Portemonnee Nederlander in 1998 beter gevuld
Vrijwel alle Nederlanders gaan er volgend jaar gemiddeld in koopkracht op
vooruit. De grote winnaars in het verkiezingsjaar 1998 zijn alleenstaande
aow'ers, die maar liefst 4% meer te besteden hebben. Senioren met een pensioen
tot 30.000 zijn de hekkensluiters: zij hebben 'slechts' 0,75% extra in
hun portemonnee.
Die koopkrachtwinst komt behalve door de gunstige economie door de koppeling
van de uitkeringen aan de lonen, belastingverlaging, plus een aantal extra
maatregelen van het kabinet.
De eerste belastingschijf wordt verlengd met 350 en de tweede schijf met
4150. Dat betekent dat burgers over een groter deel van hun inkomen in
een gunstiger tarief vallen. Bovendien gaat het belastingtarief van de eerste
schijf omlaag van 37,3% naar 36,35%.
De overdraagbare belastingvrije som gaat omhoog met 970. Bovendien komt
er een niet-overdraagbare belastingvrije som van 410. Voor werkenden gaat
het arbeidskostenforfait met 2% omhoog naar 12%, terwijl ook het maximumbedrag
stijgt. Dat wordt met 460 verhoogd naar 3108.
Voor bejaarden gaat de eerste schijf omhoog: van 15,55% naar 19,85%. Dat
komt onder meer omdat de werkenden geen premie voor arbeidsongeschiktheid
(aaw) meer betalen en in ruil daarvoor zwaarder worden belast. Bejaarden
betaalden deze premies echter niet.
Ter compensatie mogen ouderen meer aftrekken van de belasting. De algemene
ouderenaftrek gaat naar 1695, de aanvullende aftrek voor alleenstaande
ouderen komt op 2681. Van deze bedragen is 500 aftrekbaar ongeacht het
inkomen. Verder gaat de ziekenfondspremie over aanvullende pensioenen met
2,1% omlaag. De ouderen die particulier tegen ziektekosten verzekerd zijn,
hoeven voortaan de WTZ-omslagbijdrage (nu 324) niet meer te betalen.
Alle huishoudens krijgen ruwweg 100 compensatie voor gestegen gemeentelijke
milieulasten. Als die lasten worden kwijtgescholden vanwege een laag inkomen,
krijgt het huishouden een gemeentelijke toeslag van 100. De kinderbijslag
stijgt met 30 per kind per kwartaal.
Voor werkenden vervalt de premie voor wao en wachtgeld. De ww-premie gaat
iets omhoog, maar over een deel van het inkomen hoeft voortaan geen ww-premie
te worden betaald. In totaal is een gemiddelde werknemer volgend jaar aan
sociale premies 21,95% kwijt tegen 22,6% dit jaar. De overhevelingstoeslag
gaat echter omlaag van 9,9% naar 1,7%.
De zelfstandigenaftrek gaat omhoog met in totaal 725. Verder mogen zelfstandigen
voortaan 12% in plaats van 11,5% van de winst in de fiscale oudedagsreserve
stoppen en wordt de vermogensaftrek afgeschaft.
Wie er wel op achteruit gaan, zijn grote groepen weduwen en weduwnaars.
Dat komt omdat op 1 januari 1998 de overgangsperiode van de nieuwe Algemene
Nabestaandenwet eindigt. Ouderen en nabestaanden van stervenden zullen echter
worden ontzien.
|