Planbureau: einde uitbundige groei na 1998
De economie groeit volgend jaar in een stevig tempo door, maar het is zeer
de vraag of dat ook na 1998 nog het geval zal zijn.
Deze waarschuwing uit het Centraal Planbureau (CPB) in zijn Macro Economische
Verkenning (MEV) 1998, het 'spoorboekje' van de Nederlandse economie.
Dit jaar groeit het bruto binnenlands product, ofwel het bedrag dat burgers
en bedrijven gezamenlijk verdienen, met ongeveer 3,25%. Dat is ongeveer
net zo veel als in 1996 (3,3%). Zonder de hoge kosten voor de varkenspest
zou de stijging een half procent (3,3 miljard) hoger zijn geweest. In 1998
bedraagt het groeipercentage 3,75, een procentpunt meer dan het gemiddelde
in de Europese Unie.
De geschiedenis wijst echter uit dat periodes van uitbundige groei in ons
land nooit langer duren dan dertien kwartalen, aldus de rekenmeesters van
het CPB. Eind '98 zijn er daarvan al elf voorbij. De kans is groot dat de
groei daarna terugvalt tot 2% per jaar, aldus het CPB. In dat geval zal
de werkloosheid niet verder dalen. Het aantal wao'ers zal toenemen door
de voortgaande 'vergrijzing' van de beroepsbevolking. Het aantal banen en
de koopkracht kunnen gematigd doorgroeien, maar in de volgende kabinetsperiode
zal "krap 6 miljard ruimte zijn" voor lastenverlichting, de vermindering
van het financieringstekort en nieuw beleid.
Voor volgend jaar zijn er nog geen zorgen. De werkgelegenheid, die dit jaar
met 125.000 personen toeneemt, stijgt volgend jaar met 133.000 personen
met een baan van tenminste 12 uur per week. Al met al zijn er dan gedurende
'paars' ruim 460.000 mensen aan de slag gegaan. Daar staat tegenover, dat
er nog altijd ruim 2 miljoen mensen onder de 65 in ons land een sociale
uitkering hebben. Daartoe behoort een forse groep werklozen. Bij het aantreden
van het kabinet waren er 547.000 mensen zonder baan; dit jaar zijn dat er
455.000 en in 1998 400.000, aldus het CPB.
In 1994 waren er tegenover 100 werkenden 83,2 niet-actieven (inclusief aow'ers).
Nu zijn dat er 78,5 en in 1998 zullen dat er 76 zijn. De prijzen stijgen
dit en volgend jaar met 2,25% en de 'lange rente' (over 10-jaars staatsleningen)
blijft in 1998 net als in 1997 5,75%. De korte rente ligt volgend jaar op
3,5%, 0,25% meer dan nu.
Volgens het CPB zullen de contractlonen in het bedrijfsleven in '98 met
3% toenemen, een half procent meer dan dit jaar. Gezien de stijging van
de productie en de winsten van bedrijven is dat geen probleem, aldus het
CPB. De kooplust van de consumenten neemt in 1998 toe met 2,5%, ruim 1%
minder dan dit jaar.
|