Jeffrey
Wijnberg:
Ambtenaren zoethouden
|
Als
je maar lang genoeg in Nederland leeft, dan maak je
alles tien keer mee: kleine scholen worden met andere
kleine scholen gefuseerd tot grotere lesfabrieken om
vervolgens weer tot kleinere eenheden te worden afgebroken.
Opvallend
is ook dat deze herhalingsoefeningen vooral voorkomen
in de wereld van de ambtenarij. Neem bijvoorbeeld de
politie: ooit had je de wijkagent, die later werd opgegeten
door de regiopolitie die werd weggevaagd door het landelijke
corps wat vervolgens weer zo groot en onoverzichtelijk
is dat de wijkagent weer zijn intrede mag doen.
Kortom,
wil je de ambtenaren zoethouden dat moet je gewoon alles
afbreken wat net is opgebouwd.
|
uit
De Telegraaf van 9 januari 2002
Terug naar kleine
school
DEN HAAG - Het beleid
van scholen moet niet worden bepaald door de schoolbesturen
maar door de directie en de leerkrachten van de school.
Zo wordt beter aangesloten bij de wensen van leerlingen
en hun ouders en docenten krijgen weer meer plezier
in het onderwijsvak. Dat is de basis van een advies
van de Onderwijsraad dat gisteren is uitgebracht.
Scholen zijn de afgelopen
jaren geconfronteerd met grootschalige fusies waardoor
onderwijsinstellingen zijn ontstaan met duizenden leerlingen.
Zowel bij leerlingen als bij leerkrachten is behoefte
aan kleinschalige schooleenheden met een eigen identiteit.
Tal van scholen
hebben hier al op ingespeeld. Schoolafdelingen hebben
bijvoorbeeld een eigen ingang met een vaste conciërge
en een eigen docententeam.
De Onderwijsraad sluit
zich hier nu bij aan en zegt het verstandig te vinden
tegengas te geven tegen de schaalvergroting. Scholen
of groepen leraren moeten meer mogelijkheden krijgen
onderwijskundig hun eigen weg te kiezen. Zij zouden
eventueel los van het overkoepelende schoolbestuur aan
de slag moeten kunnen gaan met hun eigen onderwijsconcept.
Schoolbesturen moeten
bovendien niet meer het beleid bepalen. Het huidige
bestuur moet worden omgevormd in een Raad van Toezicht
die op afstand controleert. De onderwijskundige deskundigheid
ligt immers bij de directie en de leerkrachten.
De raad vindt verder
dat scholen in hun bedrijfsvoering zo min mogelijk moeten
worden gehinderd door allerlei inperkende bepalingen.Maar
de ene school kan beter uit de voeten met beleidsvrijheid
dan de andere. Zij zouden dan ook zelf moeten kunnen
uitmaken of zij veel of juist weinig sturing nodig hebben.
De raad pleit er daarom voor het mogelijk te maken dat
de ene school meer autonomie krijgt dan de andere.
|