen en appartementen zijn uit de grond gestampt, ze moeten onderdak bieden aan de hoofdrolspelers van het spektakel, de 10.200 atleten en 5000 officials. In keukens is niet voorzien. De sporters zullen zich op elke hoek van het terrein tegoed kunnen doen aan fastfood. Geheel in stijl, dus. Die nieuwbouw is geen verspilling van overheidsgelden, daarvoor is gastheer Sydney te gehaaid. Na het logeerpartijtje van de internationale sporters zullen de woningen worden verkocht en daarmee zal de stad een nieuwe suburb verkrijgen. Het complex is gevestigd op een voormalig schietoefenterrein, een eenzame bunker in het midden getuigt daarvan. Even verderop moet een veerboot voor de aanvoer van supporters gaan zorgen. En daarmee was het kostje gekocht voor de eigenaar van een bouwvallig fabriekje aan de waterkant. Zijn land was aangemerkt als vestigingsplaats voor de terminal. Hij beurde handje-contantje drie miljoen Australische dollars en heeft nu zijn schaapjes op het droge. Zijn buurman, eigenaar van een aftandse barak, ziet waarschijnlijk groen en geel: hij kreeg voor zijn terrein het bod van één miljoen, dacht er meer uit te slepen en eiste arrogant vijf. De regering, niet helemaal dolgedraaid door de eer van het olympische spektakel, ging daar niet op in en plantte bomen om hem heen. Uit het zicht, die armoede. Deze
kano- en kajakbaan
Nu al zijn Het Stadion en het Aqua Centre toeristische trekpleisters. Sportfanaten die alleen van een kaartje voor de openingsceremonie kunnen dromen, komen even proefzitten op de immense tribunes van het stadion. Is er nog niets te zien, ze tellen grif ettelijke dollars neer voor dit uitstapje. Raken eerbiedig de massagetafels met neus-uitsparing aan in de kleedkamers van de olympische goden, snuiven in het zwembad de bedwelmende chloorlucht op. Helikoptervlucht Het moet het snelste zwembad ter wereld aller tijden zijn: "Tijdens wedstrijden sneuvelden hier dagelijks de oude records als wankele dominosteentjes. We hebben snel water", denkt de gids hardop. In dat aal-snelle bad ploetert en proest een enkeling met tevergeefse medaille-aspiraties een baantje. Echtparen op leeftijd vereeuwigen elkaar beurtelings op een startblok. Tel dollars neer en zelfs een helikoptervlucht boven het complex is mogelijk. 't Is duidelijk, niet alleen Sydney is in de ban van de Olympics. Busladingen toeristen uit Nieuw-Zeeland, Canada, Hongkong, Singapore, de Verenigde Staten, Engeland, Frankrijk enz. laten zich lossen op de heilige keien van het immense complex. Deze miljoenen straatstenen zijn gelegd door een slimme Libanees. Met nota bene een eenmansbedrijfje bracht hij de beste offerte uit, zodat hij nu aan het hoofd staat van een welvarende onderneming met een legioen werknemers.
Sydney heeft geen torens met duizenden extra hotelkamers voor fans en journalisten neergezet. "Dan zitten we na de Spelen met een overcapaciteit." Voor onderdak moeten ingehuurde cruiseschepen gaan zorgen. Alleen het openbaar vervoer baart zorgen. Per uur zullen tijdens de Spelen 20.000 mensen op de bus stappen en 15.000 op de trein. Een verkeersstroom die nog in goede banen geleid moet worden. Sydney zindert van voorpret. Her en der wordt de stad opgekalefaterd. Van de facelift van de statige oude dame getuigen talloze bouwputten met koortsachtige activiteiten. Wondertjes moeten geschieden om de deadline te halen, het moment dat de olympische vlam in Sydney arriveert. Die is op 12 mei 2000 aangestoken in bakermat Griekenland en overgevlogen in een speciaal vliegtuig. De vlam deed dertien landen aan voor hij op 8 juni arriveerde in Uluru, Australië. Uiteindelijk zal 85% van de Australische bevolking het vuur hebben gezien in de honderd dagen lange reis van duizenden kilometers. De dragers van de toorts hebben moeten betalen voor dit vrachtje. Is 2000 sowieso al een magisch jaar, voor Sydney betekent het meer. Of zoals de gids het uitlegde: "Dit kost veel geld, terugverdienen zullen we het niet. Maar de wereld zal eens en voor altijd weten hoe prachtig Sydney is!" De stedelingen zijn niet zo gegrepen door het heilige vuur: "Voor ons zijn er nauwelijks kaartjes beschikbaar. Maar er is één voordeel: van over de hele wereld vliegen massa's mensen naar ons toe. Al die kisten gaan leeg terug, dus zijn die tickets voor een prikkie op de kop te tikken. Grote kans dat half Sydney tijden de Spelen in Europa of de Verenigde Staten vakantie viert. FOTO'S REUTER Publicatiedatum = 12 augustus 2000 |